Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Guillaume Delvaux
Guillaume Delvaux, (Guillaume Delvaux; Blehen, 22 juli 1681 – Ieper, 12 oktober 1761) was een Zuid-Nederlands bisschop. Hij was de 19de bisschop van Ieper (1732–1761).
Levensloop
Guillaume Delvaux was de zoon van Gilles Delvaux (1651-1733) en Marie Buquet (1655-1689) uit het dorpje Blehen bij Hannuit. Zijn vader was smid en landbouwer aan het kasteel van Blehen. Aangespoord door zijn oudoom, Guillaume de Brus, pastoor van zijn geboortedorp Blehen, trad hij in 1699 in bij de augustijnenorde in de nabijgelegene stad Hoei (Huy). Hij studeerde verder bij de jezuïeten in Luik en behaalde een doctoraat in de theologie.
Op 19 december 1705 werd hij tot diaken gewijd en een half jaar later, op 3 april 1706, werd hij tot priester gewijd. Aan de Katholieke Universiteit van Leuven werd hij als theologieprofessor vanaf 1720 voorzitter van het Viglius-College (ook College van de Tarweschoof genoemd) en tweemaal werd hij zelfs benoemd tot rector van de universiteit, telkens voor de gebruikelijke periode van zes maanden, namelijk in de jaren 1718 en 1723.
In de navolgende tijd zette hij zich actief in de strijd tegen de jansenisten in. Zo was hij onder andere één van de assessoren in 1728 in het process tegen de abt Paradaens van de benedictijnenabdij van Vlierbeek. In dat zelfde jaar bond hij ook de strijd aan tegen de jansenist Van Espen. Als beloning voor zijn trouwe diensten in deze strijd werd hij een paar jaren later benoemd tot bisschop van Ieper waar een eeuw tevoren Cornelius Jansenius, de grondlegger van het jansenisme, het bisdom had geleid.
Bisschop van Ieper
Op 31 maart 1732 werd zijn benoeming tot bisschop van Ieper door paus Clemens XII bevestigd. Hij werd in Mechelen op 25 mei 1732 gewijd door kardinaal d'Hénin-Liétard d'Alsace. Zijn bisschopsleuze luidde Nascimur ad Labores (wij zijn geboren om te werken). Bij zijn benoeming had hij duidelijk als opdracht meegekregen het bisdom van jansenisme of andere ketterij te zuiveren. Dat speelde een belangrijke rol bij de benoeming van zijn medewerkers en priesters. Hij voerde een stabiel pastoraal beleid en deed daartoe beroep op een paar goed bevriende kennissen en zelfs direkte familieleden zoals zijn beide neven, Guillaume-Joseph Delvaux (1711-1794), die hij in 1736 als kannunik naar Ieper haalde, en Henri-Charles Delvaux (1716-1785). Beiden bleven ook na de dood van hun oom trouwe medewerkers van de volgende twee van zijn opvolgers: bisschop de Wavrans en bisschop d'Arberg. Een andere, belangrijke discipel uit zijn bisdom was de toekomstige bisschop van Antwerpen, Jozef Werbrouck, die hijzelf samen met de bisschoppen van Brugge en Gent, in 1743, in de domkerk van Ieper, als nieuwe bisschop van Roermond wijdde.
Een hoofdbekommernis van bisschop Delvaux was de vorming en het levensideaal van zijn priesters. Hij liet het seminarie van Ieper volledig renoveren. Daarnaast stond hij als theoloog op de verinnerlijking van de geloofsbeleving. Zo bracht hij een bijvoegsel aan bij de catechismus en publiceerde een kleine catechismus voor de mindere en de eerst beginnende jeugd.
In zijn bisdom werd hij geconfronteerd met het probleem van de religieus-gemengde huwelijken, veroorzaakt door de vreemde bezettingstroepen en garnizoenen. In tegenstelling tot zijn vroegere jaren ging hij hier niet zozeer veroordelend te werk maar zocht hij eerder een pragmatische oplossing. Zo was hij ook de hoofdbemiddelaar, toen het leger van Lodewijk XV in 1744 Ieper bezette en innam. Daarbij kwam zijn diplomatie als geestelijke, die de Franse taal als moedertaal beheerste, zeer goed tot inzet en hij kon daarmee onnodig bloedvergieten vermijden. Pas vijf jaar later, in 1749, eindigde de Franse bezetting en behoorde het gebied van Ieper weer bij de Oostenrijkse Nederlanden. Ieper werd officieel weer in bezit genommen door de prins van Ligne als vertegenwoordiger van de keizerin, Maria Theresia. Bisschop Delvaux verwelkomde hem op 1 oktober 1749 met een groot feest in Ieper, waarna alle magistraten van West-Vlaanderen de eed van trouw aan de keizerin zwoeren.
Als bisschop van Ieper bleef hij het langste in ambt, namelijk 29 jaren tot in 1761, het jaar dat hij gestorven is. Zijn graf ligt in de kathedraal van Ieper, niet ver van het graf van Cornelius Jansenius, wiens ideologie hij bestreden heeft.
Weblinks
(en) Guillaume Delvaux op catholic-hierarchy.org
Voorganger: Jan Baptist de Smet |
Bisschop van Ieper 1732-1761 |
Opvolger: Felix Josephus Hubertus de Wavrans |