Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Epafroditus: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(zie weblinks)
(letterlijk uit: Vander Heeren, Achille. "Epistle to the Philippians." The Catholic Encyclopedia. Vol. 12. New York: Robert Appleton Company, 1911)
Regel 1: Regel 1:
'''Epafroditus''' was een christen uit de eerste eeuw, die in de [[Brief asn de Filippenzen|brief van Paulus aan de Filippenzen]] vermeld wordt. De eerste keer dat Paulus het over Epafroditus heeft is in hoofdstuk 2 vanaf vers 25 ({{Bijbel|Filippenzen|2|25}}). Paulus schreef dat hij het nodig vond om Epafroditus naar de gemeente in Filippi toe te sturen, als medearbeider en medestrijder. Hij doet dat omdat Epafroditus heel erg naar de gemeente verlangde en de gemeente in angst was, omdat zij gehoord hadden dat Epafroditus ziek geworden was.
'''Epafroditus''' was een christen uit de eerste eeuw, die in de [[Brief aan de Filippenzen|brief van Paulus aan de Filippenzen]] vermeld wordt. De eerste keer dat Paulus het over Epafroditus heeft is in hoofdstuk 2 vanaf vers 25 ({{Bijbel|Filippenzen|2|25}}). Paulus schreef dat hij het nodig vond om Epafroditus naar de gemeente in Filippi toe te sturen, als medearbeider en medestrijder. Hij doet dat omdat Epafroditus heel erg naar de gemeente verlangde en de gemeente in angst was, omdat zij gehoord hadden dat Epafroditus ziek geworden was.


==Zijn naam==
==Zijn naam==
Regel 5: Regel 5:


[[Etymologie|Etymologisch]] is de naam afgeleid van [[Aphrodite|Afrodite]].<ref>Thayer’s Dictionary of New Testament words.</ref> Afrodite, bij de Romeinen bekend als Venus, was de Griekse godin van de zinnelijke liefde. De betekenis van Epafroditus betekent: ’toegewijd aan Afrodite’. Men zou van deze naam kunnen afleiden dat zijn ouders geen christenen waren, toen zij hem zijn naam gaven, en hij een bekeerling was. Misschien dat hij geluisterd heeft naar een van Paulus’ preken, toen hij in de stad Filippi was en daar voor de eerste keer het Evangelie predikte. Of misschien hoorde hij er pas later over via andere christenen. In ieder geval noemt Paulus hem „mijn broeder, medearbeider en medestrijder” ({{Bijbel|Filippenzen|2|25}})<!--Van iemand die genoemd was naar de godin van de liefde is hij uitgegroeid tot een man die toegewijd was aan de God van de liefde.-->
[[Etymologie|Etymologisch]] is de naam afgeleid van [[Aphrodite|Afrodite]].<ref>Thayer’s Dictionary of New Testament words.</ref> Afrodite, bij de Romeinen bekend als Venus, was de Griekse godin van de zinnelijke liefde. De betekenis van Epafroditus betekent: ’toegewijd aan Afrodite’. Men zou van deze naam kunnen afleiden dat zijn ouders geen christenen waren, toen zij hem zijn naam gaven, en hij een bekeerling was. Misschien dat hij geluisterd heeft naar een van Paulus’ preken, toen hij in de stad Filippi was en daar voor de eerste keer het Evangelie predikte. Of misschien hoorde hij er pas later over via andere christenen. In ieder geval noemt Paulus hem „mijn broeder, medearbeider en medestrijder” ({{Bijbel|Filippenzen|2|25}})<!--Van iemand die genoemd was naar de godin van de liefde is hij uitgegroeid tot een man die toegewijd was aan de God van de liefde.-->
==Paulus in de gevangenis==
The Philippians, who were much endeared to St. Paul (i, 3, 7; iv, 1) had already on former occasions and under various circumstances sent him pecuniary aid, and now on learning of his imprisonment at Rome (Acts 27-28) they sent him to Epaphroditus, one of their number, to bear him alms and minister to his needs (ii, 25-29; iv, 18). St. Paul received him gladly, rejoicing in the affectionate and Christian sentiments of the Philippians (iv, 10-19), and in the generally satisfactory condition of their Church as reported to him by Epaphroditus. It may be that Epaphroditus had been the Apostle's companion and assistant at Philippi (ii, 25); at least he became such at Rome (ii, 30), but he fell dangerously ill and was at the point of death (ii, 27). This news was distressing to the Philippians, and as soon as he recovered he was eager to return home (ii, 26). Paul therefore hastened to send him (ii, 26-28) and profited by the opportunity to confide to him a letter to the faithful and the heads of his Church.


