Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Mobiel leren

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Mobiel leren (m-learning) is leren waarbij mobiele apparatuur, zoals mobiele telefoons, PDA’s, iPods, tablets, mp3-spelers, wordt gebruikt binnen het leerproces. Dit artikel bevat meer informatie over wat mobiel leren nu precies is, wat je er mee kunt, wat de onderwijsmogelijkheden zijn en binnen welke vormen van onderwijs mobiel leren kan worden toegepast.

E-learning zorgde ervoor dat het leerproces niet langer expliciet verbonden was aan een vaste leerplek (de school). Ook thuis en waar maar een internetverbinding aanwezig was kon worden geleerd. M-learning faciliteert de mogelijkheid om waar dan ook te interacteren met de educatieve bronnen van school en om direct met studiegenoten te communiceren en samen te werken. M-learning kan dus gezien worden als opvolger van e-learning.

Piet Kommers (Fontys Hogescholen) beschreef het m-learning als: „De les begint: mobieltjes aan!”.[1]

Apparaten

Binnen M-learning zijn de volgende apparaten toepasbaar.

  • Mobiele telefoons: De technische mogelijkheden van mobiele telefoons nemen in hoog tempo toe. Met een smart phone is het naast telefoneren is het ook mogelijk e-mail te versturen, internetpagina’s te raadplegen, je agenda bij te houden, notities en takenlijstjes te maken etc. Deze multifunctionele toestellen worden ook wel [{Smartphone]]s genoemd.
  • Audio Players: iPods, en andere audio players kunnen gebruikt worden om lessen, instructies, overleggen te beluisteren op het moment dat het de lerende uitkomt. Docenten maken podcasts van hun lessen en maken deze beschikbaar via het internet. Leerlingen downloaden de les naar hun iPod of mp3-speler en beluisteren de les wanneer zij dat willen.
  • Video Players: Naast audio kan op dezelfde manier video worden gebruikt. Steeds meer mp3-spelers hebben te mogelijkheid tot het afspelen van video. De naam mp3-speler doet dus eigenlijk tekort aan de mogelijkheden. Multimedia-speler zou een betere naam zijn.
  • PDA: PDA staat voor Personal Digital Assistant en is een elektronisch apparaat met computerfunctionaliteiten, mogelijkheid tot telefoneren, geluidsopname en geluidafspeler, videoafspeler en digitale camera. De data op de PDA kan worden gesynchroniseerd met een vaste computer, al dan niet in een netwerk.
  • Tablet pc’s: Een tablet pc is een volwaardige computer die in de hand kan worden gebruikt. Het is een grotere, krachtigere PDA. Een tablet pc heeft geen ’fysiek’ toetsenbord (eventueel kan een toetsenbord worden aangesloten) en wordt bediend door een virtuele pen en heeft een touchscreen. Een tablet kan door middel van een draadloze verbinding met een lokaal computernetwerk of het internet worden verbonden.
  • Mini laptops / UMPC’s: Sinds eind 2007 komen er steeds meer mini laptops op de markt die naast goedkoop (onder de 300,-€) ook ultra mobiel zijn: klein (7 inch scherm) en licht (minder dan 1 kg). Ze worden dan ook UMPC’sta of Ultra Mobile PC’s genoemd. Qua functionaliteit zijn dit volwaardige laptops, maar goedkoper uitgevoerd. Er is geen harde schijf, maar een flash-geheugenkaartje ingebouwd (SD card). Dat is in principe robuuster, sneller en zuiniger (geen ronddraaiende HD) maar ze hebben nog niet de capaciteit van een HD: in 2008 was de maximale capaciteit van een Casio SD card 12 Gb. Opvallend is verder dat ze vaak compleet geleverd worden met diverse open source-software-applicaties die uiterlijk veel op Windows lijken. Dat maakt ze niet alleen goedkoper maar ook onafhankelijk van de aanbieder, meestal Microsoft. Meestal voorzien van WiFi en met een apart aan te schaffen 3G-USB-stick ook te voorzien van snel mobiel internet overal waar een mobiele telefoon werkt.
  • eReaders / elektronisch papier: Een soort PDA’s met een nieuwe schermtechniek die leest (en soms schrijft) als echt papier. Zeer grote invalshoek, perfect leesbaar in fel licht of zonlicht en rustig beeld voor de ogen. Daarnaast zeer zuinig in energiegebruik, het scherm zelf heeft alleen energie nodig als een pagina vernieuwd wordt. Accu’s gaan dus tussen de 18 uur en 1,5 maand mee. De 6 en 8 inch-schermen zijn geschikt voor eBooks, eNews en eMagazines, sommigen hiervan werken met Wifi of 3G (mobiel internet). Medio 2008 kwamen 10 en 12 inch eReaders uit, die ook geschikt zijn voor digitale schoolboeken en eigen documenten op A4 formaat.
  • Digitale camera’s: Met een digitale camera kunnen foto’s en vaak ook video’s worden opgenomen. Tevens is een digitale camera als opslagmedium te gebruiken.
  • Geluidsrecorders: Een geluidrecorder kan alle geluiden en gesprekken opnemen. De geluidbestanden kunnen daarna gedeeld worden met medestudenten. Behalve vroegere geluidsrecorders met een klein bandje (dictafoon), is het ook met mobiele telefoons mogelijk om geluiden en gesprekken digitaal op te nemen en te delen.
  • Pen scanners: Met een pen scanner is het mogelijk om teksten in de computer (of handheld) te scannen.

