Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Belangenvereniging

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een belangenvereniging is een belangenorganisatie in de vorm van een vereniging, die ten behoeve van haar leden een duidelijk omschreven doel nastreeft, dat vrijwel altijd een specifiek maatschappelijk nut heeft. Alle vakbonden zijn belangenverenigingen, evenals alle consumentenorganisaties. Belangenverenigingen hebben een grote rol in het maatschappelijk leven, en vormen vaak de basis voor grote maatschappelijke veranderingen, zoals in het geval van de vakbeweging het minimumloon en de achturige werkdag.

Belangenverenigingen zijn te onderscheiden van coöperatieve verenigingen, die vaak een gemeenschappelijk zakelijk doel ten behoeve van de leden nastreven, of ontspanningsverenigingen, zoals sportverenigingen of toneelverenigingen. Het aantal patiëntenverenigingen is sinds ongeveer 1970 explosief gegroeid, en dijt nog steeds uit, mede onder invloed van het feit, dat de farmaceutische industrie vaak bereid is deze verenigingen financieel te ondersteunen.

Daarnaast bestaan er specifiek in Nederland ook omroepverenigingen, die op minder directe wijze een belang van de leden nastreven.

Er bestaan daarnaast vele andere mengvormen, die vaak als nadeel hebben dat zij naar buiten toe meerdere boodschappen tegelijk over willen brengen.

Organisatiestructuur

Zoals alle verenigingen hebben belangenverenigingen leden, en zij kiezen direct of getrapt een bestuur, waarvan de leden meestal een duidelijk beperkte zittingsduur hebben (tussen twee en vier jaar). Vaak hebben deze instellingen een ledenraad, dat is een beperkt aantal geïnteresseerde leden, die vaak het 'parlement' vormen en ook meestal het bestuur kiezen. Vaak is er bovendien nog een raad van toezicht, bestaande uit niet-leden met een ruime ervaring op het werkterrein van de vereniging, die een adviserende taak hebben. Voor de uitvoering wordt er meestal een directeur aangesteld, die het secretariaat leidt en de overige diensten van de vereniging. Deze draagt ook de juridische verantwoordelijkheid voor de dagelijkse gang van zaken en kan bijvoorbeeld mensen in dienst nemen of ontslaan. Daarnaast krijgt de directeur meestal de beschikking over een min of meer vast budget voor de onkosten van het secretariaat en de diensten.

Daarnaast hebben belangenverenigingen vaak een uitgebreid secretariaat, kunnen zij ad hoc of permanent samenwerken met andere organisaties en kunnen zij zelf nevenorganisaties oprichten, zoals bijvoorbeeld de Ver. Eigen Huis twee besloten vennootschappen heeft opgericht om op financieel gebied en bouwkundig gebied adviezen te geven aan leden, die bij deze adviezen een zekere korting krijgen. Voordeel van deze constructie is dat deze onderdelen niet drukken op de verenigingsbegroting, maar zichzelf moeten financieren. De aandelen blijven echter in handen van de oprichtende vereniging en houdt daardoor een beslissende stem.

Financiën

Zoals bij vrijwel alle verenigingen betalen leden meestal contributie, waarvoor zij vaak ook een aantal tegenprestaties krijgen, zoals een ledenblad of speciale toegang tot een website. Daarnaast bieden veel verenigingen extra diensten aan, soms vanuit de vereniging zelf, soms via andere kanalen, waar de leden korting krijgen maar die de vereniging toch winst oplevert. Dit aspect mag echter niet gaan overheersen, omdat dan het verenigingskarakter verdwijnt en bijvoorbeeld de fiscus een vereniging kan gaan beschouwen als een bedrijf, met alle consequenties van dien, zoals het betalen van vennootschapsbelasting en het verplicht heffen van btw, wat niet alleen extra uitgaven met zich meebrengt, maar ook aanzienlijke administratieve inspanningen.

