Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Nationale trofee voor sportverdienste
De Nationale trofee voor sportverdienste is een jaarlijkse Belgische onderscheiding uitgereikt aan een bijzonder verdienstelijke Belgische sporter of sportploeg. Een individuele laureaat kan deze trofee slechts eenmaal ontvangen, wat hem een van de meest prestigieuze onderscheidingen in de Belgische sportwereld maakt. Ploegen kunnen de trofee meerdere malen winnen wanneer het een compleet nieuwe generatie spelers betreft. De trofee wordt toegekend door een jury bestaande uit (oud-)sportkampioenen, sportbonzen en journalisten, onder voorzitterschap van de burgemeester van Brussel.
De trofee werd in 1928 in het leven geroepen door Alban Collignon, als eerbetoon aan de stichter van de Koninklijke Belgische Aero-Club, Fernand Jacobs. Aanvankelijk heette de trofee daarom de Grote Prijs Fernand Jacobs; na vier jaar werd dit de Nationale trofee voor sportverdienste.
Het komt soms voor dat er een sportploeg de prijs wint. Op deze manier zijn er enkele sporters die de prijs twee maal wonnen, ondanks de regel dat men de trofee slechts eenmaal kan winnen. Zo behoorden Michel Preud'homme en Jan Ceulemans in 1980 tot het Belgisch voetbalelftal dat toen de trofee won omwille van diens mooie prestatie op het EK 1980, alvorens ze later ook individueel de trofee in ontvangst mochten nemen, respectievelijk in 1989 en 1990. Kim Gevaert won de trofee eerst individueel, in 2006, waarna ze het jaar erop opnieuw gelauwerd werd met de 4x100m-estafetteploeg. Ook Kevin Borlée won de prijs eerst zelf in 2011, om vier jaar later samen met zijn collega-lopers van de 4x400m-estafetteploeg op het hoogste schavot te mogen staan.
In 2019 werd de prijs uitgereikt aan het Belgische nationale hockeyteam, na winst op het WK 2018 en het EK 2019. De ploeg werd daarmee de eerste die in eigen naam de prijs twee maal wist te winnen. Het reglement staat dit toe, omdat het om twee verschillende generaties ging in een ploegsport.[1]
Winnaars
- 1928: Louis Crooy en Victor Groenen (luchtsport)
- 1929: Georges Ronsse (wielrennen)
- 1930: Hyacinthe Roosen (worstelen)
- 1931: René Milhoux en Jules Tacheny (motorsport)
- 1933: Jef Scherens (wielrennen)
- 1934: Union Sint-Gillis (voetbal)
- 1935: Arnold graaf de Looz-Corswarem (luchtsport)
- 1936: Ernest Demuyter (ballonvaren)
- 1937: Joseph Mostert (atletiek)
- 1938: Hubert Carton de Wiart (autosport)
- 1939: Henry ridder de Menten de Horne (ruitersport)
- 1940: Fernande Caroen (zwemmen)
- 1941: Jan Guilini (zwemmen)
- 1942: Pol Braekman (atletiek)
- 1943: prins Albert de Ligne (algemeen)
- 1944: niet toegekend
- 1945: vliegend personeel van de Belgische sectie van de Royal Air Force (luchtsport)
- 1946: Gaston Reiff (atletiek)
- 1947: Micheline Lannoy en Pierre Baugniet (kunstrijden)
- 1948: Etienne Gailly (atletiek)
- 1949: Feru Moulin (zwemmen)
- 1950: Briek Schotte (wielrennen)
- 1951: Johny Claes en Jacques Ickx (autosport)
- 1952: André Noyelle (wielrennen)
- 1953: bemanning van het jacht Omoo (zeilsport)
- 1954: Adolf Verschueren (wielrennen)
- 1955: Roger Moens (atletiek)
- 1956: Gilberte Thirion (autosport)
- 1957: Jacky Brichant en Philippe Washer (tennis)
- 1958: René Baeten (motorcross)
- 1959: Belgische hockeyploeg bij de mannen (hockey)
- 1960: Flory Van Donck (golf)
- 1961: Rik Van Looy (wielrennen)
- 1962: Gaston baron Roelants (atletiek)
- 1963: Aureel Vandendriessche (atletiek)
- 1964: Joël Robert (motorcross)
- 1965: Eerste Jachtwing van de Belgische Luchtmacht (luchtsport)
- 1966: Raymond ridder Ceulemans (biljart)
- 1967: Ferdinand Bracke en Eddy baron Merckx (wielrennen)
- 1968: Jacky Ickx (autosport)
- 1969: Serge Reding (gewichtheffen)
- 1970: Freddy Herbrand (atletiek)
- 1971: Miel Puttemans (atletiek)
- 1972: Karel Lismont (atletiek)
- 1973: Roger De Coster (motorcross)
- 1974: Paul Van Himst (voetbal)
- 1975: Jean-Pierre Burny (kanovaren)
- 1976: Ivo Van Damme (atletiek)
- 1977: Gaston Rahier (motorcross)
- 1978: RSC Anderlecht (voetbal)
- 1979: Robert Van de Walle (judo)
- 1980: Belgische voetbalploeg bij de mannen (voetbal)
- 1981: Annie Lambrechts (rolschaatsen)
- 1982: Ingrid Berghmans (judo)
- 1983: Eddy Annys (atletiek)
- 1984: André Malherbe (motorcross)
- 1985: niet toegekend
- 1986: William Van Dijck (atletiek)
- 1987: Ingrid Lempereur (zwemmen)
- 1988: Eric Geboers (motorcross)
- 1989: Michel Preud'homme (voetbal)
- 1990: Jan Ceulemans (voetbal)
- 1991: Jean-Michel Saive (tafeltennis)
- 1992: Annelies Bredael (roeien)
- 1993: Vincent Rousseau (atletiek)
- 1994: Brigitte Becue (zwemmen)
- 1995: Frédérik Deburghgraeve (zwemmen)
- 1996: Johan Museeuw (wielrennen)
- 1997: Luc Van Lierde (triatlon)
- 1998: Ulla Werbrouck (judo)[2]
- 1999: Gella Vandecaveye (judo)[3]
- 2000: Joël Smets (motorcross)[4]
- 2001: Kim Clijsters en Justine Henin (tennis)[5]
- 2002: Marc Wilmots (voetbal)
- 2003: Stefan Everts (motocross)[6]
- 2004: jonkheer Axel Merckx (wielrennen)
- 2005: Tom Boonen (wielrennen)
- 2006: Kim Gevaert en Tia Hellebaut (atletiek)
- 2007: 4x100m-estafetteploeg voor vrouwen (atletiek)
- 2008: niet toegekend[7]
- 2009: Philippe Gilbert (wielrennen)
- 2010: Philippe Le Jeune (paardensport)[8]
- 2011: Kevin Borlée (atletiek)[9]
- 2012: Evi Van Acker (zeilen)[10]
- 2013: Frederik Van Lierde (triatlon)[11]
- 2014: Daniel Van Buyten (voetbal)[12]
- 2015: 4x400m-estafetteploeg voor mannen (atletiek)
- 2016: Nafissatou Thiam (atletiek)[13]
- 2017: David Goffin (tennis)[14]
- 2018: Nina Derwael (gymnastiek)[15]
- 2019: Belgische hockeyploeg bij de mannen (hockey)[16]