Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Claus von Stauffenberg: verschil tussen versies
(→Eerbetuigingen: staat iets netter) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
(3 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 64: | Regel 64: | ||
=== Jeugd === | === Jeugd === | ||
Claus von Stauffenberg werd geboren als derde zoon van de Zuid-Duitse katholieke [[adel]]lijke familie. Zijn ouders waren graaf [[Alfred Schenk von Stauffenberg]] (1860–1936), de laatste hoofdhofmaarschalk (Oberhofmarschall) van de koning van [[Württemberg]], en gravin Caroline van [[Uexküll|Üxküll-Gyllenband]] (1875–1957). Via zijn moeder had hij ook [[Pruissen|Pruissische]] voorouders, zoals de Pruissische legerhervormer graaf [[August Neidhardt von Gneisenau]]. Zijn oom, graaf [[Nikolaus von Üxküll-Gyllenband]], had een grote invloed op Claus’ medewerking aan het verzet. Ook zijn tante, gravin [[Alexandrine von Üxküll-Gyllenband]], de overste van het [[Duitse Rode Kruis]], was een | Claus von Stauffenberg werd geboren als derde zoon van de Zuid-Duitse katholieke [[adel]]lijke familie. Zijn ouders waren graaf [[Alfred Schenk von Stauffenberg]] (1860–1936), de laatste hoofdhofmaarschalk (Oberhofmarschall) van de koning van [[Württemberg]], en gravin Caroline van [[Uexküll|Üxküll-Gyllenband]] (1875–1957). Via zijn moeder had hij ook [[Pruissen|Pruissische]] voorouders, zoals de Pruissische legerhervormer graaf [[August Neidhardt von Gneisenau]]. Zijn oom, graaf [[Nikolaus von Üxküll-Gyllenband]], had een grote invloed op Claus’ medewerking aan het verzet. Ook zijn tante, gravin [[Alexandrine von Üxküll-Gyllenband]], de overste van het [[Duitse Rode Kruis]], was een opmerkelijke persoonlijkheid. | ||
Als kind verbleef hij vooral in Stuttgart, de hoofdstad van Zwaben, en in het [[Stauffenberg-Schloss]] (nu Stauffenberg-herdenkingsplaats), de zomerverblijplaats van de familie, in het huidige [[Lautlingen]], een stadsdeel van [[Albstadt]]. Zijn broers, graaf [[Berthold Schenk von Stauffenberg|Berthold]] en graaf [[Alexander Schenk von Stauffenberg|Alexander]] waren tweelingen. Claus had zelf ook een tweelingsbroer, Konrad Maria, die echter de dag na de geboorte stierf. | Als kind verbleef hij vooral in Stuttgart, de hoofdstad van Zwaben, en in het [[Stauffenberg-Schloss]] (nu Stauffenberg-herdenkingsplaats), de zomerverblijplaats van de familie, in het huidige [[Lautlingen]], een stadsdeel van [[Albstadt]]. Zijn broers, graaf [[Berthold Schenk von Stauffenberg|Berthold]] en graaf [[Alexander Schenk von Stauffenberg|Alexander]] waren tweelingen. Claus had zelf ook een tweelingsbroer, Konrad Maria, die echter de dag na de geboorte stierf. | ||
Regel 71: | Regel 71: | ||
=== Militaire carrière === | === Militaire carrière === | ||
Na zijn graduatie ([[Abitur]]) op 5 maart 1926 trad Stauffenberg in bij de [[Reichswehr]]. Hij begon zijn militaire dienst in het traditierijke 17e Beierse ruiter-regiment in [[Bamberg]] als [[Fahnenjunker]]. Na een jaar dienst werd hij in 1927 naar de centrale infanterieschool van de Reichswehr in [[Dresden]] gestuurd. Alle officierskandidaten moesten hier een jaar scholing volgen. In het begin van augustus 1928 werd hij daar bevorderd tot [[Fähnrich]].<ref name="Zeller">{{Aut|Eberhard Zeller}} ''Oberst Claus Graf Stauffenberg. Ein Lebensbild.'' Schöningh, 1994, ISBN 3-506-79770-0, p. 298–301.</ref> Op het einde van 1928 werd hij naar de cavalerieschool in [[Hannover]] verzet. Daarna ging hij met zijn [[regiment]] teug naar Bamberg | Na zijn graduatie ([[Abitur]]) op 5 maart 1926 trad Stauffenberg in bij de [[Reichswehr]]. Hij begon zijn militaire dienst in het traditierijke 17e Beierse ruiter-regiment in [[Bamberg]] als [[Fahnenjunker]]. Na een jaar dienst werd hij in 1927 naar de centrale infanterieschool van de Reichswehr in [[Dresden]] gestuurd. Alle officierskandidaten moesten hier een jaar scholing volgen. In het begin van augustus 1928 werd hij daar bevorderd tot [[Fähnrich]].