Stichtingen

Naast belangenverenigingen bestaan er nog veel andere organisaties die bepaalde, vaak duidelijk omschreven, vaak algemeen maatschappelijke of politieke belangen nastreven. Een groot aantal van deze belangenorganisaties hebben de vorm van stichtingen. Bij een stichting benoemen echter de zittende bestuursleden meestal de nieuwe bestuursleden. Invloed van buitenaf is daardoor veel beperkter dan bij verenigingen, die verplicht zijn rekening en verantwoording af te leggen aan hun leden, en waarvan het bestuur meestal benoemd wordt door een verkiezing door een ledenraad.

Activiteiten

De activiteiten van een belangenvereniging kunnen zeer uiteenlopen. Bij een bewonersvereniging is het doel vaak bescherming tegen al te driest ervaren overheidsmaatregelen en zijn de activiteiten meestal beperkt tot het vergaderen en voorleggen van een gemeenschappelijke mening aan een overheid.

Andere belangenverenigingen kunnen beschikken over een uitgebreid aantal mogelijkheden, zoals een fors budget uit meestal contributie en eventueel vergoeding voor diensten. Hun activiteiten zijn vrijwel altijd drieledig:

  • het informeren van leden en anderen over het bereiken van doelen en oplossen van problemen, benevens het aan de orde stellen van problemen (plaatsen op de politieke agenda)
  • het invloed uitoefenen op beslissende partijen in het betreffende werkveld (bij vakbonden zowel werkgevers als politici en overheid), ook wel omschreven als lobbyen
  • directe belangenbehartiging voor leden, vaak op juridisch terrein

Middelen

Belangenverenigingen kunnen gebruik maken van een groot aantal middelen. De voornaamste zijn

  • een duidelijk en realistisch beleid, gedragen door de meerderheid van de leden
  • een eenvoudige structuur, waardoor beslissingen goed uit te voeren zijn
  • een goede financiering via contributie en/of vergoeding voor producten of diensten
  • een slagvaardig ondersteuningsapparaat, bestaande uit een efficiënte secretarie, goede adviseurs
  • goed informatiesysteem voor leden en andere betrokkenen, meestal een tijdschrift en een website
  • een duidelijke aanpak van de contacten met andere beslissende partijen in het werkveld (politici, producenten, dienstenleveranciers)
  • een heldere publiciteitsaanpak, waardoor via de publiciteit meer bekendheid aan problemen van de leden en het werk van de vereniging kan worden gegeven.

Voor- en nadelen

Als een belangenvereniging een helder doel heeft, zoals een vakbond wat betreft de lonen van de leden, dan is bundeling van krachten vrijwel de enige manier om dit doel te bereiken, ook omdat het anders niet bereikt zou worden.

Een nadeel kan zijn, dat de vereniging naast de externe doelen voor de leden ook interne doelen gaat nastreven, waarop de leden weinig greep meer hebben, zoals het behouden van banen binnen de vereniging of het continueren van de activiteiten, hoewel de meeste doelen wel bereikt zijn.

Daarnaast zijn de belangenverenigingen producten van het particulier initiatief, en is hun ontstaan vaak toeval. Ook toeval kan het zijn, of een vereniging succes heeft of niet, hoe acceptabel en nuttig het doel ook moge zijn.

Verder kan een vereniging te succesvol zijn, en daardoor een te overheersende rol gaan spelen in het krachtenveld van de beslissingen. Ook is het mogelijk dat het lobbywerk oncontroleerbaar wordt, zoals bijvoorbeeld bij de Europese Unie in Brussel, waar een groot aantal belangenverenigingen en belangengroepen trachten via een professionele aanpak een vaak forse investeringen invloed uit te oefenen, wat vaak lukt, maar waarover de laatste jaren in toenemende mate geklaagd wordt. Er bestaan in de VS bijvoorbeeld registers van lobbyisten van belangengroepen bij de overheid.

Voorbeelden

Nederland en België kennen een groot aantal belangenverenigingen, naast vakbonden ook relatief veel consumentenorganisaties.

Enkele bekende grote zijn:

Enkele bekende kleinere zijn: