Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hippoliet Van Peene-stichting

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 13 mrt 2022 om 15:11 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Hippoliet_Van_Peene-stichting&oldid=61192396 -1- Jeroen0303 25 feb 2022)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De Hippoliet Van Peene-stichting was een organisatie uit Gent die zich bezighield met het opwaarderen van de artistieke erfenis van Hippoliet Van Peene.

Van Peene was actief binnen het Gentse toneelgezelschap “Broedermin en Taelijver”. Hij is vooral bekend als de schrijver van de tekst van De Vlaamse Leeuw, het Vlaamse volkslied, maar schreef ook toneelstukken en blijspelen.

De stichting werd opgericht op 15 november 1952. De stichting ontstond in de schoot van Rederijkerskamer De Fonteine. De eerste voorzitter was Oscar Van Hauwaert en de secretaris was dr. Herman Van Overbeke. Door ziekte werden de door hen opgestelde statuten van de stichting weer opgeborgen en pas in 1959 terug opgenomen door professor dr. P. De Keyser die op 24 mei 1959 de stichting opnieuw boven het doopvond hield.[1]


Het doel van de stichting omvatte vier punten:

1.     De oprichting van een monument aan Van Peene op een openbaar plein, hetzij in Gent, hetzij in Kaprijke (zijn geboorteplaats);

2.     Het uitloven van prijzen Hippoliet Van Peene in verband met dramatische opvoeringen;

3.     Het uitgeven van boeken en studies in verband met het toneel in het algemeen, het Vlaams Toneel in het bijzonder;

4.     De oprichting van een grafmonument op het “Campo Santo” te Sint-Amandsberg


In aanloop van het Van Peene-jaar (1960-61) bestond het dagelijks bestuur volledig uit Fonteinisten en werd de rest van het bestuur aangevuld met externen.


Het bestuurscomité bestond uit

·      Erevoorzitters

o   Dr. H. Teirlinck, Regeringsadviseur van het Nationaal Toneel van België

o   O. Van Hauwaert, Ere-inspecteur Middelbaar Onderwijs

·      Voorzitter

o   Prof. Dr. P. De Keyser, Hoofdman van de Kon. Soevereine Hoofdkamer van Rhetorica “De Fonteine” Gent

·      Secretaris

o   Drs. Flor. Demedts, Griffier van de Kon. Soevereine Hoofdkamer van Rhetorica “De Fonteine” Gent

·      Penningmeester

o   J. Hoeckman, Penningmeester van de Kon. Soevereine Hoofdkamer van Rhetorica “De Fonteine” Gent

·      Leden:

o   Dr. P. Van Aerden, Voorzitter van de Koninklijke Commissie van Toezicht op het Landjuweel

o   F. De Smedt, Erevoorzitter van de Algemene Belgische Persbond, afdeling der beide Vlaanderen

o   Dr. J. Briers, Directeur van het N.I.R. Gewestelijke Omroep Gent

o   G. Schmook, Directeur van het Museum voor het Vlaams Cultuurleven

o   F. Mortier, Directeur van het Nationaal Toneel van België

o   V. De Ruyter, Directeur van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg Brussel

o   U. Muyldermans, Algemeen Voorzitter van het Nationaal Toneelverbond

o   M. Sercu, Algemeen Voorzitter van het Nationaal Kristelijk Vlaams Toneelverbond

o   A. Van Camp, Algemeen Voorzitter van de Federatie der Vlaamse Socialistische Toneelverenigingen


Naast het bestuurscomité bestond er ook nog een ere-comité en dat bestond uit volgende leden:

·      Ch. Moureaux, Minister van Openbaar Onderwijs

·      P. Harmel, Minister van culturele zaken

·      R. Declerck, Gouverneur van de Provincie Antwerpen

·      Ridder P. Van Outrijve d’Ydewalle

·      J. De Néeff, Gouverneur van de provincie Brabant

·      A. Roppe, Gouverneur van de provincie Limburg

·      A. Marien, Gouverneur van de Provincie Oost-Vlaanderen

·      H. Van Steenberghe, Voorzitter van de Provinciale Raad van Oost-Vlaanderen

