Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Félicien Cauwel
Félicien Cauwel (Nederboelare 31 augustus 1885 - Fort van Breendonk 30 november 1943) was veldwachter in Nederboelare.[1][2][3]
Levensloop
Cauwel's vader en grootvader waren veldwacht en Félicien werd op 17 Augustus 1914 zelf ook aangesteld als veldwachter. Hij was nochtans niet geslaagd voor de toelatingsproef, 3 andere kandidaten waren dit wel. Het examen verslag schreef dat zijn "geleerdheid" te beperkt was. Merkwaardig genoeg werd Cauwel toch aangesteld door de gouverneur.
Hij verliet het ouderlijk huis pas toen hij 48 nadat hij op 14 februari 1934 trouwde hij met Marguérite Olivier, het echtpaar had geen kinderen. Zijn broer Théodore was gemeenteraadslid.
arrestatie en conflicterende versies
Op 30 mei 1943 werd hij gearresteerd, er doen twee verhalen de ronde over de reden van zijn arrestatie:
De verhalen en getuigenissen van ver na de oorlog in de streek verschillen, maar luiden in grote lijnen als volgt: Cauwels zou leden van de Zwarte Brigade hebben betrapt op het stropen van vee en dit feit zou verband houden met zijn arrestatie: Cauwel zou hebben gezwegen uit angst op te treden tegen deze Duitsgezinde collaborateurs. Louis Lorrez, een voormalig lid van de Vlaamsche Kommunistische Partij die na zelf te zijn gearresteerd zou zijn gaan werken voor de Duitsers, zou hierop Cauwel bij de Duitsers hebben verraden om te voorkomen dat Cauwel toch nog zou kunnen optreden tegen de stropers.
Na publicatie van deze versie van de feiten in 2004 in het tijdschrift van de plaatselijke heemkundige kring Gerardimontium uit Geraarbergen werd de kring gecontacteerd door een overlevende uit collaboratiemilieus: hij stelde dat er geen sprake was van verraad en al helemaal niet door Lorrez die als communist geen banden had met de lokale collaboratiemiddens. De onbekende getuigde stelde de Duitsers het onderzoek naar de sabotagedaden zelf in handen hebben genomen omdat er maar geen vooruitgang werd geboekt door de Belgische onderzoekers. De Duitsers zouden daarbij hebben ontdekt dat de aanslagen telkens enkel plaatsvonden op de vrije dagen van Cauwel. Toen ze dit patroon doorhadden hebben ze hinderlagen gelegd en hem uiteindelijk op heterdaad betrapt.
Het is niet bekend of één van beide versies klopt. Voor iemand uit het collaboratiemilieu was geen reden was er in ieder geval geen reden om de communist (en dus 'natuurlijke vijand') Lorrez vrij te pleiten. Lorrez werd na de oorlog wegens verraad gefusilleerd, hoewel hij dus mogelijk onschuldig was aan de dood van Cauwel.
Er zijn volgens naoorlogse documenten aanwijzingen dat Cauwel misschien wapens heeft verborgen voor het verzet (de naam van Lorrez duikt hierbij weer op) en hij zou zijn gearresteerd na eerder verraad. De ware toedracht blijft echter een mysterie.
Félicien Cauwel werd op 30 mei 1943 werd aangehouden, samen met Alfred Hutse en Cesar de Schuiteneer. Cauwel werd na zijn arrestatie tot 15 juni opgesloten in Gent en nadien overgebracht naar het concentratiekamp Fort van Breendonk. Op 27 november 1943 werden Cauwel en 28 andere gevangenen (waaronder Todor Angelov) ter dood veroordeeld. Hij werd op 30 november 1943 als vergeldingsmaatregel voor onopgeloste sabotagedaden gefusilleerd.[4]
Hij ligt begraven op het Ereperk der Gefusilleerden.
Nagedachtenis
In Nederboelaere werd t.h.v. de kerk een monument voor hem opgericht en tevens werd de Veldmuisstraat omgedoopt tot Felicien Cauwelstraat.[5]
Bronnen, noten en/of referenties
|