Uitklappen
Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed
rel=nofollow

Boerhoorn

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De boerhoorn is een koehoorn van 25 tot 45 centimeter lang (vaak maximaal 30 cm) waarvan de punt is verwijderd zodat het kan worden gebruikt als hoorn. Soms werd er gebruik gemaakt van houten of koperen exemplaren. Het is vergelijkbaar met een midwinterhoorn. Als de koehoorn korter is dan 25 centimeter wordt het vaak een rouphoorn genoemd.

De boerhoorn heeft haar oorsprong in de 'runderhoorn', een koehoorn die door prehistorische volkeren werd gebruikt om het geluid van een koe na te bootsen om zo wilde runderen te lokken, waarop werd gejaagd.

De boerhoorn werd in Drentse, Veenkoloniaalse en Westerwoldse boergemeenschappen en boermarken gebruikt als signaalinstrument. Dit werd bijvoorbeeld gedaan als de boerenleider (vaak de rijkste boer) de gemeenschap bijeen wilde roepen om iets te bespreken of voor het uitvoeren van 'boerwerken' als de aanleg van zandwegen (het mennen van paarden om zandsleuven te trekken), het ruimen van sneeuw, het bestrijden van branden of het verdelen van de taken van een boer over de overige boeren wanneer deze ziek was (naoberschap). Het bekendst werd het doordat het werd gebruikt om het startsein te geven voor de oogst: vóór dit startsignaal was oogsten verboden op straffe van een boete of erger. Op deze wijze kon het binnenhalen van de hele oogst beter worden gecoördineerd. De boerhoorn vormde daarmee een symbool van de gemeenschapszin in de boermarken.

Na de afschaffing van de boermarken in de 19e eeuw verdween de boerhoorn grotendeels aan het begin van de 20e eeuw. Hij wordt nu nog wel eens gebruikt op speciale hoornblaasfestiviteiten.

Referenties