·      G. D’Hanens, Voorzitter van de Culturele Commissie van Oost-Vlaanderen

·      E. Claeys, Burgemeester stad Gent

·      J. Vander Stegen, Schepen van Openbaar Onderwijs van de stad Gent

·      A. Standaert, Burgemeester Kaprijke

·      Cl. Ingels, Schepen van Onderwijs van Kaprijke

·      Prof. Dr. P. Lambrechts, Rector Rijksuniversiteit Gent

·      Prof. Dr. W. De Keyser, Rector Vrije Universiteit Brussel

·      Prof. Dr. H. Janne, Pro-Rector van de Vrije Universiteit Brussel

·      J. Boon, Administrateur-Directeur-Generaal van het N.I.R.

·      F. Vandenborre, Directeur-Generaal van de Opvoedende Diensten bij het ministerie van Openbaar Onderwijs

·      J. Poffé, Directeur van de Dienst vor Volksopleiding bij het ministerie van Openbaar Onderwijs

·      Prof. Dr. U Stuyck, Ere-hoofdbibliothecaris van de Universiteitsbibliothee van Gent

·      Dr. H. Liebaers, Hoofdconservator van de Koninklijke Bibliotheek van België

·      Dr. W. Van Eeghem, lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde

·      Dr. jur. P. Knapen, Voorzitter van de Kultuurraad voor Vlaanderen

·      Mgr. Prof. A Janssen, Algemeen Voorzitter van het Davidsfonds

·      Prof. dr. H. Van Werveke, Algemeen Voorzitter van het Willemsfonds

·      Drs. R. De Buck, Algemeen Secretaris van het Vermeylenfonds

·      A. Mussche, Voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Letterkundigen

·      Paul Van Morckhoven, Voorzitter van de Vereniging van Vlaamse Toneelauteurs


De stichting organiseerde een Hippoliet Van Peene-jaar in 1960-1961 ter gelegenheid van Van Peenes 150stegeboortejaar. Het programma omvatte zeven krachtlijnen.


Opvoeringen in schouwburgen, voor het N.I.R. en de Vlaamse televisie

Het Nationaal Toneel van België en de Koninklijke Vlaamse Schouwburg in Brussel zullen in het toneelseizoen van 1960-61 werken van Van Peene opvoeren. Het Reizend Volkstheater werd bereid gevonden om een stuk van Van Peene op te voeren in een twintigtal Vlaamse steden en gemeenten. Concreet werd “Tamboer Janssens” opgevoerd. Ook het Laboratorium voor Vlaams Toneel uit Antwerpen voerde in datzelfde seizoen “99 beesten en 1 boer” op.

Tegelijkertijd werden er ook stukken van Van Peene voorzien die de leerlingen van het Vlaamse normaalonderwijs het middelbaar en het technisch onderwijs in het kader van ‘moedertaalonderricht’ zouden kunnen opvoeren.

Tenslotte zal ook het N.I.R. en/of de Vlaamse televisie werken van Van Peene opvoeren als luister- of televisiespel. De B.R.T. reserveerde op 25 januari 1961 om 17u20 de rubriek “Lof van het Vlaamse Toneel” voor een bespreking van Van Peenes leven en werk en op 12 januari 1961 werd de eenacter “De Violier” als luisterspel uitgezonden. Op 4 februari werd dan weer in samenwerking met het Reizend Volkstheater “Tamboer Janssens” uitgezonden. Op 7 februari 1961 werd een herdenkingsprogramma uitgezonden dat de belangrijkste aspecten en episodes van Van Peenes leven en werk tegen de litterair-historische achtergrond plaatste. Tot slot zal de B.R.T. op 14 april 1961 nog een herdenking uitzenden in “Schoolradio” van het ministerie van Nationale Opvoeding en Cultuur.


