Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Groene politiek
Groene politiek is een politieke ideologie die gericht is op een ecologisch duurzame samenleving gebaseerd op sociale rechtvaardigheid en basisdemocratie. De ideologie begon vorm te krijgen in de jaren zeventig in de westerse wereld. Sindsdien hebben veel Groene partijen over de hele wereld zich ontwikkeld en electoraal succes behaald.[1]
De politieke term "Groen" werd voor het eerst gebruikt door de Duitse Grünen, een Groene partij gevormd in de jaren 70.[2] De term "politieke ecologie" wordt soms ook gebruikt in Europa en in academische kringen.
Aanhangers van Groene politiek, Groenen genaamd, delen veel ideeën met ecologisme, milieubewegingen, feminisme en vredesbewegingen. Ook worden thema's zoals burgervrijheden, sociale rechtvaardigheid, pacifisme en sociale progressie vaak met de Groenen geassocieerd. Eveneens hebben Groene partijen kritiek op hoe de moderne industrie en economie de belangen van milieu en de kwaliteit van leven voor mensen kan schaden.[3] Groene partijen worden over het algemeen links geplaatst in het politieke spectrum.
De Groene politiek een sterke focus op milieu-gerelateerde onderwerpen. In deze overlapt het met politieke ideologieën zoals ecosocialisme, eco-anarchisme en ecofeminisme, maar in hoeverre deze bewegingen gezien kunnen worden als deel van de Groene politiek staat ter discussie.[4]
Los en ongerelateerd van de ontwikkeling van de "linkse" Groene politieke filosofie ontstond er ook een aparte ecologische beweging op de politieke rechterflank zoals Groen conservatief, ecokapitalisme en ecofasicme.
Geschiedenis
Invloeden
De Groene politiek is een samenkomen van verschillende politieke, sociale en filosofische ideeën. Aanhangers van Groene politiek zien het vaak niet alleen als politiek maar ook als een deel van een algemeen wereldbeeld.
De filosofische wortels van milieubewegingen kunnen worden herleid tot de verlichting, met denkers zoals Rousseau en later de auteur en naturalist Thoreau in Amerika. Historische figuren zoals Gandhi, Jacob von Uexküll en Spinoza worden vaak aangehaald als vroege voorvaders van de Groene politieke stroming. Dit door hun pleiten voor langetermijn-denken, ook voor volgende generaties en persoonlijke verantwoordelijkheid voor het maken van morele keuzes.
Ook is het moderne concept van milieubescherming niet nieuw: er zijn bronnen gevonden van Rome tot China waarin geklaagd werd over lucht-, water- en geluidsvervuiling.[5] Georganiseerde milieubewegingen begonnen in de late negentiende eeuw in Midden-Europa en de Verenigde Staten te ontstaan als reactie op de industriële revolutie met nadruk op ongeremde economische groei.[6] Een van de eerste natuurbehoud-bewegingen uit deze tijd was de Sierra Club die werd opgericht in 1892 te San Francisco.
In de jaren zeventig begonnen Groen-Linkse bewegingen zich te baseren op basis van wetenschappelijke termen en beleid van milieubewegingen, feminisme, pacifisme, anarchisme, liberaal socialisme en socialisme. Toen deze bewegingen zich omvormden in partijen en invloedrijk begonnen te worden, begon Groene politiek deze bewegingen te overkoepelen.
Vroege ontwikkeling tot 1980
De eerste politieke partijen met een basis in milieubewegingen was de United Tasmania Group, gestart in maart 1972 in Australie. Hun doel was de ontbossing tegengaan en de bouw van een milieu-schadende dam te stoppen. Hoewel de partij maar drie procent van de stemmen haalde inspireerde het volgens Derek Wall "de oprichting van Groene partijen over de hele wereld".[7] In mei van het jaar 1972 op een bijeenkomst bij de Victoria University of Wellington in Nieuw-Zeeland werd de Values Party opgericht, 's werelds eerste nationale Groene partij.[8] Een jaar later, in 1973, werd Europa's eerste Groene partij opgericht in het Verenigd Koninkrijk: de Ecology party.
Hoewel de Duitse Grünen een van de meest bekende Groene partijen in Europa is, was het niet de eerste. De Bündnis 90/Die Grünen deed voor het eerst mee met de verkiezingen in 1980. Ze startten als een coalitie van burgergroepen en politieke groepen die samen vonden dat hun belangen door de huidige politiek niet goed vertegenwoordigd waren. Het waren ook de Duitse Grünen die voor het eerst de term "Groen" gebruikten en het internationale Groene symbool van de zonnebloem begonnen te gebruiken. In de Duitse verkiezingen van 1983 wonnen de Groenen 27 zetels in de Bundestag.
Na de Europese verkiezingen van 1979 identificeerden de Duitse Grünen als eerste de Vier Pilaren van de Groene politiek (ecologische wijsheid, sociale rechtvaardigheid, basisdemocratie en geweldloosheid). Dit zou de basis worden voor Groene partijen over de hele wereld. Historisch gezien groeiden groene partijen vanuit een lokaal niveau waarna ze konden doorgroeien naar regionale en provinciale politiek. Ze treden pas toe tot landelijke politiek wanneer er een sterk netwerk is van lokale supporters.
Rond dezelfde tijd in Nederland 1970 behaalde een politieke partij genaamd de Kabouterbeweging enkele zetels in gemeenteraden van grote steden. De Kabouters kwamen voort uit de provobeweging met hun "witte plannen", zoals het witte fietsenplan (fietsen gratis door iedereen te gebruiken) en het witkarproject. Hierna introduceerden ze "Groene plannen".[9] Hun ideeën komen overeen met andere jonge Groene partijen.
Verdere ontwikkeling
In Finland, in 1995, werd de Groene Liga de eerste Europese partij die deel werd van een coalitie op staatsniveau. De Duitse Groenen volgden in 1998-2005 waarbij ze een regering vormden met de SPD (Sozialdemokratische Partei Deutschlands). In 2001 bereikten ze een groot succes door een akkoord om de Duitse afhankelijkheid van nucleaire energie te stoppen. Later steunden ze kanselier Gerhard Schröder in de oorlog in Afghanistan. Dit veroorzaakte veel spanning met andere internationale Groene partijen, maar liet wel zien dat ze regeringsverantwoordelijkheid namen.
In 2004 werd in Letland Indulis Emsis, de leider van de Letse Groene Partij, de minister-president van Letland. Daarmee was hij de eerste Groene politicus die een land leidde. In de Duitse deelstaat Baden-Württenburg is de Groene partij sinds de verkiezingen van 2011 de leider van een coalitie met de Sociaal-Democraten.
Standpunten
In 1979 identificeerden de Duitse Grünen als eerste de Vier Pilaren van de Groene politiek (ecologische wijsheid, sociale rechtvaardigheid, basisdemocratie en geweldloosheid). Dit zou de basis worden voor Groene partijen over de hele wereld.[10]
In 1984 breidde de Green Committees of Correspondence in de Verenigde Staten de vier pilaren uit tot de tien kernpunten. De tien kernpunten in totaal waren nu:
- Ecologische wijsheid
- Sociale rechtvaardigheid
- Basisdemocratie
- Geweldloosheid
- Decentralisatie
- Gemeenschapsgerichte economie
- Post-patriarchale waarden (later vertaald naar feminisme)
- Respect voor diversiteit
- Wereldwijde verantwoordelijkheid
- Toekomstfocus
In 2001 organiseerden de Global Greens zich officieel als een internationale Groene beweging. Het Global Greens handvest koos zes gidsende principes:
- Ecologisch wijsheid
- Sociale rechtvaardigheid
- Participatiedemocratie
- Pacifism
- Duurzaamheid
- Respect voor diversiteit
Economie
Groene economie focust op het belang van het welzijn van de milieu in verhouding tot kwaliteit van leven. De meeste Groene partijen wantrouwen klassiek kapitalisme omdat het volgens hen de neiging heeft te richten op economische groei in plaats van het welzijn van mensen en het milieu. Volgens hen bevat de "volledige kosten" van economische groei vaak schade aan de biosfeer, wat onacceptabel is volgens de Groenen. Zij zien zulke groei als 'oneconomische groei': een toename van goederen die toch de kwaliteit van leven verslechtert. Daaruit volgend pleiten Groene partijen voor economisch beleid dat het milieu beschermt.
