Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Alpine skiuitrusting

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Op deze pagina wordt zowel de uitrusting besproken voor het alpine skiën door de amateur die niet aan de competitie deelneemt, als voor de competitieskiër, en de reglementen die zijn materiaal beheersen.

Beoefenaars van borstelskiën, zandskiën, freestyle en speedskiing gebruiken allemaal gelijkaardig materiaal

Ski's

Voor de amateur en de vakantieganger

Huren of kopen

Er is geen aftiklijstje waarvan de uitkomst op voorhand vastligt, om te bepalen of je het best ski's huurt of koopt.
Voor wie meer dan eens per jaar gaat skiën of in totaal voor meer dan 2 weken per skiseizoen weggaat, lijkt het voordeliger om te kopen :
4 seizoen x huuprijs > koopsom + onderhoud
het blijft tenslotte de gebruikers eigen materiaal, en dat heeft zo zijn voor en nadelen die niet in geld zijn uit te drukken en dan blijft de vraag welke van die voor- en nadelen wegen het zwaarst.
Gebruikers moeten gebruik op borstelpistes niet meerekenen. Daarvoor is het aan te raden de huurski's van de piste te gebruiken, op indoor-pistes kan de gebruiker ook zijn eigen materiaal inzetten zonder vrees te moeten hebben voor overmatige slijtage.


Voordelen Nadelen
Huren
  • geen eigen onderhoud
  • steeds mogelijkheid ander materiaal te kiezen
  • mogelijkheid nieuwste materiaal te proberen (hangt af van de verhuurders)
  • steeds andere ski's
  • niet altijd zelfde kwaliteit bij verschillende verhuurders
  • geen routine opbouw op een (soort) ski
Kopen
  • men wordt ski's gewoon => verbetert uw prestaties, vertrouwen in de ski
  • niemand anders gaat er brutaal mee om
  • materiaal moet steeds mee op reis = lastig tijdens een reis met gemeenschappelijk vervoer middel (bus, trein, vliegtuig)
  • onderhoud

Proberen en testen

Het is geen sinecure om ski's te testen, en zeker niet als je zelf niet exact weet wat je wil bereiken en waarvoor het moet gaan dienen. Laat testen dus over aan de doorgewinterde skiërs. Gebruik de in magazines gepubliceerde testen om een keuze te te maken. Hou er wel rekening mee dat de testers doorgewinterde, vaak Staatlich opgeleide skileraren zijn, die de eigenschappen van een ski anders kunnen interpreteren dan de toeristische skiër.
In België het VSSF en in Nederland de NSV publiceren jaarlijks in hun magazine of via hun website skitests.
Het Franse magazine SKI publiceerde een van de meest complete tests.
Jaarlijks organiseren de grote skimerken diverse testavonden op indoorbanen in Nederland waar je zelf alle eigenschappen van een ski kan testen. Voor meer informatie kan je contact opnemen met de indoorbanen die meedoen aan de tests (Den Haag, Zoetermeer en Landgraaf). Bedenk ook dat als een huurski goed bevalt deze vaak overgenomen kan worden voor een zacht prijsje.

De keuze

Kies een speciaalzaak: niet elke sportzaak is een ski-speciaalzaak, zoek hulp bij een skiclub, en vraag om advies.
Vertel de adviseur eerlijk op welk niveau je nu kan skiën (het is geen schande beginner te zijn), wat je binnen 4 seizoenen wilt kunnen doen met het materiaal dat je nu wilt aankopen. Zijn of haar advies zal je een set opleveren waaraan je echt plezier zult beleven.

