Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

105 Luchtdoelartilleriebatterij

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

105 Luchtdoelartilleriebatterij (105 Luabt) was een luchtdoelartillerie-eenheid van de Koninklijke Landmacht die operationeel was van 1991 tot 2004. De eenheid was gelegerd op de Generaal-majoor Kootkazerne in Garderen. De taak van de batterij was het beveiligen van objecten in de aan- en afvoerroutes van en naar de Noord-duitse laagvlakte, het zogenaamde Legerkorpsachtergebied. Het belangrijkste wapensysteem was het kanon 40L70 met een Flycatcher vuurleidingsradar.

Geschiedenis

Begin jaren tachtig was een groot deel van de Nederlandse luchtdoelartillerie niet inzetbaar door veroudering van het materieel. In 1987 besloot de staatssecretaris van Defensie van Houwelingen tot de aanschaf van nieuwe radarsystemen en het moderniseren van de bestaande 40mm kanonnen.[1]. De kosten bedroegen destijds f 240 miljoen voor 30 radarsystemen.

Organisatie

Omdat het te beveiligen gebied zich uitstrekte over enkele honderden kilometers was 105 Luabt georganiseerd als een zelfstandig opererende batterij. Eerst stond de eenheid onder bevel van 101 Luchtdoelartilleriegroep. Later, sinds 1 mei 1995, viel de eenheid onder 25 Afdeling Pantserluchtdoelartillerie in Ede. De batterij had een organieke sterkte van 275 militairen en omvatte een batterijstaf en 3 pelotons, waarvan één mobilisabel.[2] Een peloton is opgebouwd uit een commandogroep en drie vuureenheden (A, B, C).

Naast 105 Luabt bestonden er twee identieke batterijen (115 en 125 Luabt), die beiden mobilisabel waren.

Materieel

Het hoofdwapen was het Bofors 40L70 kanon, gekoppeld aan een Flycatcher vuurleidingsradar.

Daarnaast beschikte de batterij over Stinger raketten (FIM-92).

Flycatcher

De Flycatcher is een vuurleidingsradar van de firma HSA in Hengelo (thans Thales). Het toestel zorgde voor de doelopsporing en -volging, de trefpunt bepaling en de besturing van aangesloten kanonnen. Het destijds moderne systeem kon doelen met een kleine radardoorsnede opsporen en volgen. Het had een digitale ballistische computer, en was voorzien van IFF. Het toestel had ook een camera om een doel optisch te volgen, wat mogelijk was bij goed zicht. Deze camera kon gebruikt worden als de radar niet gebruikt kon worden, bijvoorbeeld om de kans op ontdekking te verkleinen.

40L70G

Door de opheffing van drie afdelingen lichte luchtdoelartillerie waren er veel 40L70 kanonnen overtollig. Voor f 55 miljoen werden 60 kanonnen gemodificeerd door de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij. De belangrijkste verbeteringen waren de verhoging van de vuursnelheid van 240 naar 300 schoten per minuut, het aanbrengen van een eigen aggregaat en het toevoegen van een digitale interface met de Flycatcher. Daarnaast werd de capaciteit van de munitierekken vergroot en werd een kenmerkend kanonschild aangebracht. De type-aanduiding kreeg de toevoeging "G" (gemodificeerd).

De 40mm-munitie, voor f 17 miljoen aangeschaft bij de firma Bofors, was voorzien van een nabijheidsbuis. Dit is een miniatuur-radarantenne waarmee het projectiel ziet of een doel op korte afstand (tot 8 meter) gemist wordt. In dat geval explodeert het projectiel alsnog. Dit vergroot de trefkans aanzienlijk, vooral bij kleine doelen.

Het maximum effectieve bereik van het systeem was 4 km horizontaal en 3 km vertikaal.

Operationele inzet

Tijdens haar bestaan is 105 Luabt nooit daadwerkelijk ingezet voor luchtverdedigingstaken. Wel is de eenheid ingezet voor andere militaire taken:

  • In 1995 heeft het eerste peloton bijstand geleverd tijdens de overstromingen in Limburg in Susteren en Stein.
  • In 1998 is een detachement van 50 militairen uitgezonden als crowd and riot control eenheid naar Bosnië in het kader van de SFOR-misie.

Beperkingen en opheffing

Al kort na het besluit tot oprichting van de batterij in 1987, viel de Berlijnse Muur. Geleidelijk verminderde daardoor de dreiging en verschoof het accent van de krijgsmacht naar expeditionair optreden en crisisbeheersing.

De batterij was niet toegerust voor deze nieuwe taak. Balangrijkste beperking was het statische karakter van het wapensysteem. Onder tactische omstandigheden stond er 3 uur voor het volledig in stelling gaan van de batterij. Daarnaast was de dracht beperkt en konden alleen laagvliegende doelen met een rechtlijnige koers goed worden bestreden. Een ander bezwaar was dat het systeem niet gekoppeld was aan andere doelopsporingsradars zoals de Awacs. Tenslotte was de bescherming van personeel beperkt.

Na het wegvallen van de oorspronkelijke taak zijn 105, 115 en 125 Luabt op 1 januari 2004 opgeheven.

Heden

Na de opheffing is het personeel verhuisd naar Vliegbasis de Peel en daar samengevoegd met alle luchtverdedigingseenheden van Land- en Luchtmacht tot het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (destijds gestart onder de naam Joint Air Defence Center). De taak is effectief overgenomen door 13 Luchtverdedigingsbatterij. Ter vervanging van de Flycatcher/40L70G systemen zijn twee raketsystemen aangeschaft: het Fennek Stinger Weapon Platform voor de zeer korte afstand en de NASAMS voor de korte afstand.

Referenties

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Tweede kamer, vergaderjaar 1987-1988, 20200 hoofdstuk X nr. 9
  2. º Tweede kamer, vergaderjaar 1986-1987, 19700 hoofdstuk X nr. 7
rel=nofollow
rel=nofollow