Sommige Groenen verwijzen naar de consumptiemaatschappij en alleen maar zoveel mogelijk willen produceren als "Grijze economie" (dit associërend met ouderdom, beton en levenloosheid) contrasterend met een "Groene" visie (gebaseerd op duurzaamheid).
Groenen willen dat overheden stoppen met het subsidiëren van bedrijven die vervuilen of middelen verspillen. Sommige stromingen van de Groene partijen plaatsen enkele auto- en agrarische bedrijven ook binnen de vervuilende categorie omdat ze de mens en milieu zouden schaden. Groenen pleiten voor een "Groen" belasting-systeem waarin de vervuiler betaalt. Hiermee bemoedigen ze producenten en consumenten om milieuvriendelijke keuzes te maken.
Groene economie is gemiddeld genomen antiglobalistisch op economisch vlak. Volgens de Groenen is economische globalisering een dreiging omdat natuur en lokale culturen vervangen worden door een eenheidsworst-economie die ook wel de wereldwijde economische monocultuur genoemd wordt. Om dit tegen te gaan en een lokale economie te stimuleren pleiten Groenen vaak voor minder belasting op lokale productie en handel.
Omdat de Groenen vooral nadruk leggen op het welzijn van het milieu, een issue buiten het klassieke links-rechts spectrum, zijn in de politiek zowel ideeën van socialisme en kapitalisme meegenomen. Linkse Groenen worden vaak eco-socialisten genoemd. Zij mixen ecologie, socialisme en Marxisme en leggen de schuld en sociale onrechtvaardigheid, ongelijkheid en conflict in de basis bij de kapitalisme. Eco-kapitalisten, aan de andere kant, geloven dat de vrije markt, met een paar aanpassingen, in staat is om ecologische problemen aan te pakken. Deze overtuiging is beschreven in The Gort Cloud, waarin de 'gort cloud' genoemd wordt als een gemeenschap die milieuvriendelijke bedrijven ondersteund. Een recent invloedrijke econoom voor de Groene beweging is Piketty.
Democratie
Vanaf haar begin heeft de Groene politiek sterk gepleit voor basisdemocratie. De Groenen vinden het belangrijk dat burgers een directe rol spelen in het maken van beslissingen die hun leven beïnvloeden. Ze geloven in een "bottom up-model" waar lokale groepen mensen regionaal, dan stedelijk, dan nationaal standpunten vormen. Ze gaan voor consensusdemocratie waar dat mogelijk is.
Groene politiek bemoedigd ook politieke betrokkenheid op individueel niveau, zoals bewust consumeren of het kopen van artikelen die ethisch verantwoord en milieuvriendelijk zijn. Veel groene partijen steunen individuele en basisdemocratische betrokkenheid in lokale, regionale en nationale politiek. Sommige Groenen pleiten voor nieuwe manieren om autoriteit te organiseren om zo lokale controle te vergroten, zoals bijvoorbeeld stedelijke afscheiding en een bioregionale democratie.
In de Europese Unie steunen de meeste groene partijen een democratisch federaal Europa.
Andere kernpunten
Groene partijen zijn over het algemeen tegen kernenergie en tegen het vrijkomen van schadelijke gassen in de atmosfeer.
Groene partijen zijn voor het beperken van het ontwikkelen van genetisch gemodificeerd organismes (GMO's). Ze handelt volgens het voorzorgsprincipe, waarbij technologieën pas geïmplementeerd worden wanneer er bewezen is dat ze mens en milieu niet schaden.