Materiaalaanbod

Zowat alle ski's die nu nieuw verkocht worden voor algemeen gebruik zijn carve-ski's. Dit wil zeggen dat de ski in meer of mindere mate getailleerd is: onder de voet is de ski smaller dan aan beide uiteinden. Een ski krijgt van de fabrikant meestal een typering mee: Dames, Heren, Junior (bedoeld voor kinderen tot max. 15 jaar), en de meeste krijgen ook een gewichtsklasse mee, dat is een minimum- en maximumgrens van het gewicht van een gebruiker waarbinnen de ski optimaal rendeert. Sommige makers geven ook een lichaamslengte mee, maar als algemene regel kan gesteld worden dat je een carve-ski niet groter koopt dan je eigen (lichaamslengte - 12 cm) of zolang de ski niet hoger komt dan het topje van je neus.[bron?] Bepaalde competitieskiërs (slalom) gebruiken meestal de kleinst mogelijk maat, voor de Super G worden meestal latten van meer dan een meter gebruikt.

Houd er rekening mee dat er een wisselwerking bestaat tussen de lengte van de ski en stabiliteit op de lange of snelle stukken (schuss). Buiten-piste skiën stelt zo zijn eigen vereisten aan een ski, maar in wezen hoe breder hoe beter.

Type ski's

  • Alpine ski's: dit soort ski's zijn gemaakt voor de harde - door machines onderhouden - pistes. Dit zijn precisie-instrumenten, hard, snel en ze volgen "de bevelen van de skiër zeer nauwkeurig" op. Dit soort ski's zijn bedoeld voor de niveaus zeer gevorderde skiër tot racing. Deze ski is geen competitie ski, ze is er dikwijls wel op gebaseerd, en sommige skiërs doen er ook mee aan competitie.
  • Freeride ski's: zijn een soort all-mountain werkpaarden die de moeilijkste omstandigheden niet uit de weg gaan. Ze drijven in de poedersneeuw, ze snijden hun bochten als een diamantzaag door de harde sneeuw en glijden als warme messen door de slush (natte lentesneeuw). Men kan deze ski's in gelijke mate voor on-piste en voor off-piste gebruiken. Deze skis zijn bedoeld voor de goed gevorderde skiër tot de expert.
  • Tourski's: zijn lichte all-mountain ski's. Aangezien het gewicht van de ski prioritair is, kan dit ten koste gaan van de afdaalkwaliteiten in bijvoorbeeld poedersneeuw. Recent is er een overgangscategorie 'freerando' ontstaan van bredere (en dus wat zwaardere) tourski's die goed presteren in de afdaling.
  • All-mountain, all-terrain ski: deze ski vraagt minder expertise dan de Freeride skis. Ze kunnen gemakkelijk off-piste, en geven een lekker gevoel on-piste. Deze ski is voor U als uw gebruik 70% on-piste en 30% off-piste is. Deze skis zijn bedoeld voor de gevorderde en de expertskiërs.
  • Cruisers: de ski die je probleemloos door de bochten brengt voor beginner tot gevorderde skiërs. Perfect voor cruising op de blauwe en de groene pistes.
  • New School of Freeski: Dit is het gereedschap voor de skiër die niet weg te branden is uit het funpark, de halfpipe, de slides, en de tricks zijn hun domein. Voorbeelden zijn twin tips, ski boards en jumping skis.

Fun-ski's en andere buitenbeentjes

Eerst en vooral zijn er de ski's met slechts 1 lat: de monoski of de sqwail (ook wel skwal genoemd)

  • de monoski : is ontstaan eind jaren 1970 voor het snowboard dus, vroeger meestal niet langer dan 1m65 en toen weinig getailleerd. Nu lijken het meer lange, dunne snowboards: maar de skiërs staat met beide voeten naast elkaar in de lengte van de monoski in alpinebindingen. Er zijn nog verschillende merken die ze verkopen en in Frankrijk kan je ze bijna overal huren.
  • de skwal : is een iets smallere monoski gewoonlijk iets meer getailleerd en de skiër staat met beide voeten schuin/achter elkaar.

