Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gebruiker:Rwbest/Kladblok2: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
 
(15 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
Wolfgang Pauli beschreef in 1927 de spin met 2x2 matrices
Wolfgang Pauli beschreef in 1927 de spin met 2x2 matrices


Regel 23: Regel 25:
|}
|}


== Tunneleffect ==


'''Tunneleffect''' is een term in de natuurkunde voor het feit dat een deeltje een potentiaal barrière van eindige hoogte kan overwinnen, zelfs als zijn energie minder is dan de "hoogte" van de barrière. Volgens de klassieke natuurkunde zou dit onmogelijk zijn, maar volgens de [[quantummechanica]] is het mogelijk. Het alfaverval van atoomkernen wordt verklaard met behulp van het tunneleffect. Voorbeelden van technische toepassingen zijn de scanning tunneling microscoop en het flash geheugen.
Spin (kwantummechanica)


== Ontdekking ==
'''Spin''' is het intrinsieke impulsmoment van deeltjes in de quantummechanica. Het is, zoals massa, een onveranderlijke innerlijke deeltjeseigenschap. Elektronen hebben een spin h/, voor fotonen is de spin h/2π, de gereduceerde Planck-constante. Deze constante wordt meestal als eenheid gebruikt voor spin, dus elektronspin is dan 1/2 en fotonspin 1. Zie [[Standaard Model]] voor spin van andere elementaire deeltjes.
In 1926/1927 ontdekte en beschreef Friedrich Hund voor het eerst wat later bekend werd als het tunneleffect (waarvan de ontdekking vaak wordt toegeschreven aan George Gamow) in isomeren moleculen.<ref >[http:// www.deutschlandfunk.de/die-quantentheorie-erklaert-das-sonnenfeuer-friedrich-hund.732.de.html?dram:article_id=344009 ''Friedrich Hund, der Tunneleffekt und das Leuchten der Sterne.''] op Deutschlandfunk, verzonden op 4 februari 2016.</ref><ref>Hund: ''On the Interpretation of Molecular Spectra III'', Journal of Physics, Volume 43, 1927, pp. 805-826 . Hund gebruikte gewoonlijk de term ''molecuul'' voor ''moleculen''. Over Hunds ontdekking van het tunneleffect: Helmut Rechenberg, Mehra: ''The historical development of quantum theory'', vol 6, deel 1, blz. 535.</ref>


In 1926 legden Gregor Wentzel, Hendrik Anthony Kramers en Léon Brillouin de basis voor de kwantummechanische verklaring van tunnelprocessen met de naar hen vernoemde WKB-methode. George Gamow kon deze methode gebruiken om alfa-verval in 1928 te verklaren tijdens zijn verblijf bij Max Born in Göttingen en ook bij Ronald W. Gurney en Edward U. Condon .<ref>George Gamow: ''Zur Quantentheorie des Atomkernes.'' In: ''Zeitschrift für Physik.'' 51, 1928, blz. 204.</ref> Tegelijkertijd vond Ralph Howard Fowler en Lothar Wolfgang Nordheim de verklaring van de veldemissie van elektronen.
De fotonspin correspondeert met circulaire polarisatie van licht. De elektronspin is klassiek onvoorstelbaar en pas wiskundig verklaard in de relativistische Dirac theorie, zie [[Waterstofatoom]]. In een [[atoom]] kan een elektron spin +1/2 of -1/2 hebben. Een elektronbaan kan hoogstens 2 elektronen bevatten, met verschillend teken van de spin (Wolfgang Pauli 1925).




'' Vertaald uit https://de.wikipedia.org/wiki/Tunneleffekt ''
[[Bestand:RWBest88.jpg|100px|thumb|88 jaar]]

Huidige versie van 4 mei 2024 om 10:13


Wolfgang Pauli beschreef in 1927 de spin met 2x2 matrices

σ = ( 0 1 )
1 0


(...)

(...)

0 1
1 0


Spin (kwantummechanica)

Spin is het intrinsieke impulsmoment van deeltjes in de quantummechanica. Het is, zoals massa, een onveranderlijke innerlijke deeltjeseigenschap. Elektronen hebben een spin h/4π, voor fotonen is de spin h/2π, de gereduceerde Planck-constante. Deze constante wordt meestal als eenheid gebruikt voor spin, dus elektronspin is dan 1/2 en fotonspin 1. Zie Standaard Model voor spin van andere elementaire deeltjes.

De fotonspin correspondeert met circulaire polarisatie van licht. De elektronspin is klassiek onvoorstelbaar en pas wiskundig verklaard in de relativistische Dirac theorie, zie Waterstofatoom. In een atoom kan een elektron spin +1/2 of -1/2 hebben. Een elektronbaan kan hoogstens 2 elektronen bevatten, met verschillend teken van de spin (Wolfgang Pauli 1925).


88 jaar