In de geest van het pacifisme zijn de Groenen tegen de oorlog tegen terrorisme en de beperking van burgerrechten die daar vaak mee gemoeid gaat. Ze richten zich meer op het opbouwen van een democratie in conflictzones en het steunen van een burgermaatschappij met daarin specifiek een grotere rol voor vrouwen. Emancipatie voor vrouwen en LGBT's speelt ook een prominente rol bij de Groenen.
De meeste Groenen wereldwijd zijn voor softdrugs en tegen de "War on Drugs" en "het criminaliseren van een slachtofferloos misdrijf". Ze roepen echter wel op tot een harde wetshandhaving op het gebied van gewelddadige misdaad met daarin onder andere het handelen in harddrugs.[12]
Omdat ze vaak betrokken zijn bij het bevorderen van diversiteit, zijn sommige groene partijen betrokken bij het beschermen van tradities, talen en culturen. De Ierse groene partijen steunen bijvoorbeeld het behoud van de Ierse taal.[13]
Sommige Groene partijen focussen zich sterk op de campagne voor het afstoten van fossiele brandstoffen.[14] Thomas Pogge, diricteur van het Global Justice Program en hoogleraar aan Yale heeft ooit gezegd dat deze campagne voor het afstoten van fossiele brandstoffen kan bijdragen aan politieke beslissingsmomenten zoals bij de COP (de internationale climate change conferentie).[15] Sommige voorlopers op dit vlak in Amerika zijn Stanford University, Syracuse University, Sterling College en nog 20 meer universiteiten. Een grote groep steden, landen en religieuze instituties zijn ook deel van de beweging voor het afstoten van fossiele brandstoffen. Ook in Nederland pleiten groepen hiervoor onder de naam "fossielvrij" [16][17]
Organisatie
Lokale bewegingen
De Groene ideologie legt een nadruk op participatiedemocratie met het principe "Denk wereldwijd, handel lokaal". Hieruitvolgend is de ideale Groene partij van onder naar boven gestructureerd van buurten naar gemeenten naar regio's naar nationale overheden. Het beslissingsproces gaat via een consensus.
Lokale coalitievorming worst gezien als een stap naar electoraal succes. Historisch gezien hebben Groene partijen succes geboekt met het focussen op een specifiek issue en het dan betrekken van burgers. In Duitsland is dit bijvoorbeeld succesvol gedaan met het afschaffen van kerncentrales.
Wereldwijde organisatie
Wereldwijd groeit de samenwerking tussen Groene partijen. Er zijn nu meer dan 100 partijen. De internationale beweging van de Groenen heet de Global Greens en deze houdt elke vijf tot zeven jaar een congres. Paginatekst.[18] Onder de Global Greens zijn de deelnemende partijen verdeeld in vier continentale federaties:
- Federation of Green Parties of Africa
- Federation of the Green Parties of the Americas / Federación de los Partidos Verdes de las Américas
- Asia-Pacific Green Network
- European Federation of Green Parties
De Europese Federatie van groene partijen vormden zichzelf als de Europese Groenen op 22 februari 2004 in aanloop voor de verkiezingen voor het Europese parlement in juni 2004.