De bindingen voor dit soort ski zijn gewoonlijk licht aangepaste ski-bindingen zoals op een alpijnse ski. Dat zijn andere dan bindingen/clips voor een snowboard of een surf.

Dan zijn er de kleintjes: de bigfoots en de snowblades.

  • Bigfoots zijn extra korte ski's (<70 cm) waar in plaats van een ski binding, gebruik wordt gemaakt van een clip waarmee je je schoen vastzet.
  • Snowblades zijn korte ski's (<100 cm) met een gewone binding.

Bouw en Werking van ski's

Er zijn verschillende manieren om een alpine ski op te bouwen. De meest gebruikte technieken zijn:

  • Sandwich Constructie (waarbij verschillende lagen op elkaar geperst worden)
  • Schaal Constructie (dit zijn vaak de 'goedkopere' ski's, hierbij wordt er een schaal over de kern van de ski geperst waardoor constructie kosten relatief laag blijven)

Zool of belaag

De onderzijde van een ski heet de zool of het belag. Het is een kunststoflaag bestaande uit een soort poriën, waarin diverse verschillende structuren geslepen kunnen worden. Door er enkele malen met bijvoorbeeld een strijkijzer wax (een op paraffine wasachtige substantie) op aan te brengen vullen deze poriën zich (zie Skionderhoud). De wrijving tussen de wax en de sneeuw veroorzaakt een microdunne waterfilter waarop de ski glijdt, welke weer wordt afgevoerd door de structuur in het belaag. Het is dus voor wedstrijdskiërs van groot belang de juiste combinatie tussen de wax en de structuur van het belaag enerzijds, en de temperatuur en structuur van de sneeuw anderzijds te vinden om zo snel mogelijk te gaan. Na een paar weken zullen de poriën in het belaag zich gevuld hebben met vuil, waardoor bij een speciaalzaak het belaag behandeld moet worden. Aangezien de zool dient om te glijden, moet deze vlak zijn en geen schade vertonen. Wanneer de zool niet goed onderhouden is zal de ski stroppen alsof je op schuurpapier staat of blijft er zelfs sneeuw aan kleven.

Zijkanten

Langs de kunststofzool zit een metalen rand, de kant (naar het Duits) of het mes genoemd. Het mes moet regelmatig geslepen worden (zie Skionderhoud). Een goed geslepen kant zorgt voor het gemakkelijk nemen van bochten.

Bovenbouw

De bovenbouw van een ski bevat een lichaam dat in deels in kunststof wordt gemaakt. Uiteraard zijn de bovenste lagen (met de tekening) kunststof maar de binnenste lagen kan/kunnen uit verschillende stoffen gemaakt zijn : kunststof, hout, metaal en elke combinatie van deze materialen.

In een aantal gevallen wordt er ook een booster of plaat op de ski gemonteerd om de binding hoger en gemakkelijk vast te zetten. Voor alle skis zonder geïntegreerde plaat, kunnen onderplaten gemonteerd worden.

De bouw van de bovenlaag is essentieel voor de reactiewijze van de ski. De meeste ski's worden gebogen gemaakt, als je een ski op een vlakke tafel legt dan raakt enkel de tip en de staart de tafel, in het midden (waar de binding zit en de voet komt vast te zitten) zal de ski hoger staan. Deze eigenschap (holle vorm) heet 'camber'. Wanneer de ski aan de onderzijde (in lengte-richting) een bolle vorm heeft, spreekt men van 'rocker'. Dit biedt voordelen in diepe poedersneeuw, waar men met dit type ski's gemakkelijker in zal blijven 'drijven'. Ook zou wat rocker aan de voorzijde van de ski het maken van bochten gemakkelijker maken. Traditioneel hadden de meeste ski's enkel camber, tegenwoordig zijn er meer en meer ski's die in het voorste deel van de ski een 'early rise' hebben: hierbij stijgt het voorste deel van de ski licht.

