Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Augustus Johannes Andresen
Augustus Johannes Andresen | ||
A.J. Andresen ten tijde van de oorlog in Bandjermasin. | ||
A.J. Andresen ten tijde van de oorlog in Bandjermasin. | ||
Geboren | 22 november 1808 Zutphen | |
Overleden | 15 april 1872 Breda | |
Land/partij | Koninkrijk der Nederlanden | |
Onderdeel | Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger | |
Dienstjaren | 1820 - | |
Leiding over | Commandant van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger | |
Onderscheidingen | Militaire Willems-Orde |
Augustus Johannes Andresen (Zutphen, 22 november 1808 - Breda, 15 april 1872) was een Nederlandse generaal, ridder en officier in de Militaire Willems-Orde[1][2] en commandant van het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger.
Loopbaan
Andresen trad op 12-jarige leeftijd in militaire dienst als korporaal titulair, werd in 1833 benoemd tot tweede luitenant der infanterie en ging vier jaar later over bij het Indische leger, waar hij alle militaire rangen doorliep. Als kapitein diende hij aan Sumatra's Westkust onder Michiels, die hij, ook in latere jaren, grote verering toedroeg. Van 1851 tot 1856 was hij aanwezig aan de westkust van Borneo, eerst als majoor, militair commandant, sinds 1853 als luitenant-kolonel, militair commandant en resident; hij maakte daar een einde aan de opstand der Chinezen in 1854 en toonde veel politiek beleid. Andresen vertrok vervolgens met verlof naar Nederland en was daar lid van de staatscommissie tot onderzoek van een plan tot kolonisatie door Europeanen op hooggelegen streken in de buitenbezittingen. Bij Koninklijk Besluit van 14 juni 1857 werd een commissie ingesteld tot het voordragen van een plan tot het inrichten van een koloniaal militair invalidenhuis; in deze commissie namen zitting: M. baron Van Geen als voorzitter en als leden militaire intendant eerste klasse H. Hardenberg, luitenant-kolonel Vertholen, Andresen, luitenant-kolonel ingenieur G.A. van Kerkwijk en de heer J.P. Feith.
Na terugkomst in Indië (1859) werd hij, als gouvernements-commissaris, gezonden naar de Zuider- en Oosterafdeling van Borneo, waar, vooral ten gevolge van verkeerde regeringsmaatregelen, een opstand was uitgebroken. Weer liet hij hier zijn helder inzicht en beleid zien, maar de Indische regering, voorbarig oordelend, riep hem aan het einde van dat jaar terug. Hij wist zich uitstekend te rechtvaardigen, werd in 1862 benoemd tot generaal-majoor en in 1865 tot luitenant-generaal, commandant van het Indisch leger, bevorderd. Ook in deze betrekking oefende hij grote invloed uit op de gang van zaken in de Wester-Afdeling van Borneo; gedurende zijn legerbevel had de annexatie van de Pasoemah-landen (bovenlanden van Palembang) plaats en waren krijgstochten nodig naar Celebes (Mandar in 1867 en Kraëng Bonto Bonto in 1868), Bali in 1868 en het eerder genoemde deel van Borneo (1865-1867). In de rang van kapitein-adjudant werd Andresen bij Koninklijk Besluit van 6 december 1846 nummer 2 benoemd tot ridder in de Militaire Willems-Orde vierde klasse voor zijn verrichtingen te Sumatra in 1846. In de rang van luitenant-kolonel werd Andresen per Koninklijk Besluit van 17 augustus 1854 nummer 47 benoemd tot officier voor zijn verrichtingen te Borneo in 1854. Zijn dochter was getrouwd met kolonel Van Bennekom, die tevens zijn adjudant was toen Andresen commandant van het Indische leger was.
Portaal KNIL |
Bronnen, noten en/of referenties
|
Voorganger: C.P. Schimpf |
Commandant van het KNIL 1865 - 1869 |
Opvolger: W.E. Kroesen |