Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Putterpolder

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De Putterpolder maakt deel uit van polder Arkemheen. De polder heet officieel dan ook de Arkemheense polder maar in de volksmond wordt dit gedeelte de Putterpolder genoemd. De Putterpolder heeft een lange geschiedenis, het maakt deel uit van één van de oudste polders van Nederland.

Ligging en landschap

De Putterpolder maakt, zoals eerder gezegd, deel uit van polder Arkemheen. De polder is gelegen in de gemeenten Putten en Nijkerk. De scheiding tussen deze twee polders is de Arkervaart. De Putterpolder ligt ten westen van het dorp Putten op de Veluwe en grenst aan het Nuldernauw. Het poldergebied is een laag gelegen stuk land. Bijzonder aan deze polder is dat er nog nooit ruilverkaveling geweest is. De structuur van de kavels is nog steeds zoals vroeger. Typerend voor een polder is het open landschap. Dat is bij deze polder dus ook het geval. Er zijn kromme sloten te zien in de polder. Dit is een bijzonder overblijfsel van de Zuiderzee. De kromme sloten, ook wel slenken genoemd, zijn gevormd door de getijdenstroming. De polder heeft een kleiachtige ondergrond.

Geschiedenis

Het begint allemaal op 28 maart 1356. Hertog Reinoud III van Gelre gaf de bewoners het recht om een dijk te bouwen. Voordat deze dijk er lag, was het een gebied wat vaak overstroomd werd door de Zuiderzee. Op die dag, 28 maart 1365, werd de dijkbrief vastgesteld, een brief waarin alle bepalingen voor de bouw van de dijk stonden. Ook de taken van het dijkbestuur stonden erin. Honderden arbeiders waren betrokken bij de aanleg van de dijk in de zomerperiode. Wanneer de boeren hun oogst binnen gehaald hadden, verhuurden zij zich als dijkarbeider. De zeedijk bestond tot 1611 enkel uit klei met daaroverheen graszoden. Vanaf het jaar 1611 werd de zeedijk verstevigd door middel van een paalconstructie. In de 18e eeuw ontstonden er veel problemen aan deze constructie doordat de paalworm in de constructie terechtgekomen was. Vanaf 1751 werden zwerfkeien aangevoerd vanuit Scandinavië om de zeedijk te verstevigen. De keien werden aan de buitenkant van het dijktalud gelegd. Deze dijk zorgde ervoor dat bewoners veilig in de polder konden wonen en het land konden bewerken. Putten ligt op de zandgronden en deze ondergrond is niet zo heel vruchtbaar. De polder daarentegen is veel vruchtbaarder, dus veel boeren van de zandgronden probeerden een stukje land te bemachtigen in de polder. Zo hadden deze boeren een betere oogst en meer inkomen. De aanleg van de dijk gaf boeren de mogelijkheid om het waterpeil in de Putterpolder kunstmatig te beheersen. Het Zuiderzeewater drong op en het beheersen van het water werd steeds lastiger. De ene keer was er overtollig water in de polder en de andere keer kwamen de boeren water tekort en moest er zeewater ingelaten worden. Men bedacht na lang overleggen om de sloten uit te baggeren maar dit had weinig resultaat. Het bouwen van keersluizen in de Zuiderzee was een tweede poging om het waterpeil te kunnen beheersen. Als er te veel water in de polder stond, werd dit via een spui geloosd. In 1863 werd besloten om een windwatermolen te bouwen. Deze moest grotere hoeveelheden water kunnen verplaatsen. In 1885 werd op de plek waar de windwatermolen stond een stoomgemaal gebouwd, het Putter Stoomgemaal. In 1916 kreeg de polder te maken met een grote overstroming. Dit was tijdens de watersnoodramp rond de Zuiderzee. De hele polder heeft toen onder water gestaan. Samen met een hongersnood in 1918 was dit de druppel die de emmer deed overlopen. De regering hakte de knoop door en gaf opdracht om de Afsluitdijk te bouwen. Nadat deze gebouwd was, is de polder niet meer overstroomd geweest. In de polder zijn nog altijd de restanten van deze overstroming te zien. Er leven planten en bloemen bij de dijk die ons eraan herinneren dat er vroeger het zoute water uit de Zuiderzee er stroomde.

Het Putter Stoomgemaal

Dit stoomgemaal is gebouwd om het waterpeil in de polder goed te kunnen beheersen. Het gemaal bestaat grofweg uit drie verschillende delen: het scheprad, de ketel en de stoommachine. Als er teveel water in de Putterpolder aanwezig was, moest het water worden afgevoerd naar wat vroeger de Zuiderzee was. Tegenwoordig noemt men dit water het Nuldernauw. Voordat het gemaal het water af kan voeren, moet er eerst stoom worden gemaakt van water. Dit gebeurt in de ketel. Deze ketel wordt opgestookt met een vaste brandstof. De stoom gaat vanuit de ketel via leiding naar de stoommachine. In deze leiding bevindt zich een cilinder met een zuiger. De zuiger wordt weggeduwd door de hoge druk van het stoom. Op deze manier wordt de energie die de stoom bevat omgezet in een beweging. Deze beweging laat het scheprad draaien en zorgt er dus voor dat het water verplaatst wordt naar het afvoerkanaal en zo in het Nuldernauw terecht komt. Het rad van het gemaal telt 20 bladen . Het gemaal kan een wedstrijdbad van 6 wedstrijdbanen breed en 50 meter lang binnen 25 minuten wegpompen. De overstroming in 1916 zorgde ervoor dat er zout water in de machine terecht kwam. De machine werd na de overstroming vervangen voor een sterkere machine. Het gemaal heeft zijn werk gedaan tot 1971. Daarna heeft het stoomgemaal lange tijd stil gestaan. Een aantal vrijwilligers zagen dit en hebben het gemaal beetje bij beetje gerestaureerd. Sinds 2006 draait het gemaal weer.

De huidige polder

De polder wordt nog steeds volop gebruikt door boerenbedrijven. Recreatie is ook belangrijk geworden voor de polder. De grote hoeveelheid vogels trekt toeristen. Het gemaal heeft de status monument gekregen en wordt met name tijdens de speciale maaldagen veelvuldig bezocht. Er lopen ook verschillende fietsroutes door het gebied. Daarnaast is de Putterpolder officieel een natuurreservaat geworden. Vele weide- en watervogels vinden in de polder hun plek om te broeden. Trekvogels vinden hun weg naar de polder om hier te overwinteren. De Putterpolder is aangewezen als speciale beschermingszone en voldoet aan de Europese vogelrichtlijn

Regionale economie

De komst van de polder was belangrijk voor de regionale economie. De poldergrond is vruchtbaarder dan de zandgronden waarde boeren op wonen. Veel boeren probeerden daarom een stukje grond in de polder te krijgen zodat ze meer oogst zouden hebben en daardoor meer inkomen zouden hebben. De Putterpolder zorgde dus voor nieuwe werkgelegenheid. Boeren konden hun bedrijfje uitbreiden. De polder is nog steeds belangrijk voor de regionale economie. De boeren die er hun bedrijf hebben, produceren producten. Deze producten worden overgebracht naar fabrieken en er zijn arbeiders nodig om de producten te verwerken. Op deze manier zorgen boeren nog steeds voor werkgelegenheid. Daarnaast maken de boeren in de Putterpolder gebruik van diensten zoals loonwerkers, melkmonsternemers en het plaatselijke landbouwmechanisatiebedrijf. Zo stimuleren de boeren de plaatselijke economie.

Bronnen

Zoek op Wikidata

rel=nofollow