Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Henk Pijnenburg
Henricus Antonius Martinus Maria (Henk) Pijnenburg (Helmond, 21 augustus 1940) werkte tien jaar als leraar aan een basisschool. Na het afronden van de studie Onderwijskunde verdiepte hij zich in de kunstgeschiedenis en gaf hij les aan de Academie voor Beeldende Vormgeving in Tilburg en de nieuwe lerarenopleiding van Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg. Henk Pijnenburg is een bekende verzamelaar van moderne kunst en heeft meerdere publicaties op zijn naam staan. Hij bekleedde diverse bestuursfuncties en was adviseur eigentijdse kunst van de gemeente Helmond van 1978 tot 1988.
Henk Pijnenburg is getrouwd met Leonie Dewez (1944). Samen hebben ze twee kinderen, Deirdre (1972) en Brendan (1975).
Functies, werkzaamheden, publicaties (selectie)
Kunstzaal ’t Meyhuis (1970-1984)
Pijnenburg was van 1970 t/m 1984 bestuurslid van Kunstzaal ’t Meyhuis in Helmond, vanaf 1978 als voorzitter. ’t Meyhuis was een expositieruimte voor moderne kunst onder viaduct de Traverse. Het gebouw werd in 2007 gesloopt. ’t Meyhuis ging na sluiting op in het huidige Museum Helmond.
Leven, beleven en ontdekken (1967,1968 en 2009)
In 1967 en 1968 verscheen Leven-beleven-ontdekken, een vierdelige tekenmethode. Tussen 1964 en 1973 gaf Pijnenburg les aan de Silvesterschool in Helmond. Daar ontwikkelde hij een nieuwe tekenmethode voor zijn leerlingen. Hij liet leerlingen zich eerst inleven in een bepaald onderwerp – een verhaal, klassieke muziek, de natuur, beeldende kunst. Na het waarnemen, ervaren en voelen van het onderwerp maakten de leerlingen een tekening. Er is zowel in een uur lang aandacht geweest voor de tekenmethode in de televisie- en radio-uitzending Muziekmozaïek, gepresenteerd door Willem Duys.
In 2009 was in de Cacaofabriek in Helmond de tentoonstelling Leven, beleven en ontdekken. In de tentoonstelling was een selectie te zien van de kindertekeningen die Henk Pijnenburg in zijn jaren als docent had verzameld. Ter gelegenheid van de tentoonstelling verscheen een luxe heruitgave van de tekenmethode. De opbrengsten van het boek gingen naar enkele goede doelen in de regio Helmond.
De kindertekeningen zijn in 2012 door Henk Pijnenburg geschonken aan het Cobra Museum voor Moderne Kunst in Amstelveen, nadat ze daar te zien waren geweest in de tentoonstelling Cobra + Klee. Het begint als kind.
Adviseur aankopen moderne kunst Gemeentemuseum Helmond (1978-1989)
Henk Pijnenburg was van 1978 t/m 1989 adviseur aankopen moderne kunst voor het Gemeentemuseum Helmond. Hij werkte in die functie nauw samen met Jan Bongaarts, hoofd van de beleidsafdeling Kunst en Cultuur van de gemeente Helmond.
Er zijn tijdens zijn adviseurschap werken gekocht van onder meer de volgende kunstenaars: Dennis Adams, Hans Ansems, Armando, Domenico Bianchi, Blade, Bram Bogart, François Boisrond, Hendrik Brouwer, Bruno Ceccobelli, Robert Combas, René Daniëls, Wim Delvoye, Gianni Dessì, Karel Dierickx, Fred Eerdekens, Ger van Elk, Roel Elzinga, Geert van Fastenhout, Alphons Freijmuth, Futura 2000, Giuseppe Gallo, Frank van Hemert, Hubert van Hille, Jaap Hillenius, Hans van Hoek, Innocente, Theo Kuijpers, Bert Loerakker, Reinier Lucassen, Ladislav Minarik, Chuck Nanney, Gerhard Nashberger, Luciano Palmieri, Umberto Postal, Phase 2, Quik, Rammellzee, Roger Raveel, Jan Roeland, Hervé di Rosa, Rob Scholte, Marien Schouten, Jan Sierhuis, Pieter Stoop, Yvan Theys, Koen Vermeule, Sjef Voets, Herman de Vries, Turi Werkner, Dondi White, Zephyr.