H. Van Peene-tornooi voor liefhebbersverenigingen

In de maanden februari, maart en april van het jaar 1961 richtte de stichting een toneelwedstrijd in voor liefhebbersverenigingen. De deelnemers mochten uitsluitend werken van Van Peene opvoeren in de oorspronkelijke versie. De stichting voorzag zeven toneelwerken van Van Peene van nieuwe spelling. Deze werken waren: “’s Avonds in de mane”, “Adam en Eva”, “De Violier”, “Twee hanen voor één henne”, “De duivel in ’t dorp”, “Siska van Roosenmael” en “Keizer Karel en de Berchemse Boer”. Om toegelaten te worden tot de wedstrijd moesten de verenigingen in België gevestigd zijn en al twee jaar lang een onafgebroken werking hebben. Aangezien het een liefhebberstornooi was was alle medewerking van beroepsspelers verboden. Een uitzondering wordt gemaakt voor de spelleiding die wel in handen mag zijn van een beroepsregisseur. Naast een gedenkpenning die elke deelnemende vereniging mocht ontvangen werden er ook nog andere prijzen, in de vorm van een som geld, toegekend. De eerste plaats kreeg 5000 Belgische Frank en die prijs zakte 1000 Belgische Frank per plaats tot de vijfde plaats die dus 1000 Belgische Frank kreeg.

Het tornooi kende een apoteose in de Koninklijke Nederlandse Schouwburg in Gent waar de Brugse rederijkerskamer “De Weerde Drie Santinnen” op 3 juni 1961 het stuk “Keizer Karel en de Berchemse Boer”opvoerde. Na die opvoering werd overgegaan tot de prijsuitreiking en proclamatie van de resulaten. De eerste prijs was dus voor “De Weerde Drie Santinnen”, de tweede prijs voor “Iverige Jonckheyt” uit Sint-Amandsberg, beide gezelschappen speelde hetzelfde stuk. De derde prijs was voor “Kunst en Eendracht” uit Waregem met het stuk “Siska van Rozemaele”. De vierde prijs werd gewonnen door “Sint Agnete” uit Gent met een opvoering van “Adam en Eva” en de vijfde prijs tot slot was voor “Geluk in ’t Werk” uit Gent met “Twee hanen voor één hen”. De tweede en de derde plaats waren een ex aequo, daarop werd beslist om het prijzengeld dat normaal voor de tweede en derde plaats respectievelijk 4000 en 3000 Belgische Frank was naar 3500 Belgische Frank te brengen voor beide gezelschappen. De jury bestond uit professor dr. De Keyser, dr. Paul Van Aerden, J. Poffé, F. De Smedt en Flor Demedts.

Er werden in totaal 10 toneelgezelschappen toegelaten tot de wedstrijd en de eerste vijf werden al vermeld. De overige gezelschappen, die geen prijs wonnen zijn de volgende: K.M. “De Melomanen” (Rederijkerskamer Broedermin en Taelijver” uit Gent met het stuk “Jacob van Artevelde”, toneelvereniging “Koninklijke Werkmanskring” uit Tienen met “’s Avonds in de Mane”, de toneelafdeling van het Nationaal Verbond der Oudkrijgsgevangenen uit Gent met “De duivel in ’t dorp”, de Koninklijke Toneelvereniging “Volharding” uit Tienen met “Twee hanen voor één Henne”, Kunst en Broedermin uit Staden en tot slot de “Show-Club” uit Gent met “Ogarita of de Wilde Vrouw”.

Uiteindelijk zullen “Volharding” uit Tienen, de toneelafdeling van het Nationaal Verbond der Oud-krijgsgevangenen uit Gent en Kunst en Broedermin uit Staden niet kunnen deelnemen aan de wedstrijd. Kunst en Broedermin liet zelfs nooit weten welk stuk ze zouden spelen en wanneer. De Melomanen kregen dan weer de toelating om buiten de reeks op te treden aangezien Van Peene medestichter en lid was van hun gezelschap.


