Schoeg

Schoeg (in Engelse / internationale spelling veelal als skhug, soms schug of zhug; Hebreeuws: סחוג, spreek uit met de sch- van school maar met een Engelse/Franse g op het einde; Arabisch: سحوق Saḥawaq) is een Jemenitische pikante saus, die vooral in de Levant en het Nabije Oosten gebruikt wordt. Door de Jemenitische Joden werd de schoeg meegebracht naar Israël, waar de saus bijzonder populair werd. In Israël wordt soms ook de algemene term charif gebruikt (Hebreeuws: חריף, letterlijk ’pikant’).

De ingrediënten kunnen volgens recept en bereidingswijze enigszins verschillen. Het hoofddeel bestaat uit chilipepers, knoflook, koriander en verschillende specerijen. Schoeg adom (rode schoeg) wordt gemaakt uit rode chilipepers; schoeg jarok (groene schoeg) uit groene chilipepers. Een derde variante, schoeg choem (bruine schoeg), bestaat uit groene chilipepers (schoeg jarok) met tomaten. Onder schoeg Temani (Jemenitische schoeg) verstaat men een groene, pikante schoeg.

Deze variëteiten hebben de pikante smaak gemeenschappelijk. Het is een populaire smaakbrenger bij falafel of shoarma, en wordt dikwijls geserveerd met hummus.

Bereiding

Traditionele Jemenitische koks bereiden schoeg door de ingrediënten tussen twee stenen fijn te malen. De ingrediënten worden apart gemalen, dan vermengd en samen nog eens gemalen. Tegenwoordig wordt ook een vijzel of een food processor gebruikt.

Medicinale eigenschappen

De Jemenitische Joden schreven medicinale werking toe aan de chilipepers. Volgens de Jemenitische folklore zouden de Joden in Jemen ooit een hongersnood hebben overleefd op basis van tomaten, hilbeh (fenegriek) en chilipeper. Volgens een andere legende werd Jemen door een zware epidemie getroffen, maar overleefden de Joden dankzij hun royaal gebruik van deze voedingswaren. De chilipeper werd geacht het lichaam te helpen om weerstand te bieden tegen ziekte, de vitaliteit te verhogen, de vertering te stimuleren en parasieten in het spijsverteringskanaal te voorkomen of uit de weg te ruimen.