Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Het gebed van Manasse: verschil tussen versies
kGeen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 12: | Regel 12: | ||
<!---* {{WiBiLex|Gebet Manasses|Auteur=Thomas Knittel}} | <!---* {{WiBiLex|Gebet Manasses|Auteur=Thomas Knittel}} | ||
{{navigatie bijbelboeken}}---> | {{navigatie bijbelboeken}}---> | ||
[[Categorie: Anagignoskomena]] | [[Categorie: Anagignoskomena|Gebed van Manasse]] | ||
[[Categorie: Apocrief boek]] | [[Categorie: Apocrief boek|Gebed van Manasse]] |
Huidige versie van 31 dec 2019 om 16:57
Het gebed van Manasse, (wetenschappelijke afkorting (Latijn): OrMan, van: Oratio Manasse) is een apocrief geschrift bij het Oude Testament. Het is getiteld naar de Judese koning Manasse, die in de Bijbelboeken 2 Koningen en 2 Kronieken beschreven wordt.
De tekst van het gebed van Manasse is een boetegebed, dat tussen de tweede eeuw v.Chr. en de eerste eeuw n.Chr. ontstaan zou zijn. Het eerste bewijsmateriaal van het bestaan van deze tekst stamt uit de derde eeuw. De tekst werd overgelevers in het Grieks en in het Syrisch; het is onzeker wat de oorspronkelijke taal was. Manasse blikt in deze tekst, die in vijftien verzen werd ingedeeld, terug op zijn leven nadat hij gevangengenomen werd door de Assyriërs. Hij bekent zijn schuld en bidt tot God om vergeving van zijn zonden. Volgens de bijbelse bronnen was Manasse rechtstreeks ingegaan tegen Gods geboden, en bevorderde hij de verering van de goden Baäl en Asjera.
In de tekstkritische Septuaginta-editie van Alfred Rahlfs (1e uitgave 1935, herziening 2008) wordt het gebed gesorteerd als het twaalfde hoofdstuk van de Oden. De tekst staat ook in de Appendix van de Latijnse Vulgaat uit 1592 en in de apocriefen van de King James-vertaling. In de Ethiopische bijbel is het ingevoegd in het boek 2 Kronieken. Het boek verscheen in Oud-Syrische, Oud-Slavische (Kerkslavische), Ethiopische en Armeense vertalingen. Luther gaf in zijn werk Ein kurz Unterweisung, wie man beichten soll (Een korte onderwijzing over hoe men dient te biechten) in 1519 voor het eerst een Duitse vertaling, die waarschijnlijk terug te voeren is op Georg Spalatin. Luther zette het helemaal achteraan bij de apocriefe boeken.
Vrijwel alle joden, katholieken en protestanten beschouwen het als een apocrief geschrift. In enkele orthodoxe kerken wordt het gezien als anagignoskomena: een orthodox deuterocanoniek boek. In de orthodoxe liturgie wordt het gebruikt als gezongen gebed.