Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Remise (schaken)
In het schaakspel kan een partij, behalve in een overwinning voor een van beide spelers, ook in remise eindigen, een gelijkspel. Bij zo'n onbesliste partij delen de spelers het punt, de uitslag wordt dan geschreven als ½-½. Een besliste partij is 1-0 (wit wint) of 0-1 (zwart wint). Remise bij het schaken komt tussen sterke spelers vrij veel voor, ondanks dat er ook op het hoogste niveau zelden foutloos wordt gespeeld.
Mogelijkheden voor remise
Een schaakpartij kan op verschillende manieren in remise eindigen.
- De spelers komen remise overeen. Een van de spelers biedt na het uitvoeren van zijn zet remise aan, en de ander neemt het aanbod aan. Een remise-aanbod afslaan kan ook. Het aanbieden van remise geschiedt meestal door de speler die net iets beter staat, maar denkt niet meer te kunnen winnen. Het doen van een remise-aanbod door een speler die duidelijk slechter staat wordt onbeleefd geacht.
- Er is sprake van pat. De speler die aan zet is heeft geen reglementaire zetten tot zijn beschikking, maar zijn koning staat niet schaak. Pat hoeft niet te worden geclaimd, het beëindigt de partij onmiddellijk. Staat de koning wel schaak, dan is het geen pat maar mat en wint de speler die de ander heeft matgezet.
- Dezelfde stelling, met dezelfde mogelijkheden (dus inclusief rokades en en-passant slaan), is voor (minstens) de derde keer ontstaan of staat op het punt te ontstaan (door een zet van de aan zet zijnde speler) met dezelfde speler aan zet. Het is niet automatisch remise, maar de speler die aan zet is kan remise claimen. Als deze een zet doet, is zijn kans echter voorbij en moet een nieuwe herhaling worden afgewacht. Een veel voorkomende oorzaak van een dergelijke remise is eeuwig schaak.
- Er is de laatste vijftig zetten (50 van wit, en 50 van zwart) niets geslagen en geen pion verzet, of deze situatie staat op het punt te ontstaan. Ook hier geldt dat de remise moet worden geclaimd door de speler die aan zet is. Zodra er alsnog wordt geslagen of een pion verzet, is de kans voorbij.
- Geen van beide spelers heeft nog matpotentieel, dat wil zeggen dat het technisch voor beiden onmogelijk is om de partij nog te winnen. De partij is bij het bereiken van zo'n situatie over. Het eenvoudigste voorbeeld is als beide spelers enkel nog hun koning hebben. Heeft een van de spelers nog twee paarden dan kan weliswaar mat niet worden geforceerd, maar is het in theorie nog wel mogelijk. In dat geval zal op den duur een andere grond voor remise ontstaan.
Wanneer met een schaakklok wordt gespeeld, komen er nog enkele mogelijkheden bij.
- Van beide spelers is de vlag gevallen (de toegestane bedenktijd is voorbij) en er kan niet worden achterhaald wiens vlag het eerst viel.
- Van een speler is de vlag gevallen, maar de ander heeft geen matpotentieel meer.
- Een speler die minder dan twee minuten over heeft voor de rest van de partij, kan remise claimen als de tegenstander er nog slechts op uit is om op tijd te winnen. Het oordeel van de arbiter is bepalend. Wedstrijden waarbij een bepaalde bedenktijd wordt gegeven voor 'de rest van de partij' komen vaak voor; voor de komst van de computer werden lange schaakpartijen meestal afgebroken om later te worden voltooid.
Salonremise
Een aparte vorm van overeengekomen remise is de salonremise, ook wel grootmeesterremise genoemd. Dit is een snelle, strijdloze remise, doorgaans omdat beide spelers er belang bij hebben, bijvoorbeeld voor een (groot-)meesterresultaat, een hoge klassering of om een extra rustpauze in te lassen.
Dit wordt niet altijd op prijs gesteld. In de 8e ronde van het World Cup-toernooi van Rotterdam, 1989 kwamen de grootmeesters Valeri Salov (wit) en Rafael Vaganian, die beiden ziek waren, na 1. h4 remise overeen (zie diagram). De arbiter gelastte de spelers de partij over te spelen. Na 11 zetten werd het alsnog remise.