Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Kunstzijde
Kunstzijde is de populaire benaming voor rayon, tegenwoordig meestal aangeduid met de modernere naam viscose. Het is een kunstmatig vervaardigde vezel op basis van een natuurlijke grondstof, cellulose, die bijvoorbeeld wordt gewonnen uit houtpulp. De techniek werd in 1884 uitgevonden door de Franse scheikundige Graaf Hilaire de Chardonnet (1839-1924) uit Besançon. Kunstzijde moet niet worden verward met de veel modernere stoffen, vervaardigd uit synthetische vezels.
Eerder onderzoek
Reeds eerder waren pogingen ondernomen, waarvan de eerste toegeschreven wordt aan Robert Hooke (1635-1703), die ook de elasticiteitswet ontdekte. Een latere onderzoeker op dit terrein was René-Antoine Ferchault de Réaumur (1683-1747), die met vernis experimenteerde. In 1839 was de cellulose uitgevonden door de fransman Anselme Payen (1795-1871). Verder moet de Engelse wever Louis Schwabe worden genoemd, die de spindop uitvond en met glasvezels experimenteerde. Zijn intentie was om een goedkopere versie van het dure zijde op de markt te brengen.
Andere onderzoekers experimenteerden met nitrocellulose om explosieven te vervaardigen, waaronder Charles Freidrich Schönbein die het schietkatoen uitvond en een voorloper was van Alfred Nobel's uitvinding van het dynamiet. Als spin-off werden ook de eerste cellulosevezels geproduceerd die voor textiel geschikt zouden kunnen zijn.
De Zwitserse onderzoeker George Audemars uit Lausanne verkreeg in 1855 octrooi op de productie van vezels uit een oplossing van nitrocellulose in alcohol. De Britse onderzoeker Joseph Swan was de uitvinder van de gloeilamp en hij zocht naar betere koolstof gloeidraden voor deze lampen. Hij was de eerste die de cellulose wist te denitrificeren, en op deze vinding werd in 1883 patent verkregen. In 1885 werd de vezel aan het publiek getoond op de 'Exhibition of Inventions'. De textiele toepassingen van de vezels voorzag hij echter niet, waardoor Chardonnet, die vanuit een ander perspectief soortgelijke onderzoekingen verrichte, bekend werd als de grondlegger van de kunstzijde industrie.
Chardonnet
In Frankrijk werd onderzoek verricht nadat de Franse zijde-industrie omstreeks 1860 werd getroffen door een ziekte die de zijderups aantastte. Terwijl Louis Pasteur onderzoek deed naar de bestrijding van de ziekte, probeerde Chardonnet een substituut voor natuurlijke zijde te vinden. Dit lukte in 1884. In 1885 werd een octrooi op deze vinding verleend. Het product werd voor het eerst aan de wereld getoond tijdens de Wereldtentoonstelling van 1889 te Parijs. Hier vond Chardonnet ook geldschieters, waarmee hij in 1891 een eigen fabriek te Besançon oprichtte.
Kunstzijde industrie
Op basis van de Franse vinding kwam een uitgebreide industrie tot stand, waaronder het Duitse Vereinigte Glanzstoff Fabriken, de Nederlandse Algemene Kunstzijde Unie, het britse Courtaulds, het Franse CTA (Comptoir des Textiles Artificiels) en het Amerikaanse DuPont. De indrukwekkende fabrieken voor kunstvezels zijn voor het overgrote deel al weer gesloten. De kunstvezelindustrie is naar lage-lonenlanden vertrokken en het enige wat over is gebleven, zijn enkele veel kleinere fabrieken voor de productie van geavanceerde supersterke vezels.
Praktische eigenschappen
Viscose draagt net zo prettig als katoen terwijl de stof zachter en soepeler is en zijdeachtig aanvoelt. Aan die laatste eigenschap dankt de vezel de bijnaam "kunstzijde". Er zijn echter ook belangrijke nadelen. In natte toestand halveert de mechanische sterkte van de vezel en daarom mag kunstzijde niet door wrijven of borstelen worden gewassen en evenmin worden uitgewrongen. De vezel is bovendien heel erg kreukgevoelig en daarom wordt deze in de pure vorm vrijwel niet meer gebruikt. Door veredeling, speciale weeftechnieken en vooral door menging met synthetische vezels, zoals polyester, is men er mettertijd in geslaagd de eigenschappen dramatisch te verbeteren. Geheel kreukvrij zijn stoffen waarin een belangrijk percentage viscose is verwerkt echter nooit.
Externe link
Geschiedenis van kunstzijde (in de Engelse taal)
Vrije mediabestanden over Rayon op Wikimedia Commons