Academische zitting en grafhulde in Gent

De landdag van de erkende Vlaamse rederijkerskamers die doorging in mei 1961 zal in het teken staan van Hippoliet Van Peene. Tijdens die dag zal een academische zitting gehouden worden, gewijd aan Van Peenes leven en werk. Op diezelfde dag wordt een tentoonstelling geopend en aan het graf van Van Peene een herdenkingsplechtigheid georganiseerd.

In 1959 werd door De Fonteine op haar patroonsfeest op 24 mei al een academische zitting georganiseerd om de stichting terug bij elkaar te roepen in aanloop van 1960-61. Op die datum zouden zij voor het eerst terug vergaderen in de zaal van de Academieraad in Campus Aula van de Rijksuniversiteit Gent.

De grafhulde kon niet doorgaan in 1961 en werd uitgesteld. Ook het overbrengen van het stoffelijk overschot naar de Campo Santo in Gent bleek geen sinecure en kon niet doorgaan. Uitstel bleek in dit geval toch afstel te zijn aangezien het lichaam van Hippoliet Van Peene zich nog steeds op de Zuiderbegraafplaats in Gent beveindt, naast dat van zijn vrouw Virginie Miry.[2] Het is echter niet zo dat de stichting en De Fonteine geen vergaande stappen hebben ondernomen in het decennium voor het Van Peene-jaar. Zo werd er al in 1951 een brief gericht namens De Fonteine en de Vlaamse Toeristenbond naar het gemeentebestuur van Sint-Amandsberg met de vraag om de verhuis in 1961 te faciliteren. Ook in 1961 zelf werd de kwestie terug opgenomen en werd een toelage toegekend door het gemeentebestuur van 54000 Belgische Frank om het perceel grond naast dat van J. F. Willems te bekomen. Het is onduidelijk waarom de overbrenging niet is doorgegaan.


Tentoonstelling ‘H. Van Peene en het Vlaams Toneel’

Deze tentoonstelling kon wegens materiële redenen niet doorgaan in het Van Peene jaar en werd om die reden verplaatst. In het jaarboek van 1961 stelt Flor Demedts dat 1964, de 100ste verjaardag van het overlijden van Van Peene, hiervoor de ideale datum vormt.


Onthulling gedenkplaat

In de gemeente Kaprijke, Van Peenes geboorteplaats, werd een gedenkplaats geplaatst in de wachtzaal van het gemeentehuis. Dit gebeurde op zondag 25 juni 1960. Eveneens op die dag hield het Reizend Volkstheater halt in Kaprijke en aansluitend op de onthulling van de gedenkplaat voerden zij “Tamboer Janssens” op in de parochiezaal. De gedenkplaat is niet blijven hangen in de wachtzaal en een gedeelte ervan bevindt zich momenteel buiten aan de voorgevel van het gebouw en kreeg recent nog een nieuw onderbord. De verhuis naar buiten heeft vermoedelijk te maken met het “omdopen” van het oud stadhuis van administratief centrum naar een tentoonstellingsruimte om vrije muren te creëren.

H. Van Peene-penning

Ter gelegenheid van het H. Van Peene-jaar worden 150 bronzen penningen geslagen, die aan de medewerkers van de Van Peene-herdenking en aan de mededingers van het tornooi zullen aangeboden worden. De penning woog bij benadering 100 g. en had een diameter van ongeveer 60 mm. De recto zijde omvatte een buste naar links van Van Peene met op de schouder verdiept V.S. aangebracht. Dit zijn de initialen van de ontwerper Victor Speeckaert, die tevens ook archivaris was van Rederijkerskamer De Fonteine. De verso zijde bevatte een tekst rondom “~ HIPPOLIET VAN PEENE’S GEBOORTE HERDACHT” en horizontaal bovenaan “1811 ~ 1961”.[3] Sommige penningen werden ook gepersonaliseerd. Getuige hiervan is de penning voor Paul Van Aerden die jurylid was tijdens het tornooi. Die penning bevat naast de standaard inscriptie nog onder de jaartallen horizontaal “H. VAN PEENE TORNOOI” daaronder een horizontale streep onder de letters “ENE” van PEENE met daaronder met daaronder “Dr. PAUL VAN AERDEN” en tot slot daaronder “JURYLID”.[4] Een ander voorbeeld van die personalisering zien we bij de penning die geschonken is aan Antoon Van Elslander waar onder de jaartallen “Dr A. VAN ELSLANDER” is aangebracht met onder de letters “EL” van ELSLANDER een horizontale streep.[5]