Algemeen kenmerk van deze draagbare apparaten is dat ze met elkaar, een desktop computer, laptop, (draadloos) netwerk te verbinden zijn, zodat kennis kan worden uitgewisseld en gesynchroniseerd. De data die met verschillende apparaten verkregen wordt, komt op één plek samen. Bijvoorbeeld in een Wordbestand, webpagina of weblog.

  • Leren op afstand via videoconferentie: Vooral tijdens de lockdowns van de covid-19-pandemie werd voor het eerst op grote schaal gebruik gemaakt van onderricht via videoconferentie. Hiervoor programma’s gebruikt zoals Zoom.

Wat is er mogelijk in de praktijk

Wat is er mogelijk in de praktijk? De toepassingsmogelijkheden van bovenstaande apparaten zijn enorm. Een aantal mogelijkheden voor de leerling/scholier/student en leerkracht/docent:

Leerling/scholier/student

  • Agenda en takenlijst bijhouden.
  • Toetsen maken wanneer je dit uitkomt, waar het je uitkomt.
  • Aantekeningen maken van instructie/colleges.
  • Downloaden, opslaan en toegang tot lesstof en opdrachten.
  • Contacten met leerkrachten en medeleerlingen (e-mail, chat, telefoneren, bestandsuitwisseling)
  • Verzamelen van data bij experimenten.
  • Inzicht in behaalde cijfers en voortgang.
  • Presentaties maken
  • Vastleggen van informatie ’on the spot’; bijv. het opnemen van een interview met een deskundige.
  • Digitaal werk inleveren bij de leerkracht.
  • Teksten schrijven
  • Delen van interessante websites met andere leerlingen.
  • Online cursussen volgen.
  • Foto’s maken en beheren voor een werkstuk.
  • Maken van schema’s (visueel leren).
  • Locaties zoeken met GPS (aardrijkskunde).
  • Opzoeken van woorden in een woordenboek.
  • Outdoor Learning: PDA’s om het leren buiten de schoolklas te ondersteunen. Tijdens excursies, stages, reizen en de grensgebieden tussen vrije tijd en In onderzoeksresumés wordt vooral genoemd dat de PDA kan bijdragen ontwikkeling van lees- en schrijfvermogen en in het bijzonder het leren en grammatica van een tweede taal (Kommers).

