Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Harry Meinardi

Uit Wikisage
Versie door Rodejong (overleg | bijdragen) op 9 feb 2012 om 15:29 ({{wiu|1=lijkt nog niet erg af|2=2012|3=02|4=09}} http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Harry_Meinardi&oldid=29473415)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Harry Meinardi (Nice, 20 februari 1932) is een Nederlands buitengewoon hoogleraar in de epileptologie.

Biografie

Meinardi studeerde medicijnen in Leiden en werd vervolgens assistent op het Laboratorium voor Endocrinologie van Andries Querido. Daar kwam hij in aanraking met Meer en Bos, een instelling die in eerste instantie door de vereniging De Macht van het Kleine was opgericht om min-vermogende epilepsie-patiënten te verplegen. Hierdoor raakte hij geìnteresseerd in het onderzoek en een holistische behandeling van epileptie. Meinardi specialiseerde zich tot zenuwarts en kon vervolgens, dankzij een beurs van het Rockefeller Instituut, in Amerika verder de biochemie bestuderen. Hij maakte een afspraak met de geneesheer-directeur van Meer en Bos en Bethesda Sarepta, Albert Lorentz de Haas, om na zijn terugkeer uit Amerika parttime in Meer en Bos en parttime in zijn kliniek te gaan werken. In het Rockefeller Instituut ging Meinardi substantie P isoleren uit hersenen om de structuur daarvan te bestuderen. Het lukte hem om uit de hypothalamus van geiten een peptide van 27 aminozuren te isoleren, dat farmacologisch aan de criteria van substantie P voldeed. Hij moest dit onderzoek beëindigen omdat hij door Dr. de Haas teruggeroepen werd naar Nederland.

In diens instituut ging Meinardi vervolgens onderzoeken of het mogelijk zou zijn verschillende epileptiesyndromen te herkennen aan bepaalde biochemische karakteristieken, zoals een specifiek aminozuurpatroon in het bloed. Dit onderzoek gaf geen uitkomsten. Andere onderzoeken die Meinardi deed was naar patiënten die in aansluiting op een epileptische aanval meer last hadden dan anderen van het ontstaan van oedeem in en om de epileptische haard en naar het verband tussen intelligentieafname na een epileptische aanval. Zijn methode bij dit laatste onderzoek was om mensen die hersenletsel opliepen na de herstelfase psychonometrisch te onderzoeken en opnieuw als zij last kregen van epileptie (vaak voorkomend na hersenletsel); op dat moment zou de invloed van epileptie op cognitie gemeten kunnen worden. Meinardi werd vervolgens benoemd tot directeur van het Instituut voor Epileptiebestrijding en in 1985 benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de epileptologie aan de Radboud Universiteit te Nijmegen. Aldaar richtte hij de Nijmeegse epileptiewerkgroep (NEW) op, met als onderzoeksdoel onder meer de bijwerkingen van anti-epileptica. Hij was verder actief voor het Nederlands Tijdschrift voor Epileptologie, voor de stichting Epilepsy Care Developing Countries en het steunen van verbetering van de epileptiebestrijding in Oost-Afrika.

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

rel=nofollow