Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Orde van de Bouwers aan het Polen van het Volk
De Orde van de Bouwers aan het Polen van het Volk (Pools: Order Budowniczych Polski Ludowej) was tijdens de Volksrepubliek Polen de hoogste burgerlijke onderscheiding van Polen. Het is een typische socialistische orde zonder ridders. De orde werd tussen 1949 en 1985 toegekend aan 310 personen die zich Budowniczy Polski Ludowej of "Bouwer aan het Polen van het Volk" mochten noemen. Zogezien was de orde de Poolse evenknie van de Held van de Socialistische Arbeid in de Sovjet Unie. De orde werd op 16 oktober 1992 officieel afgeschaft.
De oorspronkelijke criteria voor toekenning waren:
- Het ontwikkelen van de nationale economie, met name door het doen van uitvindingen, verbetering van kwaliteit of verbetering van de werkmethoden - voor zover van groot economische belang - en ook leiderschap op het werk.
- Bijdragen aan onderwijs, wetenschap, cultuur en kunst,
- Het verbeteren aan de landsverdediging.
- Het verbeteren van de gezondheid en de lichamelijke conditie van de natie,
- Verdiensten in het landsbestuur.
De Wet van 17 februari 1960 op de orden en decoraties van Polen gaf iets andere criteria. De orde was nu bestemd voor Poolse burgers die een bijzonder opmerkelijke bijdrage aan de opbouw van de Volksrepubliek Polen hebben geleverd. De wet noemde met name deze vijf gebieden:
- Bijdragen aan nationale of maatschappelijke activiteiten
- Bijdragen aan de nationale economie
- Bijdragen aan onderwijs, wetenschap, cultuur en kunst
- Bijdragen aan de gezondheidszorg
- Bijdragen aan de versterking van de nationale defensie
Decoratiebeleid
De orde werd behalve aan personen ook aan provincies, steden en een instituut toegekend. Dat kon in alle gevallen slechts éénmaal geschieden. Het verlenen van de orde was de bevoegdheid van de Poolse president en nadat dat ambt in 1952 was afgeschaft van de Poolse Staatsraad.
De eerste acht ontvangers waren de op 22 juli 1949 onderscheiden vakbondsleiders: Vincent Pstrowski (mijnwerker, postuum), Charles Świerczewski (luitenant-generaal, postuum), Francis Apryas (mijnwerker), Xawery Dunikowski, Franz Fiedler, Wanda Gościmińska (weefster), Michael Krajewski (metselaar) en Stanislaw Mazur (boer).
Later volgden onder andere Józef Baryła, generaal Zygmunt Berling, Bolesław Bierut, Władysław Broniewski, Józef Cyrankiewicz, Halina Czerny-Stefańska, Wiktor Dega, Jan Dobraczyński, Stanisław Dobrowolski, Arkady Fiedler, Felicja Fornalska, Natalia Gąsiorowska, Władysław Gomułka, generaal Mieczysław Grudzień, Stanisław Gucwa, generaal Zygmunt Huszcza, Maria Iskra, Jarosław Iwaszkiewicz, Henryk Jabłoński, generaal Wojciech Jaruzelski, Sylwester Karczmarek, Tadeusz Kotarbiński, Władysław Krasnowiecki, Leon Kruczkowski, Oskar Lange, Stanisław Lorentz, Witold Lutosławski, Juliusz Malewski, Edmund Jan Osmańczyk, Jerzy Putrament, maarschalk van de Sovjet-Unie en Maarschalk van Polen Konstantin Rokossovski, Włodzimierz Sokorski, Ludwik Solski, maarschalk Marian Spychalski, Stanisława Świderska, Piotr Zaremba, generaal Aleksander Zawadzki, Wojciech Żukrowski, en maarschalk Michał Rola-Żymierski.
De gedecoreerde provincies en steden waren; de provincie Katowice (1960), de stad Lodz (1960), Wroclaw (1965), de stad Krakow en de regio Krakow (1966), de stad Poznań en provincie Poznan (1966) en de hoofdstad Warschau die de Orde van de Bouwers aan het Polen van het Volk in 1970 kreeg toegekend.
Voordat de orde in 1002 officieel werd afgeschaft werden tussen 1949 en 1985 slechts 305 personen en 10 steden of regio's gedecoreerd.[1]
Het versiersel
Het door Michał Bylina en Wojciech Jastrzębski ontworpen versiersel was een ronde gouden ster met een diameter van 53 millimeter die aan een 40 millimeter breed rood-wit-rood lint met smalle blauwe boorden op de linkerborst werd gedragen.
Tussen de acht gouden stralen van de ster zijn driekleurig geëmailleerde komvormige bloemen geplaatst. Het blauw geëmailleerde centrale medaillon is versierd met een gouden arbeider met in zijn rechterhand een rode vlag en in de linkerhand een zware slaghamer.
De stralen en bloemen op de achterzijde van de ster zijn niet geëmailleerd. In het midden daarvan is een rode cirkelvormige schijf met een diameter van 19 millimeter aangebracht met in goud het monogram "PRL" of tot 1952 het monogram "RP". .
Burgers en militairen mochten een baton, dat na 1960 met een rozet op een strookje gouden galon werd versierd, dragen.
Literatuur
- Paul Hieronymussen, Orders medals and decorations. Londen, 1967.
Bronnen, noten en/of referenties |