Ontwikkeling
De eerste onofficiële wereldwijde vergadering van de Groenen, de Planetary Meeting of Greens, vond plaats in Rio de Janeiro op 30 en 31 mei 1992, direct voor de United Nations Conference on Environment and Development die ook in Rio plaats zou vinden. Meer dan 200 Groenen uit 28 landen woonden deze bijeenkomst bij. Hier is een commissie opgericht, de Global Green Steering Committee, met daarin twee zetels voor elk continent. In 1993 heeft deze commissie de oprichting van het Global Greens Network geautoriseerd met daarin het mandaat voor een gezamenlijke agenda, nieuwsbrief en een Global green richtlijn. Dit netwerk bestaat uit afgevaardigden van elke Groene partij. Een ondersteunende organisatie werd ook opgezetː de Global Greens Coordination (GGC). Deze bestaat uit drie afgevaardigden van elke continentale Federatie van partijen (Afrika Europa, de Amerikas en Azië/Stille Oceaan).[19] Een overeenkomst bij de GGC moet unaniem besloten zijn bij haar leden. Het mag wereldwijde campagnes voorstellen aan haar partijen. De GGC mag statements steunen van individuele Groene partijen en heeft bijvoorbeeld ooit een statement van de Amerikaanse Green party over het Israel-Palestina conflict gesteund.[20]
In 1996 tekenden 69 Groene partijen een gezamenlijke declaratie tegen het nucleaire testen van Frankrijk in de Stille Zuidzee. Dit was het eerste gezamenlijke internationale statement op een lopend issue. Een tweede statement werd gepubliceerd naar aan leiding van het Kyoto-verdrag in december 1997.[21]
De eerste officiële bijeenkomst van de Global Greens vond in 2001 plaats in Canberra, nu met meer dan 800 Groenen uit 72 landen. Hier is het Global Greens Charter gepresenteerd met zes gidsende principes. Groene partijen over de hele wereld hebben dit manifest vertaald en in hun programma of manifest verwerkt.[22] Het tweede Global Green Congres is gehouden in het Braziliaanse São Paulo in Mei 2008. Hier waren 75 partijen gerepresenteerd.
Het derde Global Greens congres vond plaats in 2012 in Dakar. Hier bespraken ze onder andere de ontwikkeling van Afrika, de emancipatie van vrouwen, klimaatverandering en de Arabische lente.[23]
Ook op andere vlakken werken de Global Greens samen. Bijvoorbeeld de campagne om het New Caledonian koraalrif te nomineren voor een werelderfgoed-status.[24] Een ander voorbeeld is Ingrid Betancourtde leider van de Groene partij in Colombia, de Groene Zuurstof Partij (Partido Verde Oxigeno). Ingrid Betancourt en de campagnemanager van de partij, Claire Rojas, waren ontvoerd door extremisten van de FARC op 7 maart 2002 toen ze in gebied reisden dat gecontroleeerd werd door de FARC. Betancourt had gesproken op de Canberra bijeenkomst en daar veel vrienden gemaakt. Hierdoor organiseerden Groene partijen over de hele wereld politieke druk voor hun vrijlating. Bijvoorbeeld Groene partijen uit Afrika, Oostenrijk, Canada, Brazilië, Peru, Mexico, Frankrijk, Schotland, Zweden en andere landen hebben campagnes gestart waarin ze opriepen tot de vrijlating van Betancourt. Ook bezocht Bob Brown, de leider van de Australische Groenen Colombia, net als een afgevaardigde van de Europese Groene Federatie, Alain Lipeitz, wie daar ook een rapport over publiceerde.[25] De vier Federaties van de Groenen publiceerden een bericht naar FARC.[26] Ingrid Betancourt werd gered door het Colombiaanse leger in 2008.
Global Green conferenties
Los van de Global Greens bijeenkomsten vinden er ook losse Global Green conferenties plaats. Een vond bijvoorbeeld plaats vlak voor de World Summit on Sustainable Development in Johannesburg in 2002. Hier waren Groene partijen uit Australie, Taiwan, Korea, Zuid-Afrika, Mauritanië, Uganda, Kameroen, Cyprus, Italie, Frankrijk, België, Duitsland, Finland, Zweden, Noorwegen, de Verenigde Staten, Mexico en Chili.
Op deze conferentie besproken de Groene partijen Afrika en een betere werking van de procedures van de GGC. Ook kozen ze twee onderwerpen waar ze in de nabije toekomst een statement over zouden publiceren Irak en de wereldhandelsorganisatieconferentie in Cancun.
Meer informatie
- Dobson, Andrew (2007). Green Politicial Thought, 4e editie (1e editie in 1980), London/ New York: Routledge. ISBN 0-415-40351-0 (Hardcover)
- Gilk, Paul (2009). "Green Politics is Eutopian". The Lutterworth Press.
- Spretnak, Charlene (1986). The Spiritual Dimension of Green Politics. Santa Fe, N.M.: Bear & Co. 95 p. ISBN 0-939680-29-7