Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Kaloet-affaire

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Kaloet Affaire)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Leeswaarschuwing   Onderstaande tekst is gebaseerd op bronnen uit de 19de eeuw. (Publieke domein)
De tekst geeft hierdoor de zienswijzen van die tijd weer.


rel=nofollow

De Kaloet-affaire (1892) betrof de mislukte inname van de onneembare Atjehse benteng Kaloet in de XXV Moekims. Na drie mislukte pogingen om de benteng op de Atjeeërs te veroveren in de periode augustus-oktober 1892, ontstond na afloop een discussie in de media hoe het toch zover had kunnen komen.

Aanleiding

Sinds het begin van 1891 was er niets meer gedaan om het terrein buiten de Geconcentreerde Linie te Atjeh tussen Lam Baroe en Lam Reng open te houden. Ter hoogte van Lam Sajoen was het terrein zodanig met stuikgewas begroeid, dat de vijand hiervan voordeel had om onopgemerkt loopgraven te graven en kleine versterkingen aan te leggen. Vanuit deze loopgraven werden vervolgens medewerkers van de Atjeh Tram tot op 150 meter afstand beschoten. Begin 1892 werd te Lam Sajoen met behulp van een Lila (Atjehs kanon) zelfs een goederenwagon getroffen. Kolonel Deykerhoff besloot hierop de versterking te Lam Sajoen te vernietigen.

Eerste mislukte poging

Te Lam Baroe, Lam Reng en het hiertussen gelegen terrein werden een 20 tal vuurmonden in batterij gebracht. Eerst werd met deze vuurmonden ingeschoten op de vermoedelijke locatie van Kaloet en vervolgens op Lam Sajoen. Een colonne onder leiding van kapitein Graafland rukte uit samen met een detachement genietroepen om Lam Sajoen te overmeesteren. Ondertussen werd Kaloet beschoten om de vijand tegen te houden. Als gids ging luitenant Hoolboom van Lam Baroe mee aangezien hij hier vroeger een nachtelijke verkenning had uitgevoerd. De kolonel had persoonlijk de leiding van het geheel en bevond zich met zijn staf te Lam Baroe. Onverwachts stuitte de colonne van Graafland op de benteng te Kaloet. Op 200 meter afstand werd het vuur geopend en direct tot de aanval overgegaan. Het bleek een onmogelijke opgave en de colonne trok zich terug. Bij de terugtocht kwam men langs het doel van de tocht, het onbezette Lam Sajoen. Door het gemis aan manschappen en gereedschap was de voorgenomen verovering mislukt.

Vanuit Lam Baroe rukte in noordwestelijke richting een detachement uit om de toestromende vijand verliezen toe te brengen. Op het hevige vuur tegen de colonne Graafland, was door de kolonel een tweede compagnie van het 12e Bataljon Infanterie per extra tram opgeroepen. Toen deze te Lam Baroe was aangekomen was het gevecht afgelopen en ging de compagnie dan ook onmiddellijk weer onverrichter zake terug. De verliezen waren aanzienlijk, 5 doden en 8 gewonden. In principe werd na deze ongeplande mislukte actie door de kolonel besloten om de benteng Kaloet, die hoe langer hoe meer versterkt werd, in een tweede poging bij verrassing te overmeesteren. De juiste dag en de wijze waarop werd geheel aan overste Sievers (de Linie Commandant) overgelaten.

Tweede mislukte poging

In de nacht 26 op 27 september 1892 rukte te Lam Baroe een colonne onder leiding van Kapitein Triebel uit, sterk 100 bajonetten, met als doel om de Atjehse benteng Kaloet bij verrassing te nemen. Onder de colonne bevond zich een officier en 25 bajonetten van de benteng Lam Reng. Onopgemerkt kwamen de troepen in de rimboe waarin men veronderstelde dat Kaloet gelegen moest zijn. Na een half uur zoeken werden een 6tal schoten gehoord waarop Kapitein Triebel besloot tot de terugtocht. Door de duisternis werd niet gemerkt dat de dwangarbeiders een genieladder en planken (bestemd voor de bestorming van de benteng) achterlieten. Op de terugtocht werd een vijandelijke versterking ontdekt die vernietigd werd. De Luitenant-adjudant Drijber kreeg opdracht om naar Lam Baroe te gaan om daar de Overste Sievers te informeren over het verloop van de actie.

Derde mislukte poging

Bestand:Luitenant SA Drijber voor Kaloet.jpg
Luitenant Drijber voor Kaloet

In de nacht van 30 september op 1 oktober 1892 werd wederom een krachtige poging gedaan om de benteng te veroveren. Vanuit Lam Baroe trok een colonne van 75 bajonetten onder Kapitein van Galen en drie luitenants, die Kaloet uit noordoostelijke richting moest naderen. Bij de voorste sectie waren ingedeeld de 1e luitenant-adjudant Drijber en de 2e Luitenant Raedt van Oldenbarneveld. Medio 1892 was Drijber op eigen verzoek overgeplaatst naar Atjeh als adjudant van het 12e Bataljon Infanterie en kort hierna overgeplaatst naar het Garnizoens Bataljon te Lam Baroe in de Geconcentreerde Linie.