Merel Bem schreef naar aanleiding van een tentoonstelling in Gemeentemuseum Helmond op 15 juni 2001 in de Volkskrant: ‘Het is bewonderenswaardig hoe een klein museum als dit erin geslaagd is zo'n diverse collectie aan te leggen, met zo'n duidelijke, eigenzinnige lijn: jonge kunstuitingen. En dat met een jaarbudget van 45 duizend gulden.’ (Merel Bem: ‘Oost-Duitse meisjes zijn Helmondse verrassing’ in: de Volkskrant, 15 juni 2001)
Coming from the Subway (1992)
Van 4 oktober 1992 t/m 10 januari 1993 was in het Groninger Museum, tijdens het directeurschap van Frans Haks, de tentoonstelling Coming from the Subway te zien over de New Yorkse graffitibeweging. Henk Pijnenburg was een van de initiators en samenstellers van de tentoonstelling en van het eerste standaardwerk over de graffitibeweging: Coming from the Subway. New York Graffiti Art. History and Development of a Controversial Movement.
Het werk werd uitgegeven in drie talen: Nederlands, Duits en Frans. Een Engelstalige versie kwam er niet omdat uitgever Abrahams uit New York niets van graffiti moest hebben. De tentoonstellingscatalogus werd vormgegeven door de toenmalige huisdesigner van het Groninger Museum, Swip Stolk. De rijk geïllustreerde catalogus (270 illustraties in kleur) bevatte essays over de ontstaansgeschiedenis en ontwikkeling van de New Yorkse graffitibeweging en portretten van de belangrijkste graffitikunstenaars: A-One, Blade, Bill Blast, Crash, Daze, Dondi White, Futura 2000, Keith Haring, Koor, Lady Pink, Lee, Noc 167, Phase 2, Quik, Rammellzee, Seen, Toxic, Zephyr.
De catalogus was een van de belangrijkste publicaties over de graffitibeweging tot dan toe. Tot die tijd werd het werk van graffitikunstenaars vooral gezien als rommel en als een sociaal probleem.
Graffitikunstenaars en hun navolgers van de Urban Art-beweging hebben de muurschildering (nu 'mural' genoemd) nieuw leven in geblazen met hun werk op muren en op treinen. De mural kent een voorloper in de fresco's die eerst zijn gemaakt door Egyptenaren, Grieken en Romeinen en later door Renaissancekunstenaars zoals de Italiaanse schilder Giotto (1266-1337).
Graffitikunstenaars waren actief vanaf het einde van de jaren '50 actief met het beschilderen van muren en treinen en vierde internationaal met vallen en opstaan furore vanaf de jaren '80. De vooral uit zwarte kunstenaars bestaande graffitibeweging heeft baanbrekend werk verricht voor zwarte kunstenaars die heden ten dage in alle vooraanstaande galeries vertegenwoordigd zijn.
Blade + Quik (1992) en Rob Scholte (1992-1993)
Ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van Edah in Helmond organiseerde Henk Pijnenburg twee tentoonstellingen: in 1992 een dubbeltentoonstelling van de New Yorkse graffitikunstenaars Blade en Quik in Kunstzaal ’t Meyhuis in Helmond en in 1992-1993 een tentoonstelling met werk van Rob Scholte.
Museum Helmond mocht bij die gelegenheid de werken The Voyage van Blade, Tears of a Clown van Quik en Question Mark 10 van Rob Scholte aan de collectie toevoegen.
