Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Krijgsgevangenenkamp Göttingen
Het Krijgsgevangenenkamp te Göttingen was een krijgsgevangenenkamp dat in de Eerste Wereldoorlog vooral bedoeld was voor Vlaamse letterkundigen en intellectuelen.
Het kamp werd opgezet in september 1914 in het Ebertal te Göttingen,[1] en strekte zich uit over 13 ha.[1] Het gevangenenkamp, met meer dan 200 barakken, werd aangesloten aan de riolering en het electriciteitsnet van de stad Göttingen.[1]
Het kamp was oorspronkelijk bedoeld om maximaal tienduizend gevangenen te kunnen herbergen.[2] Tegen augustus 1915 was het aantal gevangenen gestegen tot het dubbele, bestaande uit Britse, Franse, Belgische en Russische gevangenen.[2]
De Duitse regering had het doel voordeel te trekken uit de spanningen tussen Vlamingen en Walen in België. De Flamenpolitik had de bedoeling om er door middel van doelgerichte propaganda voor te zorgen dat Vlamingen zich vrijwillig akkoord zouden verklaren met een splitsing van België. Het afgesplitste Vlaanderen zou vervolgens als een hertogdom worden opgenomen in het Duitse Rijk.[1] Vlaamse krijgsgevangenen werden daarom verzameld in het Ebertal te Göttingen.
Reeds op 16 februari 1915 had het Duitse ministerie van oorlog beslist de krijgsgevangenen van Vlaamse oorsprong af te zonderen van de anderen. Toch werd deze scheiding niet systematisch doorgevoerd. In Göttingen en Altengrabow was dit wel het geval.[3]
Vlaams activisten dachten van hun kant hun doel, de Vlaamse ontvoogding, te kunnen bereiken door samen te werken met de Duitsers. In het gevangenenkamp te Göttingen was een zeer actieve kern van activisten. Zij stonden in contact met vertegenwoordigers van de Raad van Vlaanderen. Vanuit Göttingen verscheen vanaf maart 1915 een Vlaams blaadje, Onze Taal, dat in de handen kwam van de activisten, met Godfried Rooms als hoofdredacteur.[3]
Onder de Vlaamse gevangenen bevonden zich ongeveer 135 hooggeschoolde Vlamingen, die aan de propaganda zouden meewerken.[1] Er werd voor hen een school gebouwd in het gevangenenkamp, in samenwerking met een theologieprofessor van de Universiteit Göttingen, Carl Stange, en enkelen van zijn medewerkers.[1] Prof. Stange was heel actief in de Duitse YMCA beweging en zag het als zijn christelijke missie de omstandigheden in het gevangenenkamp te verbeteren.[2]
In november 1916 werden de Fransen en de Britten vanuit Göttingen naar andere gevangenenkampen gestuurd, in maart 1917 vertrokken ook de Walen. De vrijgekomen plaatsen werden opgevuld met steeds meer Vlamingen.
De Vlamingen konden deelnemen aan taalcursussen en seminaries over geografie en geschiedenis volgen, lezingen over kunstgeschiedenis, filosofie, rechtskunde, natuur- en handelswetenschappen bezoeken. Er werden aula’s ingericht en een omvangrijke bibliotheek met wel 10.000 titels en leeszalen. In de herfst van 1917 werd de school door de staat erkend en vanaf januari 1918 werden er officiële examens afgelegd.