Onopgemerkt waren ze aangekomen in dezelfde rimboe waarin verondersteld werd dat Kaloet lag. Tegen 4 uur was het hele terrein doorzocht en de zekerheid verkregen dat Kaloet zich daarin niet bevond. Bij het licht worden werden enkele versterkingen gevonden die de richting naar Kaloet aangaven. Hij begaf zich naar Kapitein van Galen en maakte hem met een en ander bekend en kreeg de opdracht om Kaloet om te trekken en te trachten het van achteren binnen te dringen. Voor de afmars had de vijand de kleine troep ontdekt en opende een hevig vuur.

Voor de omtrekking ondernomen werd was kapitein R. Bakkers, de commandant van Lam Permé (waarbij luitenant Swaab met 75 man uit Lampermei), op het terrein gekomen. Bovendien één officier (Luitenant Tassius) en 25 man van het 3e Bataljon Infanterie, die nacht in Lam Baroe waren geweest om indien nodig op hinderlaag te gaan, evenzo een brigade Korps Marechaussee. Later kwam nog een compagnie van het 14e Bataljon Infanterie onder Kapitein Oberg en een van het 12e Bataljon Infanterie. De sectie Drijber werd door de kapitein van Galen versterkt met een sectie onder luitenant Swaab (van Lam Permé) die juist was aangekomen. De omtrekking lukte en had zonder verlies plaatsgevonden. Een andere afdeling bestaande uit 75 man uit Lam Permé, 50 man van het 14e Bataljon Infanterie en een detachement van het Korps Marechaussee marcheerde uit Lam Reng en trachtte de westzijde van de benteng te naderen. In de morgen van deze dag werd hevig gestreden om en bij Kaloet. Het zware geschut der posten wierp granaten in de benteng, terwijl ook de Bergbatterij geducht aan het poeieren was.

Bestand:Hoolboom PCMA.jpg
1e luit. PCMA Hoolboom

Nadat door de sectie Drijber ten koste van 2 doden een opening in de bamboeversperring was gekapt werd stelling genomen in een droge gracht achter een wal, van waaruit Drijber zijwaarts ging om het punt van de aanval te bepalen. Ondertussen was zijn troep versterkt door nog een sectie onder Luitenant v.d. Scheer. Na een snelvuur werd tot de aanval overgegaan waaraan door de Luit vd Scheer met zijn sectie niet werd deelgenomen. Terwijl Luitenant Swaab in de stelling (droge gracht) achterbleef. Eerste luitenant Drijber forceerde hier een drietal poorten, maar in de nauwe gang werden zijn mannen vanuit in de zijde aangebrachte bamboekokers neergestoken. Sergeant Bremer worstelde zich als eerste door de bamboe-doeri versperring maar werd door een dodelijk schot in de buik getroffen. Ook Drijber trachtte vervolgens door de versperring te komen en raakte bewusteloos in de versperring door zijn verwondingen. Met veel inspanning lukte het de sectie van eerste Luitenant Drijber van hier met alle gewonden, doden en wapens zich terug te trekken. Van verschillende zijden werden stormaanvallen gedaan. In het front verdedigde de benteng zich hardnekkig. Hierbij vielen vele slachtoffers waaronder de 1e luitenant P.C.M.A. Hoolboom, die een dodelijk schot door het hoofd kreeg, waaraan hij de volgende dag (2 oktober 1892) stierf. Nadat Drijber zwaargewond werd en gevallen was werd de aanval niet doorgezet en werd de terugtocht ingezet. Hierbij werden grote verliezen geleden (omstreeks 18 personen van de sectie Drijber). De 1e Luitenant Hoolboom werd begraven te Peutjoet.

De nasleep

Op 3 december 1892 werd Drijber naar Nederland geëvacueerd. Troepen waren er dus genoeg geweest, maar ze werden niet gebruikt. Hoe had het zover kunnen komen was later de grote vraag. In de media kreeg deze gang van zaken de naam "Kaloet-Affaire". Ironisch genoeg werd de benteng slechts enkele jaren later door inlandse bondgenoten onder leiding van Teukoe Oemar veroverd. Kort hierop werd de benteng ontmanteld.

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  • 1900. G. Kepper. Wapenfeiten van het Nederlands Indische Leger; 1816-1900. M.M. Cuvee, Den Haag.
  • 1896. Eigen Haard, Editie 1896 blz. 26-30.
  • 1929. Het Vaderland, 11 januari 1929 – de vechtgeneraal Drijber 70 jaar
  • 1942. Het Vaderland, 23 mei 1942 – 45 jaar RMWO3
rel=nofollow
rel=nofollow