Pijnenburg was ook verantwoordelijk voor de samenstelling van de tentoonstellingscatalogus van de Blade + Quik-tentoonstelling. De boekvormgeving was van Swip Stolk. De catalogus werd verkozen tot een van de best verzorgde boeken van 1992 en tentoongesteld in het Stedelijk Museum in Amsterdam.
Klee + Cobra. Het begint als kind (2012)
Cobra Museum vroeg Henk Pijnenburg naar aanleiding van de tentoonstelling Leven, beleven en ontdekken in Helmond (2009) om met een aantal kindertekeningen deel te nemen aan de tentoonstelling Klee + Cobra. Het begint als kind.
In de aankondiging van de tentoonstelling schreef de toenmalige directeur over de kindertekeningen: ‘De collectie kindertekeningen die door Henk Pijnenburg is bijeengebracht getuigt van een onconventionele visie op de ontwikkeling en stimulering van creativiteit bij kinderen. Tegen de tijdgeest in heeft Pijnenburg in de jaren zestig en zeventig een nieuwe methode ontwikkeld. Deze heeft geresulteerd in kindertekeningen die krachtig, helder en volledig ongekunsteld zijn. In hun originaliteit en fantasie overtreffen sommige kindertekeningen zelfs het werk van Cobra en Klee.’
Na de tentoonstelling schonk Pijnenburg zijn hele collectie kindertekeningen aan het Cobra Museum.
Jurylid Prins Bernhard Cultuurfonds (2014)
In 2014 was Pijnenburg lid van de jury voor de toekenning van de Beeldende Kunstprijs van het Prins Bernhard Cultuurfonds Noord-Brabant, de belangrijkste kunstprijs in de provincie. De prijs ging naar Ria van Eyk.
Uitleningen
Henk Pijnenburg heeft kunstwerken uit zijn collectie uitgeleend aan vele musea, waaronder: Museum Boijmans Van Beuningen, Groninger Museum, Gemeentemuseum Den Haag, Van Abbemuseum, Haus am Waldsee (Berlin), Leopold-Hoesch-Museum (Düren, Duitslans), Musée des Monuments français (Parijs, Frankrijk), Fondation Cartier pour l'art contemporain (Parijs, Frankrijk), Museum of Contemporary Art (Los Angeles, Verenigde Staten), Louisiana Museum of Modern Art (Humlebæk, Denemarken), Kunsthall Oslo (Noorwegen).
Publicaties
Henk Pijnenburg: Leven–beleven–ontdekken, Drukkerij–Uitgeverij Helmond, 1967, 1968
Henk Pijnenburg: Leven–beleven–ontdekken, boekontwerp van Eric Sjouerman, 2009
Henk Pijnenburg en Jan Bongaarts: 'Losbladige catalogus Stedelijke kunstcollectie Helmond', gesponsord door Kuijpers Installaties, 1981
Henk Pijnenburg e.a.: Coming from the Subway. New York Graffiti Art. Geschiedenis en ontwikkeling van een controversiële beweging, Benjamin & Partners, 1992
Henk Pijnenburg: Blade + Quik, tentoonstellingscatalogus ter gelegenheid van het 75-jarig bestaansfeest van EDAH, Vendex Food Groep B.V., boekontwerp van Swip Stolk, 1992
Henk Pijnenburg: Koor, tentoonstellingscatalogus, boekontwerp van Swip Stolk, 1990
Henk Pijnenburg: Quik, tentoonstellingscatalogus, boekontwerp van Swip Stolk, 1991
Henk Pijnenburg: Blade King of Kings, tentoonstellingscatalogus, boekontwerp van Teun van den Wittenboer, 2009
Henk Pijnenburg: Aaron van Erp, tentoonstellingscatalogus voor Gemeentemuseum Den Haag en Museum der Stadt Ratingen, boekontwerp van Teun van den Wittenboer, 2007