In de Filippenzenbrief gaat het over '''Epafroditus''' als soort van [[postbode]], maar ook als medestrijder. Hij bracht [[Paulus (apostel)|Paulus]] de dingen, waaronder geld, die de gemeente in Filippi aan hem wilde geven. Op een gegeven moment werd Epafroditus ernstig ziek. Mogelijk is hij ziek geworden door marteling.{{bron?}} Hij is „om het werk van Christus tot dicht bij de dood gekomen” (vers 30). Het was ook de bedoeling dat Epafroditus Paulus zou bijstaan in zijn gevangenschap, de gemeente was blijkbaar in angst over Paulus' welzijn, maar ook over de voortgang van het evangelie. Het liep anders dan de gemeente zich had voorgesteld, omdat Epafroditus ziek werd en zo snel mogelijk naar huis wilde.{{bron?}}
In de Filippenzenbrief gaat het over '''Epafroditus''' als soort van [[postbode]], maar ook als medestrijder. Hij bracht [[Paulus (apostel)|Paulus]] de dingen, waaronder geld, die de gemeente in Filippi aan hem wilde geven. Op een gegeven moment werd Epafroditus ernstig ziek. Mogelijk is hij ziek geworden door marteling.{{bron?}} Hij is „om het werk van Christus tot dicht bij de dood gekomen” (vers 30). Het was ook de bedoeling dat Epafroditus Paulus zou bijstaan in zijn gevangenschap, de gemeente was blijkbaar in angst over Paulus' welzijn, maar ook over de voortgang van het evangelie. Het liep anders dan de gemeente zich had voorgesteld, omdat Epafroditus ziek werd en zo snel mogelijk naar huis wilde.{{bron?}}

Versie van 8 mrt 2016 19:11

Epafroditus was een christen uit de eerste eeuw, die in de brief van Paulus aan de Filippenzen vermeld wordt. De eerste keer dat Paulus het over Epafroditus heeft is in hoofdstuk 2 vanaf vers 25 (Filippenzen 2:25). Paulus schreef dat hij het nodig vond om Epafroditus naar de gemeente in Filippi toe te sturen, als medearbeider en medestrijder. Hij doet dat omdat Epafroditus heel erg naar de gemeente verlangde en de gemeente in angst was, omdat zij gehoord hadden dat Epafroditus ziek geworden was.

Zijn naam

De naam Epafroditus wordt verklaard als „lieflijk”, „charmant”, „knap” en komt overeen met de Latijnse naam Venustus. Deze namen kwamen vaak voor in inscripties uit de Romeinse periode, evenals de verkorte vorm Epafras.[1]

Etymologisch is de naam afgeleid van Afrodite.[2] Afrodite, bij de Romeinen bekend als Venus, was de Griekse godin van de zinnelijke liefde. De betekenis van Epafroditus betekent: ’toegewijd aan Afrodite’. Men zou van deze naam kunnen afleiden dat zijn ouders geen christenen waren, toen zij hem zijn naam gaven, en hij een bekeerling was. Misschien dat hij geluisterd heeft naar een van Paulus’ preken, toen hij in de stad Filippi was en daar voor de eerste keer het Evangelie predikte. Of misschien hoorde hij er pas later over via andere christenen. In ieder geval noemt Paulus hem „mijn broeder, medearbeider en medestrijder” (Filippenzen 2:25)

Paulus in de gevangenis

The Philippians, who were much endeared to St. Paul (i, 3, 7; iv, 1) had already on former occasions and under various circumstances sent him pecuniary aid, and now on learning of his imprisonment at Rome (Acts 27-28) they sent him to Epaphroditus, one of their number, to bear him alms and minister to his needs (ii, 25-29; iv, 18). St. Paul received him gladly, rejoicing in the affectionate and Christian sentiments of the Philippians (iv, 10-19), and in the generally satisfactory condition of their Church as reported to him by Epaphroditus. It may be that Epaphroditus had been the Apostle's companion and assistant at Philippi (ii, 25); at least he became such at Rome (ii, 30), but he fell dangerously ill and was at the point of death (ii, 27). This news was distressing to the Philippians, and as soon as he recovered he was eager to return home (ii, 26). Paul therefore hastened to send him (ii, 26-28) and profited by the opportunity to confide to him a letter to the faithful and the heads of his Church.

In de Filippenzenbrief gaat het over Epafroditus als soort van postbode, maar ook als medestrijder. Hij bracht Paulus de dingen, waaronder geld, die de gemeente in Filippi aan hem wilde geven. Op een gegeven moment werd Epafroditus ernstig ziek. Mogelijk is hij ziek geworden door marteling.[bron?] Hij is „om het werk van Christus tot dicht bij de dood gekomen” (vers 30). Het was ook de bedoeling dat Epafroditus Paulus zou bijstaan in zijn gevangenschap, de gemeente was blijkbaar in angst over Paulus' welzijn, maar ook over de voortgang van het evangelie. Het liep anders dan de gemeente zich had voorgesteld, omdat Epafroditus ziek werd en zo snel mogelijk naar huis wilde.[bron?]

Bronnen en weblinks

The Catholic Encyclopedia (1917)  (en) Epistle to the Philippians, in: Catholic Encyclopedia, New York, Robert Appleton Company, 1907-1912. (vertaal via: Vertaal via Google translate)

International Standard Bible Encyclopedia  (en) Epaphroditus, in: ISBE, J. Orr, ed., Chicago, Howard-Severance Company, 1915. (vertaal via: Vertaal via Google translate)

  1. º Lightfoot, Philippians, 123
  2. º Thayer’s Dictionary of New Testament words.