Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Johan Severin Svendsen
De Noorse componist, dirigent en muziekpedagoog Johan Severin Svendsen (Kristiana, (nu Oslo), Noorwegen, 30 september 1840 – Kopenhagen, 14 juni 1911) was een vertegenwoordiger van de Noorse romantiek, maar zijn werk was in zekere zin ook baanbrekend, aangezien zijn twee symfonieën de eerste symfonieën waren die ooit door een Noorse componist werden geschreven. Reeds op elfjarige leeftijd schreef hij een compositie voor viool. Hij genoot zijn muzikale opleiding voor een groot deel in Duitsland.
Beginjaren
Svendsens vader, Guldbrand Svendsen, speelde in een militaire kapel en gaf Johan de eerste muzieklessen. Hij gaf hem vioollessen, maar hij leerde hem ook op fluit en klarinet te spelen. Op vijftienjarige leeftijd ging Johan Svendsen in militaire dienst en speelde – hoewel hij nog een jonge jongen was – al spoedig in een militaire kapel.
Daarnaast speelde hij ook in dansorkesten en in het orkest van het theater in Oslo. Van 1857 tot 1859 musiceerde hij als violist bij de zogenoemde Abonnementsconcerten.
De algemene situatie in het destijds bijzonder cultureel armoedige Kristiania – tegenwoordig Oslo geheten – in de jaren 1850 tot 1860, bood hem geen mogelijkheden voor een verdere muzikale ontwikkeling. Ook een concertreis in 1862 bracht daar weinig verandering in.
|
Met een studiebeurs van de Noorse koning Karel IV (Karel XV van Zweden) kon hij van 1863 tot 1867 in Leipzig studeren aan het Koninklijk Conservatorium voor muziek en theater. Zijn leraren daar waren bekende componisten en docenten, onder meer Ferdinand David, Carl Reinecke en Ernst Friedrich Richter. Door zijn grote muzikaliteit kreeg Svendsen een baan als plaatsvervangend dirigent van het conservatoriumorkest. In 1867 slaagde hij cum laude en verliet het conservatorium. Intussen voltooide hij zijn eerste symfonie en zijn eerste strijkkwintet.
Verdere muzikale ontwikkeling
Svendsen begon zijn loopbaan als vioolvirtuoos, maar concentreerde zich – doordat hij last had van één van zijn handen – al tamelijk snel op het componeren en dirigeren.
Na een tijd in Parijs en in Bayreuth te hebben doorgebracht – waar hij in de nabijheid van Richard Wagner verkeerde – dirigeerde hij een tijdlang samen met zijn tijdgenoot Edvard Grieg de Christiania Music Society-concerten en componeerde hij zijn meest opmerkelijke werken, waaronder de orkestrale legende Zorahayda, en de fantasie Romeo en Julia , zijn Tweede Symfonie en Drie Noorse rapsodieën.
Zijn ster bleef stijgen, en hij kreeg vanaf 1883 de leiding van de Koninklijke Opera te Kopenhagen, en genoot van deze indrukwekkende positie in het muzikale leven van de stad. Tijdens zijn vele reizen ontmoette hij belangrijke componisten als Camille Saint-Saens en Pablo de Sarasate, en sloot hij vriendschap met Richard Wagner.
Intussen was hij in New York in het huwelijk getreden met Sarah Levett.
Romantiek
Johan Svendsen, was net als Edvard Grieg, een vertegenwoordiger van de Noorse romantiek op zijn top. Svendsen heeft hierbij - hoewel hij in de schaduw stond van Grieg – altijd een groep van bewonderaars behouden. Net als Edvard Grieg en Christian Sinding gebruikte Johan Svendsen elementen uit de Noorse volksmuziek.
Naast belangrijke werken als het Vioolconcert, het Celloconcert, het Strijkoctet en twee Strijkkwartetten, zijn vooral zijn beide symfonieën en de ook hier in ons land zeer geliefde Romance in G-groot voor viool en orkest een garantie voor zijn blijvende bekendheid als componist. Ze staan nog altijd op het repertoire van de grote orkesten.
Teruggang
Ondanks alle triomfen die hem ten deel vielen, was echter zijn huwelijk intussen verslechterd, totdat een dieptepunt werd bereikt. Zijn jaloerse vrouw Sarah gooide namelijk – in een aanval van jaloezie en woede – het net voltooide manuscript van zijn derde symfonie in de haard. Deze dramatische gebeurtenis deed het huwelijk geen goed en in 1884 gingen de echtelieden uit elkaar. Hij hertrouwde in 1901 met Juliette Haase.
De echtscheiding lijkt ook de aanleiding te zijn van de ernstig afnemende creativiteit van Svendsen. Een kleine tien jaar componeerde hij niet meer.
Zijn internationale reputatie zette hij nog voort totdat hij in 1908 door ziekte werd gedwongen te stoppen met optreden. Eerder had Svendsen al malaria opgelopen waarvoor zijn arts hem een dagelijkse inname van cognac voorschreef, wat uitgroeide tot alcoholisme.
Johan Severin Svendsen stierf in 1911 in Kopenhagen en werd begraven op het kerkhof Vår Frelsers Gravlund in Oslo waar ook de toneelschrijver en dichter Henrik Ibsen en de schilder Edvard Munch begraven zijn.
Link
Johan Svendsen: Romance in G-groot voor viool en orkest op YouTube