  • Flexibiliteit

Als de ski nu met de staart op de grond wordt gezet kan je de flexibiliteit testen door op de binding te duwen en de punt naar je toe te trekken. Hoe harder de ski hoe meer kracht je moet zetten om de ski te plooien. Beginners gebruiker soepele skis en racers gebruiken harde skis.

  • Torsie-weerstand

De bouw van het lichaam bepaalt ook de weerstand van de ski aan torsie krachten. Torsie is de kracht die de top of staart van de ski in een roterende beweging laat draaien ten opzichte van het midden van de ski. Deze weerstand bepaalt de mate waarin de ski accurraat reageert op het maken van een bocht. Voor de gebruiker valt torsie weerstand het meest op wanneer een ski op een piste waarop de skiër gewoon aan hoge snelheid rechtdoor kan skiën gaat klapperen. Een soepele ski klappert sneller dan een harde ski.

Vormgeving

Zoals op het bovenaanzicht van deze ski te zien is, zijn de uiteinden van de ski duidelijk breder dan het midden. Dit wordt de taillering van de ski genoemd. Het midden van de ski is gewoonlijk niet smaller dan 60 millimeter. De breedte van de tip varieert van ongeveer 100 tot 130 millimeter breed. Verticaal gezien hebben de zijkanten dus een ronding. Deze ronding wordt gemeten door middel van de straal, die ook wel radios of draaicirkel genoemd wordt. De straal van race ski's bepaalt hun gebruik: minstens 11 meter voor slalom en minstens 45 meter voor de afdaling). Ook voor de gewone gebruiker is die radius belangrijk:

  • hoe kleiner de straal hoe gemakkelijker en hoe korter de bochten kunnen worden genomen maar gewoonlijk resulteert die ook in een ski die algemeen korter is van bouw en ook hoe onstabieler de ski op de snelle stukken
  • hoe groter de straal hoe langer de bochten moeten worden genomen, gewoonlijk wordt de ski dan ook langer en hoe stabieler de ski op de lange stukken

Werking van de ski

Een ski gedraagt zich als volgt in een bocht:

  • de ski wordt gekant, met andere woorden de ski wordt gekanteld door de voet (en de knie) naar binnen te bewegen.
  • de top en staart grijpen in de sneeuw
  • doordat de skiër loodrecht op de ski staat, werkt zijn gewicht in op de verticale flexibiliteit van de ski, hierdoor wordt het centrum onder de binding doorgeplooid tot de hele kant in de sneeuw staat.
  • de radius van de kant van de ski (zie vormgeving hierboven) is nu het loopvlak, de ski maakt een bocht

In de meeste gevallen zullen de sneeuwkristallen in elkaar schuiven en zich vastzetten. Daardoor hoopt de sneeuw zich onder het belaag op en krijgt niet alleen de kant maar ook het belaag steun om de bocht te maken. Uitzondering is wanneer de sneeuw vervormt is tot ijsbolletjes die als zand over elkaar heen rollen

Bindingen

Dit is de constructie die de schoen op de ski vastgrijpt. Vaak wordt in het uitzoeken van de ski en de skischoen veel tijd gestoken, maar wordt de binding vergeten. Dit is niet geheel terecht. De binding brengt elke beweging die de skiër met zijn skischoen maakt over op de ski, en bepaalt daarmee dus mede de reactie van de ski. Tevens bepaalt de kwaliteit van de binding of, hoe en wanneer de ski uitschiet bij een ongeluk. En nog belangrijker in het geval van goede skiërs, zoals de wedstrijdsporters, bij welke onverwachte beweging de binding juist wel moet houden.

Producenten

Enkele bekende producenten van alpine ski's zijn: Atomic, Black Diamond, Blizzard, Dynastar, Elan, Fischer, Head, K2, Kastle, Nordica, Rossignol, Salomon en Scott en Völkl.

Externe links

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties

Q2667655 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)

rel=nofollow
rel=nofollow