Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Walter Salter

Uit Wikisage
Versie door Mendelo (overleg | bijdragen) op 18 dec 2012 om 10:43 (beginmateriaal, overgenomen uit: http://nl.wikisage.org/w/index.php?title=Joseph_Franklin_Rutherford&oldid=121628#Karakter_en_houding)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Karakter en houding

Rutherford was een grote man die alleen al door zijn verschijning respect afdwong. Hij had een luide, diepe stem en leek in alles op een zuidelijke Amerikaanse senator.[1] Biografen beschrijven Rutherford als een krachtige spreker met een ongezouten en directe stijl. Hij ging met zijn vrienden om als een despoot en was meedogenloos richting zijn vijanden.[2] Hij was onderhevig aan stemmingen, was soms zo bot dat het grof was en had een explosief karakter dat hem zo nu en dan tot fysiek geweld dreef. Hij was zo overtuigd van zijn eigen (religieuze) opvattingen dat hij een ieder die hem tegenstond zag als aanhangers van de duivel.[3]

De historicus M. J. Penton, die zelf een voormalige Getuige is, beschreef Rutherford als volgt:

Het meest curieuze trekje van Rutherford was wel dat hij in sommige puriteinse zaken „roomser dan de paus was”, terwijl hij in andere ronduit losbandig was. Hij gebruikte veelvuldig vulgaire taal, was een alcoholist en werd ooit door een naaste medewerker beschuldigd een klucht met veel naakt te hebben bijgewoond met twee collega-ouderlingen en een jonge vrouwelijke Bijbelonderzoeker op een woensdagavond voorafgaand aan de herdenking van het Avondmaal.[4][5][6]

Sommige voormalige medewerkers van het hoofdbureau van het Wachttorengenootschap vertelden verhalen over Rutherfords drankzucht en zijn dronken buien. Anderen vertelden hoe moeilijk het wegens zijn dronkenschap zou zijn geweest om hem op het podium te krijgen om een lezing te houden.[7] Deze beschuldigingen komen bijvoorbeeld in een open brief van de voormalige landsopziener van het Wachttorengenootschap in Canada, Walter Salter.[8] Salter was jarenlang een intieme vriend en vertrouweling van Rutherford, maar begon volgens het tijdschrift The Golden Age vanaf 1935 eigen voorstellingen te promoten, zoals ideeën over „universele redding” of de mening dat het prediken pas na „Armageddon” nodig zou zijn.[noot 1] Hij vertelde openlijk dat hij de volgende president van het Wachttorengenootschap zou worden en dat de Wachttoren zijn ideeën zou overnemen. Wat men hem bijzonder kwalijk nam, was dat Salter op oneerlijke wijze het briefhoofd van het Wachttorengenootschap gebruikte om gemeenten in Canada en daarbuiten opdracht te geven om materiaal te bestuderen dat hij persoonlijk had geschreven.[9] Het Wachttorengenootschap vatte samen dat Salter een samenzwering had gesmeed „om het werk van de Heer teniet te doen en de dood van sommige dienaren van de Heer te bewerkstelligen”.[10] Uiteindelijk werd hij in 1937 door de gemeente te Toronto uitgesloten (geëxcommuniceerd).[11] Naast Salter werden degenen die zijn lijn volgden verwijderd.[12]

  1. º Herbert H. Stroup, The Jehovah’s Witnesses, Columbia University Press, 1945, blz. 16
  2. º Alexander H. Macmillan: Faith on the march 1957, p. 77, 150, 151. (en)
  3. º Tony Wills: A people For His Name Lulu Enterprises 2006, p. 107, 131. (en)
  4. º Citefout: Onjuist label <ref>; er is geen tekst opgegeven voor referenties met de naam Penton-48
  5. º M. J. Penton: Apocalypse delayed (documentatie in de noten op blz 348) University of Toronto Press, Toronto 1997, p. 348. (en)
  6. º Zie ook de (en) open brief die Olin Moyle aan Rutherford schreef.
  7. º M. J. Penton: Apocalypse delayed University of Toronto Press, Toronto 1997, p. 72. (en)
  8. º Deze kan op (en) deze pagina worden gelezen.
  9. º Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania, The Golden Age, 5 mei 1937, Watch Tower Bible and Tract Society of New York, Inc. , p. 498-507
  10. º Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania, The Watchtower Announcing Jehovah’s Kingdom, 1 mei 1937, (w1937 1/5-E) Watch Tower Bible and Tract Society of New York, Inc. , p. 141
  11. º Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania, Jaarboek van Jehovah’s Getuigen (yb80-O) Watch Tower Bible and Tract Society of New York, Inc., 1980. Canada,, p. 132
  12. º Degenen die op het bijkantoor wilden blijven, dienden in te stemmen met een resolutie waarin zij hun „geloof en loyaliteit in het Genootschap, en zijn dienaren, broeder Rutherford in Brooklyn” en Chapman (de vervanger van Salter) verklaarden.Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania, The Watchtower Announcing Jehovah’s Kingdom, 1 juni 1937, (w1937 1/6-E) Watch Tower Bible and Tract Society of New York, Inc. , p. 175


Citefout: Er bestaat een label <ref> voor de groep "noot", maar er is geen bijbehorend label <references group="noot"/> aangetroffen