In het kamp waren drie centraal gelegen barakken ingericht als postkantoor en postsorteercentrum voor brieven, pakjes, geldzendingen, en kranten, die in het kamp zelf werden gedrukt.[4]
Verschillende Vlaamse activisten brachten een bezoek aan het gevangenenkamp. August Borms was meermaals op bezoek. Tegen juli 1918 stelde hij vast dat de Vlaamse activiteiten in het gevangenenkamp achteruit gingen.[3]
Vanuit Duits standpunt had het propagandawerk in het gevangenenkamp niet het gewenste resultaat. Uit de brieven die de gevangenen naar hun familieleden stuurden, bleek dat ze vaak geen pro-Duitse houding ontwikkelden. Bovendien leken de spanningen tussen Vlamingen en Walen zelfs af te nemen.[1]
Door de besluiten van de tweede conventie van Bern op 26 april 1918, hadden de Vlaamse gevangenen de mogelijkheid om zich naar Frankrijk te laten uitwisselen. Velen maakten hiervan gebruik en verlieten het gevangenenkamp en het Duitse Rijk.[1] Slechts enkelen bleven in Göttingen, omdat ze akkoord waren met de propaganda, of omdat zij bij terugkeer naar België voor de Krijgsraad zouden gekomen zijn.[1]
Na de oorlog
Na de oorlog moesten een aantal activisten zich verantwoorden voor een militaire rechtbank. Voor 101 Vlaamse militairen werd een dossier aangelegd. 35 van hen moesten verschijnen voor de krijgsraad; slechts 26 werden veroordeeld. De rest werd buiten vervolging gesteld of vrijgesproken.
De woonbarakken in het Ebertal dienden na de oorlog als tijdelijke woning voor Duitse krijgsgevangenen die waren teruggekeerd.[1] Terwijl in sommige barakken nog voormalige krijgsgevangenen waren blijven wonen, kwamen nieuwe families in de tot woning omgebouwde barakken wonen.[5] In de jaren 1950 ging het landelijke karakter van het Ebertal vertoren.[5] Eind jaren 1950 was er in de Bondsrepubliek Duitsland een programma om barakkenwijken op te ruimen.[5] Toen de resten van het gevangenenkamp in de vroege jaren 1960 werden opgeruimd om plaats te maken voor een nieuwe woonwijk, was het het laatste gevangenenkamp wat nog overgebleven was uit de Eerste Wereldoorlog. Er woonden tot die tijd Göttingse arbeiderfamilies.[1]
Het gebied waar het voormalige krijgsgevangenenkamp zich bevond, bevindt zich nu tussen de straten Wörthstraße, Breslauer Straße, Görlitzer Straße, Merkelstraße, Himmelsbreite en Beethovenstraße.[1]
Literatuur
- Wetenschappelijke Tijdingen, jg. 70, nr. 4 (2011), De strafrechterlijke repressie van het Vlaams activisme tijdens de Eerste Wereldoorlog in de Duitse krijgsgevangenenkampen (november 1918 tot juli 1925), https://www.wt.be/index.php/wt/article/view/6915/1339
- Carl Stange, Het Gevangenenkamp te Göttingen, Hofer, 1917, 69 pagina’s. Op google books; originele uitgave: Das Gefangenenlager in Göttingen.
- Rainer Pöppinghäge, Das Kriegsgefangenenlager Ebertal als Zentrum flämischer Propaganda im 1. Weltkrieg
- Universiteit Gent, fotoboek Krijgsgevangenenkamp Göttingen, https://ojs.ugent.be/broodenrozen/article/download/3339/3321
- Göttingen, in de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, Lannoo, Tielt, 1998. Herwerkte uitgave 2023.
Verwijzingen
- ↑ 1,00 1,01 1,02 1,03 1,04 1,05 1,06 1,07 1,08 1,09 1,10 1,11 https://goettingensozial.wordpress.com/2013/01/08/das-ebertal-gefangenenlager-des-ersten-weltkrieges-und-spatere-notsiedlung/
- ↑ 2,0 2,1 2,2 Pursuit of an ‘Unparalleled Opportunity’ https://www.gutenberg-e.org/steuer/steuer.ch06a.html
- ↑ 3,0 3,1 3,2 H. J. Elias, Vijfentwintig jaar Vlaamse Beweging. De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1969-1972. p. 91. op dbnl.org
- º Kriegsgefangenenlager Ebertal in Göttingen 1914-1918 Briefmarkensammler-Verein-Goettingen
- ↑ 5,0 5,1 5,2 KGL - Kriegsgefangenenlager op arcinsys.niedersachsen.de