Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Oudsaksische doopgelofte

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Bestand:Gallee.jpg
De doopgelofte in twee delen: „Forsachistu diobolae...” en „gelobistu in got alamehtigan fadaer”. Links bijschrift in latere hand: „Abrinuciatio diaboli lingua Teotisca veter.” = Afzwering van de duivel in oud-Duits. Onder de doopgelofte in het Latijn een opsomming van de eerste 20 gebruiken in de Indiculus superstitionum et paganiarum

De Oudsaksische doopgelofte stamt uit het einde van de 8e eeuw (776800) en is een christelijke tekst in het ’Diets’, een Oudnederlandse, of oude West-Germaanse taal, waarmee de bewoners van de door de Karolingen onderworpen gebieden hun geloof in de oude Germaanse religie afzwoeren en hun geloof in God de Vader, Christus als Gods Zoon en de Heilige Geest bevestigden.

Manuscript

De doopgelofte is overgeleverd in een manuscript uit de 8e eeuw, bewaard in de Biblioteca Apostolica Vaticana, de bibliotheek van het Vaticaan in Rome, de Codex Palatinus Latinus 577, op folio 6 verso en 7 recto. De gelofte wordt gevolgd door de zogenaamde indiculus superstitionum et paganiarum, een opsomming van 30 heidense gebruiken.

Taal

Over de taal waarin het stuk geschreven staat bestaat onduidelijkheid. Veel Nederlandse onderzoekers zien de tekst als een Oudnederfrankische taalvariant, in Duitsland wordt het als Oudsaksisch beschouwd.

Inhoud

In de doopgelofte worden specifiek drie Germaanse goden genoemd die als duivels worden voorgesteld en als zodanig afgezworen moeten worden.

Het eerste gedeelte van de gelofte waarin de oude goden (hier dus ’duivels’) moesten worden afgezworen luidt als volgt (respondeat = (Latijn) ’hij/zij moet antwoorden’):

Oudnederlands of Oudsaksisch

Forsachistu diobolae

.& respondeat. ec forsacho diabolae.

end allum diobolgeldae,

respondeat. end ec forsacho allum diobolgeldae.

end allum dioboles uuercum

respondeat. end ec forsacho allum dioboles uuercum and uuordum,
thunaer ende uuoden ende saxnote
ende allum them unholdum the hira genotas, sint.
Vertaling

1. Verzaak je de duivel?

(en hij/zij moet antwoorden:) ik verzaak de duivel.

2. en alle duivelsoffers?

(hij/zij moet antwoorden:) en ik verzaak alle duivelsoffers.

3. en alle werken van de duivel?

(hij/zij moet antwoorden:) en ik verzaak alle werken en woorden van de duivel,
Donar en Wodan en Saxnot
en al de afgoden die hun gezellen zijn.

De goden Donar en Wodan zijn ook uit andere bronnen bekend. Bij Saxnot ligt dat moeilijker. Het feit dat hij hier genoemd wordt (en dus afgezworen moet worden), geeft wel aan dat hij belangrijk was voor de Saksen. Misschien betekent zijn naam zoiets als "vriend (vergelijk Nederlands 'genoot') der Saksen", maar dat is speculatie. Het tweede deel van de doopgelofte luidt:

Oudnederlands of Oudsaksisch

gelobistu in got alamehtigan fadaer

ec gelobo in got alamehtigan fadaer

gelobistu in crist godes suno

ec gelobo in crist gotes suno

gelobistu in halogan gast

ec gelobo in halogan gast
Vertaling

4. Geloof je in God de almachtige Vader?

ik geloof in God de almachtige Vader.

5. Geloof je in Christus Gods Zoon?

ik geloof in Christus Gods Zoon.

6. Geloof je in de Heilige Geest?

ik geloof in de Heilige Geest.

Gebruikers

Vermoed wordt dat de doopgelofte met bijgaand lijstje in de Utrechtse kathedraalschool in gebruik is geweest en daarom ook met Utrechtse doopgelofte wordt aangeduid. De doopgelofte zelf heeft echter niets met Utrecht of afgeleiden daarvan te maken.

Bronnen

  • Gysseling, M. Corpus van Middelnederlandse teksten (tot en met het jaar 1300). Reeks I: Ambtelijke bescheiden, 9 delen; Reeks II: Literaire handschriften, 6 delen, 's Gravenhage
  • Schlosser, H.D. Althochdeutsche Literatur (Frankfurt aan de Main/Hamburg, 1970)
  • De Bruin, R.E. e.a. (red.) (2000), ’Een paradijs vol weelde’. Geschiedenis van de stad Utrecht, Matrijs, Utrecht, blz. 33-34, ISBN 9053451757

Externe links

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Sächsisches Taufgelöbnis op Wikimedia Commons.

rel=nofollow