Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gerard Volkersz

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Gerard Volkersz (Lisse, 1919Johannesburg, 1994) was marinier, Engelandvaarder en vliegenier.

Gerard Volkersz werd op 15 mei 1919 in Lisse geboren als zoon van ir. Kornelius Volkersz, die in 1912 de Rijkstuinbouwschool in Lisse had opgericht. Gerard zat in Leiden op de middelbare school. Daarna ging hij naar de Zeevaartschool in Delfzijl. In september 1939 kwam hij bij de Marine Luchtvaartdienst op Vliegveld de Kooy.

Oorlogsjaren

Na de meidagen van 1940 werd hij als krijgsgevangene naar de marinebarakken in Amsterdam gebracht. Nadat hij weer was vrijgelaten, vertrok hij in augustus 1941 als matroos aan boord van de St-Cergue, net als Erik Hazelhoff Roelfzema en Peter Tazelaar.[1] en kwam hij uiteindelijk in Engeland aan. Vanaf 1 oktober 1941 zat hij bij de RAF en werd hij Gerry genoemd. Hij kreeg een vliegersopleiding op de Havilland School of Flying in Hertfordshire en het RAF College Cranwell. Hij was de eerste Nederlandse ’Desk Jockey’, d.w.z.: de eerste piloot die kon opstijgen en landen op vliegdekschepen.[bron?]

Na zijn training werd hij uitgestuurd naar Gibraltar. In de zomer van 1943 nam hij deel aan de invasie van Sicilië.[2] Hij was commandant van de squadrons die vanaf de HMS Indomitable de landingen op het strand van Salerno in september 1943 verzorgden en ontving twee Mentioned in Dispatches. Daarna ging hij met de HMS Hunter naar Noord-Ierland.[bron?]

In januari 1944 kwam hij bij het 322 Dutch Squadron RAF op vliegveld RAF North Weald. Hij werd ingedeeld bij 1847 Squadron in Eglinton en vertrok met de HMS Furious om het Duitse slagschip Tirpitz aan te vallen. De aanval richtte schade aan en er vielen ongeveer 100 doden, maar het schip kon hersteld worden. Op 25 juni vertrok hij met de HMS Indefatigable met hetzelfde doel. De tweede keer werd meer schade toegebracht, maar het werd niet tot zinken gebracht.[bron?]

Op 30 juli 1944 werd Volkersz instructeur op de FAA Fighterschool.[bron?]

Officier-vlieger tweede klasse G. Volkersz ontving bij Koninklijk Besluit van 2 juni 1945 No. 6 het Vliegerkruis voor zijn oorlogsvluchten vanaf vliegdekschepen.[3]

Na de Tweede Wereldoorlog

In juni 1945 volgde hij een cursus Fighter Air Combat aan de FAA School of Warfare waarna hij naar Australië zou worden gestuurd. Dit ging niet door vanwege het einde van de Japanse vijandigheden. Hij werd in Londen staf-officier op het hoofdkwartier van de Koninklijke Marine.[bron?]

In februari 1946 werd hij commandant van Squadron 860. In augustus 1946 ging hij met de nieuwe Karel Doorman naar Indonesië, waar hij op 12 oktober in Batavia aankwam. Er waren 15 Fireflies aan boord die onder zijn gezag naar vliegveld Kemajoran werden gebracht. Daarna werden de vliegers per Catalina terug naar de Karel Doorman gebracht om ook Fireflies naar Batavia te brengen. De Karel Doorman werd begeleid door de Hr. Ms. van Galen, waar viceadmiraal Pinke commandant was.[bron?]

Zuid-Afrika

Volkersz emigreerde in 1952 naar Zuid-Afrika. Hij had zowel de Nederlandse alsook de Zuid-Afrikaanse nationaliteit. Van 1963 tot 1985 was hij piloot voor het Zuid-Afrikaanse Departement Landbou en was verantwoordelijk voor het project ter bestrijding van de quelea-vinken. De landbouwers vrezen deze vinken nog meer dan droogte. Het ging vaak om zwermen van meer dan een miljoen vogels, en 25 vinken eten een kilo graan per dag. De landbouwers konden een vinkenzwerm melden bij het Departement Landbou, en wanneer zij toestemming gaven, liet het Departement de grond gratis met dieselolie besproeien. Overdag werden de doelen met stormlampen aangegeven en vervolgens gedurende de nacht besproeid. In die periode vloog Gerard Volkersz wel 7000 uren en sproeide wel 2.000.000 liter dieselolie over de velden.[4] Hij nam ook luchtfoto’s.

Familie

Gerard Volkersz was tweemaal getrouwd. Zijn eerste echtgenote, Veronica, was Engelse pilote tijdens de oorlog. Met zijn tweede echtgenote kreeg hij drie kinderen: twee zonen (de een jong gestorven en de ander als piloot gedood door iemand van de SWAPO in de onafhankelijkheidsoorlog in Zuid-West-Afrika (nu Namibië)[5]) en een dochter.[bron?]

Zijn vliegbrevet werd zelfs in 1993 nog verlengd, op voorwaarde dat hij lenzen droeg. Hij overleed op 9 augustus 1994.[bron?]

Gerard Volkersz’ grootvader heette eveneens Gerard Volkersz. Hij was op 25 oktober 1835 in Dordrecht geboren. Hij was kapitein van de François, een driemaster van 111 ton waarmee hij zijn laatste tocht naar de Oost maakte. Op terugweg kwam hij door ziekte op 15 juni 1885 te overlijden. Hij werd begraven in Simonstown, Zuid-Afrika.[6]

Literatuur

  • David Wragg, The fleet Air Arm Handbook 1939-1945, p. 46-47 (Sutton Publishing 2003)
  • Henny Meijer en Rob Vis, Het Vliegerkruis – Voor initiatief, moed en volharding, 1997
  • The Sky and I, autobiografie door Veronica Volkersz, 1956

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  • Dapperheidsonderscheidingen geraadpleegd 23 april 2014
  • Soldaat van Oranje, door Erik Hazelhoff Roelfzema, hoofdstuk 9, p. 98,99 en hoofdstuk 10, p. 118
  • Eenige wakkere jongens, door Erwin van Loo, met Lijst Oorlogsvliegers, p. 424 en 460 (dissertatie 2013) ISBN: 9789461059260
  • Tulpen voor Wilhelmina, door Agnes Dessing, 2005, zie p. 382.

rel=nofollow
rel=nofollow