Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Oom: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Oom&oldid=45497372 - onzin.) |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
==Zie ook== | |||
* [[tante]] | |||
* [[oomzegger]] | |||
* [[tantezegger]] | |||
* [[oudoom]] | |||
[[Categorie:Familie]] | |||
Een '''oom''' of '''nonkel''' is een nauwe [[familie (verwanten)|familierelatie]], hij is de [[broer]] van iemands [[vaderschap|vader]] of [[moeder]]. De [[echtgenoot]]/[[echgenote]] van een oom of [[tante]] is een aangetrouwde oom of een aangetrouwde tante. | |||
==Etymologie== | |||
Het woord gaat terug op het [[Middelnederlands]]e ''oem'' en is verwant met het [[Oudfries]]e ''em'', het [[Oudengels]]e ''eam'' en [[Oudhoogduits]]e ''oheim.'' De oorspronkelijk betekenis is "moeders broeder".<ref>[[Jan de Vries (taalkundige)|J. de Vries]] & F. de Tollenaere, Etymologisch woordenboek, Utrecht: Het Spectrum, 1995, 19e druk, blz. 270.</ref> | |||
In Belgisch-Nederlandse [[spreektaal]] wordt ook het woord ''nonkel'' gebruikt. Dat is etymologisch een [[Assimilatie (taalkunde)|assimilatie]] van het [[Nederlands]]e lidwoord "den" met het Franse "oncle".<ref>[http://reijnhoudt.nl/pastoorponcke/lettern.html Reijnhoudt.nl: Vlaamse woorden met een N]</ref> Dit oncle gaat terug op het Latijnse ''avunculus'', dat moeders broeder betekent.<ref>Het Latijnse woord voor oom van vaderszijde is ''patruus''.</ref> Het woord avunculus hangt samen met ''avus'' en ''av(i)a'', de Latijnse woorden voor resp. grootvader en -moeder. | |||
==Woordgebruik== | |||
Het woord nonkel wordt ook meer algemeen gebruikt voor "vriendelijke (oude) man" en heeft dan ongeveer de waardering die door sommigen wordt gegeven aan "ome" in het noorden van het Nederlandse taalgebied. Een "hoge ome" is daarentegen een hoge pief, een man in een duur pak die zich boven anderen verheven acht, voor wie men echter niet veel [[respect]] opbrengt. De uitdrukking wordt ook wel eens aangetroffen in de politiek, met name op provinciaal en gemeentelijk niveau, maar weinig in de academische wereld. | |||
== | |||
Een oom die in het [[klooster (gebouw)|klooster]] getreden is of [[priester]] geworden is, noemt men in [[Rooms-katholieke Kerk|katholieke]] kringen '''heeroom''', naar de oude aanspreektitel voor priesters [[heer (priester)|heer]]. | |||
== | Een '''grootoom''' of '''oudoom''' is een oom van iemands vader of moeder, dus een (al dan niet aangetrouwde) broer van iemands grootvader of grootmoeder. | ||
* | |||
Een '''suikeroom''' is een rijke oom van wie men een erfenis verwacht. ' | |||
==Andere gebruiken== | |||
* Een ''Dutch uncle'' is in het [[Engels]] iemand die onverbiddelijke en ferme kritieken levert, maar met welwillende en educatieve bedoelingen, als ware hij een oom. De [[uitdrukking|zegswijze]] is mogelijk ontstaan in de 17e eeuw toen de [[Engels-Nederlandse Oorlogen|betrekkingen tussen Engeland en Nederland]] wat minder waren en had oorspronkelijk waarschijnlijk een meer [[belediging|beledigende]] betekenis.<ref>[http://www.word-detective.com/back-h.html Word-detective.com: All Things Dutch]</ref> | |||
==Zie ook== | ==Zie ook== | ||
* [[ | *[[Neef]] | ||
{{Appendix}} | |||
[[Categorie: | [[Categorie:Verwantschap]] |
Versie van 6 jan 2016 10:09
Zie ook
Een oom of nonkel is een nauwe familierelatie, hij is de broer van iemands vader of moeder. De echtgenoot/echgenote van een oom of tante is een aangetrouwde oom of een aangetrouwde tante.
Etymologie
Het woord gaat terug op het Middelnederlandse oem en is verwant met het Oudfriese em, het Oudengelse eam en Oudhoogduitse oheim. De oorspronkelijk betekenis is "moeders broeder".[1]
In Belgisch-Nederlandse spreektaal wordt ook het woord nonkel gebruikt. Dat is etymologisch een assimilatie van het Nederlandse lidwoord "den" met het Franse "oncle".[2] Dit oncle gaat terug op het Latijnse avunculus, dat moeders broeder betekent.[3] Het woord avunculus hangt samen met avus en av(i)a, de Latijnse woorden voor resp. grootvader en -moeder.
Woordgebruik
Het woord nonkel wordt ook meer algemeen gebruikt voor "vriendelijke (oude) man" en heeft dan ongeveer de waardering die door sommigen wordt gegeven aan "ome" in het noorden van het Nederlandse taalgebied. Een "hoge ome" is daarentegen een hoge pief, een man in een duur pak die zich boven anderen verheven acht, voor wie men echter niet veel respect opbrengt. De uitdrukking wordt ook wel eens aangetroffen in de politiek, met name op provinciaal en gemeentelijk niveau, maar weinig in de academische wereld.
Een oom die in het klooster getreden is of priester geworden is, noemt men in katholieke kringen heeroom, naar de oude aanspreektitel voor priesters heer.
Een grootoom of oudoom is een oom van iemands vader of moeder, dus een (al dan niet aangetrouwde) broer van iemands grootvader of grootmoeder.
Een suikeroom is een rijke oom van wie men een erfenis verwacht. '
Andere gebruiken
- Een Dutch uncle is in het Engels iemand die onverbiddelijke en ferme kritieken levert, maar met welwillende en educatieve bedoelingen, als ware hij een oom. De zegswijze is mogelijk ontstaan in de 17e eeuw toen de betrekkingen tussen Engeland en Nederland wat minder waren en had oorspronkelijk waarschijnlijk een meer beledigende betekenis.[4]
Zie ook
Bronnen, noten en/of referenties
|