Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Superluminaal
Superluminaal betekent: sneller dan het licht.
Een voorbeeld van superluminale deeltjes zijn Tachyonen. Deze hypothetische deeltjes hebben een minimumsnelheid gelijk aan c, en kunnen daarboven iedere snelheid aannemen. Tachyonen zijn (nog) niet in de praktijk aangetoond.
Sneller dan het licht?
Verschillende processen lijken de lichtsnelheid te overtreffen. Deze processen hebben echter niet de potentie om informatie meer dan lichtsnel over te brengen, zodat ze niet in strijd zijn met de relativiteitstheorie. Het verzenden van informatie door een signaal dat gebonden is aan ruimte en tijd kan nooit sneller gaan dan c.
Als voorbeeld het volgende: Wanneer een laserstraal over een ver verwijderd voorwerp wordt bewogen, kan de laserpunt die het voorwerp raakt een zijwaartse snelheid krijgen die groter is dan die van het licht. Een beweging over een kleine hoek heeft een enorme zijdelingse verplaatsing van de laserbundel op grote afstand tot gevolg. Dit is een superluminaal verschijnsel, dat echter niet in strijd is met de relativiteitstheorie omdat de laserbundel zich niet sneller van de bron afbeweegt dan met de snelheid c. Het verzenden van informatie op deze wijze is dus nog steeds afhankelijk van de snelheid van de laserbundel.
Echter, sommige fenomenen in de kwantummechanica, zoals kwantumverstrengeling, lijken informatie sneller dan het licht over te kunnen brengen. Bij quantum entanglement wordt een sub-atomair deeltje met een spin van 0, gesplitst in twee deeltjes, één met een spin van ½, de ander met een spin van -½. Wanneer we niet weten welk deeltje de positieve spin heeft, en we deze deeltjes op grote afstand van elkaar brengen, dan bevindt de spin van beide deeltjes zich in superpositie, wat betekent dat de deeltjes niet alleen een evengrote kans hebben op een positieve spin, maar ook zowel een positieve als een negatieve spin tegelijk lijken te bezitten. Alain Aspect voerde in 1981 een experiment uit waarmee hij aantoonde dat wanneer we de spin meten van één van de deeltjes, het andere (ver verwijderde) deeltje ogenblikkelijk de complementaire spin aanneemt. Deze informatie-overdracht is superluminaal, omdat zij vrijwel ogenblikkelijk plaatsvindt. In dit geval is geen sprake van een signaal-overdracht dat gebonden is aan de lichtsnelheid, maar bezitten beide deeltjes nog dezelfde golffunctie en bestaat er daarom een onderlinge verbondenheid (correlatie). Direct na de meting stort de golffunctie echter ineen, waardoor ook hier geen sprake kan zijn van informatie-overdracht.