Leerkracht /docent

  • Leerresultaten en vorderingen van leerlingen bijhouden
  • Toegang tot onderwijsbronnen (bijv. kerndoelen)
  • Overzicht van lesbronnen/boeken/orthotheek-middelen
  • Overzicht van lesuren / vakantiedagen etc.
  • Uitwisselen van informatie met ouders.
  • Uitwisselen van informatie en data met collega’s.
  • Maken van roosters en werkschema’s.
  • Toegang tot onderwijsnieuws.
  • Ontwerpen van simulaties
  • Weblog inrichten en onderhouden over het leeronderwerp.
  • Elektronische leeromgeving inrichten en onderhouden over een vakgebied.

Bij de toepassing van M-learning moet goed worden nagedacht hoe te komen tot inbedding van de mogelijkheden in het verschillende vormingsgebieden. De volgende vragen dienen te worden beantwoord:

  • Hoe kunnen we ervoor zorgen dat M-learning daadwerkelijk meerwaarde biedt binnen het bestaande onderwijs?
  • Op welke manier en wanneer zetten we M-learning in?
  • Hoe krijgt M-learning een betekenis binnen de vakgebieden?
  • Hoe zorgen we dat leerkrachten en leerlingen met de toepassingen om kunnen gaan?
  • Hoe organiseer je het gebruik van de toepassingen binnen en buiten de klas?

Lesideeën met de mobiele telefoon

  • Gebruik de stopwatch voor gym
  • Aanwijzingen via sms versturen bij buitenopdracht
  • gesprekstechnieken oefenen
  • Eigen muziekdeuntjes maken
  • Stripverhaal met foto's maken
  • Gebruik van afkortingen binnen sms
  • Taalbeschouwing: sms-taal als uitgangspunt
  • Foto’s maken voor een presentatie of werkstuk
  • Samenvatting maken in een sms (zonder sms-taal)
  • Gebruik maken van de wereldklok (aardrijkskunde)
  • Rekenmachine om mee te rekenen
  • Sms als inleiding bij verhalend ontwerp
  • Gevoelens raden met de foto die je maakt
  • Onderzoeken hoelang er wordt gebeld (gemiddelde gesprekstijd)
  • Interview opnemen (ontdekkend leren) en weer beluisteren in de klas
  • Detailfoto’s maken, via bluetooth op de computer zetten en dan raden wat het is.
  • Communicatie door de jaren heen
  • Foto’s maken in de school die te maken hebben met bepaald thema
  • Rekenen met de wisselkoersen.

Welke projecten op het gebied van mobile learning zijn er al?

Het project mobiele toepassingen en draadloze toegang in het onderwijs[2] is onderdeel van het SURFnet/Kennisnet innovatieproject.[3] Dit project stimuleert experimenten met mobiele toepassingen die studenten en/of docenten ondersteunen bij hun dagelijkse activiteiten. Om een indruk te krijgen van de diversiteit aan mobiele toepassingen is Dialogic gevraagd om een quickscan[4] uit te voeren binnen het onderwijsveld (primair, voortgezet en het hoger onderwijs) in Nederland. Hierbij zijn af en toe ook uitstapjes gemaakt naar buitenlandse voorbeelden. De bestudeerde projecten beogen onderwijsvernieuwing (e.g. digitale excursie) of een efficiëntere administratieve afhandeling (e.g. absentieregistratie of roosterwijzigingen) te realiseren ter ondersteuning van leerlingen en/of docenten. Hieronder vindt u een overzicht van de 22 bestudeerde projecten. Iedereen is uitgenodigd om deze wiki aan te vullen om een zo goed mogelijk beeld te creëren van de stand van zaken op het gebied van mobile learning.

Projecten European Mobile Learning community[5]

Eerste resultaten SURFnet/Kennisnet onderwijspilots[6]

Sms-diensten in het onderwijs

Er zijn verschillende aanbieders die sms-diensten leveren. Aan de hand van een uitgebreid deskresearch naar welke aanbieders er zijn en door middel van vragen (schriftelijk vragenformulier) aan aanbieders van Amsterdam-diensten is de volgende lijst aanbieders nader bekeken door Surfnet/Kennisnet.[7] Let wel: de markt is volop in beweging en er komen voortdurend nieuwe aanbieders bij, terwijl andere verdwijnen.

Links en bronnen

Q1068077 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)

rel=nofollow

Verwijzingen