Boer Van der Made
Boer van der Made is een personage uit het werk van J.R.R. Tolkien. Boer van der Made speelt een kleine rol in In de Ban van de Ring en hij wordt genoemd in De Avonturen van Tom Bombadil.
Boer Van der Made was een belangrijker boer in de Moer in het Oosterkwartier van de Gouw. Hij was vooral bekend om de goede kwaliteit van zijn champignons. Daardoor had hij nogal overlast van jonge Hobbits uit Bokland die op zijn land kwamen stropen. Hij had daarom een aantal grote honden: Pak, Klauw en Wolf, om op stropers te jagen Frodo voelde zich aanvankelijk niet op zijn gemak toen hij met Pepijn en Sam bij hem aanklopten op de vlucht voor de Zwarte Ruiters. De vier reizigers werden echter goed ontvangen. de meeste Hobbits woonden in holen. Maar dat gold niet voor de bewoners van de Moer en Stok, die woonden in huizen. De boerderij van Van der Made was een stenen gebouw, omringd door een hoge muur met een brede houten poort. Vlak voor de vier Hobbits bij Van der Made aankwamen had deze bezoek gehad van een Zwarte ruiter, maar hij had deze kordaat weggestuurd. Boer Van der Made had een vrouw, twee zonen en drie dochters. Na een goede maaltijd werden de drie Hobbits door Van de Made met paard en wagen naar de pont van Bokkelburg, waar Merijn hen stond op te wachten.
Boer Van der Made stond bekend als een slim persoon. Hij maakte ook af en toe tochten buiten de Gouw. Hij was niet bang voor het Oude Woud en was een bekende van Tom Bombadil. Deze had een grote achting voor Van der Made. Overigens stonden boeren bij de Hobbits toch in goed aanzien. Dat gold zowel voor boer Van der Made als voor boer Katoen bij Hobbitstee.