Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Emiel Goossenaerts

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Emiel 'Miel' Goossenaerts (1912 - na 1980) was een Belgische collaborateur en oostfronter tijdens de Tweede Wereldoorlog. Na de oorlog was hij negationist.[1][2]

Hij was de zoon van de bekende Vlaams-nationalist Jef Goossenaerts.

Levensloop

In 1933 ging hij in Gent wonen in een huis van Dinaso. In 1934 verhuisede hij naar Antwerpen. Hij werd fervent aanhanger van het nazisme en reisde om verder onbekende redenen vaak naar Duitsland.

Goossenaerts werd in 1939 actief in de extremistische anti-Joodse Nationaal Volksche Beweging van Gustaaf Vanniesbecq.

Voor de oorlog vertoefde hij in de kringen van De Adelaar, een organisatie die ertoe werd aangespoord om gegevens te verzamelen over Joodse en communistische lokalen, namen van communisten en socialisten, maar ook over brandstofdepots e.d.m. en die dus waarschijnlijk een dekmantel was voor de Duitse spionage die reeds voor de oorlog volop actief was in België.

Goossenaerts was één van de 51 namen die op last van minister Paul-Emile Janson reeds voor het begin van de Achttiendaagse Veldtocht werden vernoemd als te arresteren als de oorlog zou uitbreken. Hij werd ook effectief vernoemd in het telegram van 12 mei 1940 (2 dagen na het begin van de oorlog) telegram van auditeur-generaal Walter Ganshof van der Meersch met de namen van te arresteren extremisten.[3]

Goossenaerts werd samen met zo'n 150 Belgen (zowel extreem-rechts als extreem-links) en zon' 1500 Joden (die omwille van hun Duitse nationaliteit als onderdanen van een vreemde mogendheid werden gezien) gearresteerd en naar Frankrijk gebracht waar hij werd opgesloten in het kamp van Saint-Cyprien. De extreem-rechtse gevangenen (o.m. August Borms, Clem De Landtsheer, René Lagrou en Pol Le Roy) kwamen na de Duitse overwinning in de zomer van 1940 vrij.

Hij werkte tijdens de oorlog in Brussel als bediende voor de Reichsbahnzentrale für den Deutschen Reiseverkehr die werd geleid door Adolf Schulze, die tegelijk ook betrokken was bij contraspionage. Goossenaerts werd er in 1939 door de belgische overheid ook al van verdacht dat hij een commercieel bedrijf had opgezet als dekmantel voor spionage omdat het bedrijf naast een zetel in Luxemburg in Brussel ook een adres deelde met de Duitser Arno Toppel, die de Belgische verdeler was van het NSDAP-blad National Zeitung. De Belgische overheid verdacht hem ervan Jan Cappaert en Willem Lauwaert in dienst te hebben als spion, hiervoor is echter geen ondubbelzinnig bewijs gevonden.

Na de oorlog werd hij gearresteerd en opgesloten in het kamp Rheine waar hij probeerde zelfmoord te plegen. Hij werd in het proces tegen de leden rond Volksverwering door de krijgsraad tot 20 jaar cel veroordeeld. Hij week na zijn vrijlating uit naar Nederland.[4]

Hij was adjudant van de landsleider van DeVlag en van de Algemeene SS-Vlaanderen (Unterscharführer) en vocht aan het Oostfront.

In 1981 schreef hij in een brief aan een journalist van De Standaard dat er geen enkel bewijs was dat er ooit één Jood werd vergast in de concentratiekampen.


Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Haat is een deugd: het credo van de Jodenjagers, Lieven Saerens
  2. º Spionnen aan de achterdeur: de Duitse Abwehr in België, 1936-1945, Etienne Verhoeyen
  3. º België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 5. De kollaboratie, Maurice de Wilde
  4. º Onderduikers en vluchtelingen na de Tweede Wereldoorlog. Frank Seberechts
rel=nofollow
rel=nofollow