Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Klokken van de Brugse Sint-Pieterskerk
In de Sint-Pieterskerk hangen nu twee klokken. Het huidig kerkgebouw is ontstaan rond 1575 en onderging talrijke verbouwingen, aanpassingen en vergrotingen doorheen bijna vijf eeuwen.
De eerste maal dat er iets over een klok bekend is was in 1620. De roerige geuzentijd was voorbij en de pastoor van Sint-Pieters verzocht een parochiaan de klok terug te bezorgen die vroeger in veilige bewaring was gegeven. De klok werd dagelijks geluid en woog ongeveer 150 kg. Ook in 1746 zou er slechts één klok in de toren gehangen hebben.
Onder Napoleon Bonaparte (Franse bezetting) werd het gebruik van de klokken voor de erediensten verboden. De klokken die niet nodig waren om de tijd aan te geven moesten weggehaald worden. Na lang aandringen van de bezetter liet burgemeester Florin op 18 oktober 1800 weten dat er maar één klok was in zijn gemeente en dat ze diende voor de "slag van de tijd" en dus niet in aanmerking kwam om weg te nemen.
In 1835 kreeg de kerk twee nieuwe klokken in de toren, gegoten door Jacobus Dumery van de bekende klokkengietersfamilie in Brugge die ook de beiaard in het Brugse belfort vernieuwde.
De eerste klok heet Petrus en weegt 240 kg. Er staat op: “Ik ben gegoten tot meerder eer en gloirie gods voor de kerk van Sint-Pieters op den dyk door de giften van de parochiaenen en de zorge van Mr J.B. Victoor pastoor. Mijnen naem is Petrus, myne peter is den edelen heer a de crombrugge-de wever burgmr, mijne meter anne mary van Laecke echtte van Jjacobus Monballiu anno 1835 J. Dumery me fecit - Brugis”
De tweede klok heet Paulus en is iets anders van vorm. Ze weegt 280 kg. De tekst erin gegoten is gelijkaardig. Ze dient ook om het uur te slaan.
Het torenuurwerk zelf dateert van 1907.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog herhaalt zich de geschiedenis. De (nu Duitse) bezetter vraagt in 1916 naar het aantal en het gewicht van de klokken. De pastoor weet wel dat er twee zijn maar kan absoluut geen gewicht opgeven. Zoals onder de Fransen wordt nu ook het gebruik van de klokken sterk gereglementeerd. Ze mochten alleen van 9 uur het uur slaan tot 8 uur ’s avonds. Toch werden ze niet weggehaald in de eerste wereldoorlog.
Anders vergaat het in de Tweede Wereldoorlog. De klokken worden onmiddellijk opgeëist. Ze moeten aan een historisch en oudheidkundig onderzoek onderworpen worden. Daarna zouden ze naar de smeltovens gebracht worden. Uitzonderlijk mochten ze gespaard blijven om te dienen in kerktorens die geen enkele klok hadden.
Eén klok, Paulus, mocht blijven om het uur te slaan, Petrus werd weggenomen en overgebracht naar Kachtem (bij Izegem). Zij werd er opgehangen in de Sint-Jan de Doperkerk (Kachtem) die over geen klok beschikte. Na de oorlog werd ze naar de Sint-Pieterskerk teruggebracht.
Vanaf 1955 werden de klokken elektrisch geluid.