De munten werden vervaardigd door het Beheer der Munten van het Ministerie van Financiën van België. Uit een brief van de muntmeester G. Lamquet blijkt dat de vraag moet gesteld zijn om een zilveren munt uit te brengen. Uit de financiële documenten die nog te raadplegen zijn in het archief van De Fonteine wordt in het uitgavenoverzicht geen melding gemaakt van zilveren penningen, enkel van bronzen. Het lijkt dus dat dit plan werd opgeborgen.


H. Van Peene-herdenking in de scholen

Eerder werd al verwezen naar het voorzien van stukken die opgevoerd kunnen worden door bepaalde groepen leerlingen. Aan de minister van Openbaar Onderwijs werd dan ook gevraagd dat deze stukken effectief opgevoerd konden worden en dat Van Peene herdacht zou worden.


De werking na het Van Peene-jaar

Over de werking na het Van Peene-jaar is helaas weinig bekend. Wel staat het vast dan enkele leden van het bestuurscomité, waaronder Flor Demedts, in 1975 nog een tentoonstelling rond de persoon van Van Peene geopend en mee ingericht hebben in Kaprijke.


Bronnen:

-Archief “KONINKLIJKE SOEVEREINE HOOFDKAMER VAN RETORICA DE FONTEINE GENT” Universiteits Bibliotheek Gent (voorlopige nummering) 4.12 “H. Van Peenestichting”.

-Demedts, Flor. “Het Hippoliet Van Peene-jaar (1960-61).” Jaarboek De Fonteine XI (1962): 92-101.

-S.n. Erfgoedwandelplan Campo Santo. Een berg Gentse geschiedenis. (Stad Gent).

-S.n. Wandeling op de Zuiderbegraafplaats. Grafstenen met een verhaal. (Stad Gent).

-STAM Gent A2013.097

-Victor Speeckaert, en Hippoliet Van Peene. Gedenkpenning Voor De 150ste Verjaring Van De Geboorte Van Hippoliet Van Peene. Gent: Rederijkerskamer De Fonteine, 1961.  https://lib.ugent.be/catalog/rug01:001408956.

Victor Speeckaert, and Hippoliet Van Peene. Gedenkpenning Voor De 150ste Verjaring Van De Geboorte Van Hippoliet Van Peene Opgedragen Aan Antoon Van Elslander. Gent: Rederijkerskamer De Fonteine, 1961.https://lib.ugent.be/catalog/rug01:002286340.


[1] Flor Demedts, “Het Hippoliet Van Peene-jaar (1960-61),” Jaarboek De Fonteine 11 (1962): 93.

[2] S.n. Wandeling op de Zuiderbegraafplaats. Grafstenen met een verhaal. (Stad Gent).

[3] V.S., and Hippoliet Van Peene. Gedenkpenning Voor De 150ste Verjaring Van De Geboorte Van Hippoliet Van Peene. Gent: Rederijkerskamer De Fonteine, 1961.  https://lib.ugent.be/catalog/rug01:001408956.

[4] STAM Gent A2013.097

[5] V.S., and Hippoliet Van Peene. Gedenkpenning Voor De 150ste Verjaring Van De Geboorte Van Hippoliet Van Peene Opgedragen Aan Antoon Van Elslander. Gent: Rederijkerskamer De Fonteine, 1961. https://lib.ugent.be/catalog/rug01:002286340.