<ref name="Zeller">{{Aut|Eberhard Zeller}} ''Oberst Claus Graf Stauffenberg. Ein Lebensbild.'' Schöningh, 1994, ISBN 3-506-79770-0, p. 298–301.</ref> Op het einde van 1928 werd hij naar de cavalerieschool in [[Hannover]] verzet. Daarna ging hij met zijn [[regiment]] teug naar Bamberg, waar hij op 1 januari 1930 bevorderd werd tot [[luitenant]].<ref name="Zeller" /> Voor het officiersexamen was hij de beste van dat schooljaar. | ||
Tegen het einde van de [[Weimarrepubliek]] waren de politieke zienswijzen van Carl von Stauffenberg en zijn broer Berthold verwant aan die van de [[Konservative Revolution]]. Zij verachtten het opkomende nationaalsocialisme, maar hadden een aantal gelijkaardige punten: | Tegen het einde van de [[Weimarrepubliek]] waren de politieke zienswijzen van Carl von Stauffenberg en zijn broer Berthold verwant aan die van de [[Konservative Revolution]]. Zij verachtten het opkomende nationaalsocialisme, maar hadden een aantal gelijkaardige punten: | ||
Regel 96: | Regel 96: | ||
====Mislukking==== | ====Mislukking==== | ||
De bom ontplofte inderdaad kort nadat Stauffenberg de plaats verliet. Vier officieren werden gedood, maar Hitler niet: hij raakte verwond, maar niet ernstig. De aanslag | De bom ontplofte inderdaad kort nadat Stauffenberg de plaats verliet. Vier officieren werden gedood, maar Hitler niet: hij raakte verwond, maar niet ernstig. De aanslag was om een aantal redenen mislukt. De vergadering vond niet plaats in een solide betonnen bunker, maar in een bovengrondse ruimte waarin ook veel hout was verwerkt. De ramen stonden wegens de warmte open. Hoewel de barak vernield werd, had de schokgolf te weinig kracht om alle aanwezigen te doden. | ||
Mogelijk had een van de aanwezigen de tas met de bom doen omvallen en deze dan op een andere plaats neergezet, mogelijk iets verder achter een dikke tafelpoot. | Mogelijk had een van de aanwezigen de tas met de bom doen omvallen en deze dan op een andere plaats neergezet, mogelijk iets verder achter een dikke tafelpoot. | ||
Regel 102: | Regel 102: | ||
====Arrestatie en executie==== | ====Arrestatie en executie==== | ||
Onmiddellijk na de aanslag gaf Hitler aan [[Heinrich Himmler]] de opdracht om de oorzaak van de explosie te vinden. Nog diezelfde dag werden de samenzweerders overmeesterd in hun kantoor aan de | Onmiddellijk na de aanslag gaf Hitler aan [[Heinrich Himmler]] de opdracht om de oorzaak van de explosie te vinden. Nog diezelfde dag werden de samenzweerders overmeesterd in hun kantoor aan de Bendlerstraße in Berlijn, waarbij von Stauffenberg in de schouder werd geschoten. Een krijgsraad werd geïmproviseerd door zijn directe overste, generaal [[Friedrich Fromm]]. Von Stauffenberg en zijn medewerkers werden ter dood veroordeeld en het vonnis werd dezelfde dag nog uitgevoerd. Von Stauffenberg, stafchef kolonel [[Albrecht Mertz von Quirnheim]], chef van het ''Allgemeine Heeresamt'' [[Friedrich Olbricht]] en Stauffenbergs adjudant, [[Werner von Haeften]], werden de avond van 21 juli in het licht van koplampen van enkele militaire voertuigen doodgeschoten. [[Ludwig Beck]] trachtte zelfmoord te plegen, hetgeen mislukte, waarna hij door een [[feldwebel]] werd doodgeschoten. Andere ’samenzweerders’, onder wie ook von Stauffenbergs broer Berthold, werden in showprocessen veroordeeld door onder anderen de beruchte rechter [[Roland Freisler]] (die ook de verzetsgroep ’[[Weiße Rose]]’ had veroordeeld). Anderen pleegden zelfmoord: [[Henning von Tresckow]] en [[Erwin Rommel]]. | ||
De laatste woorden van von Stauffenberg waren volgens sommige bronnen: ''Es lebe unser heiliges Deutschland!'' (''Lang leve ons heilige Duitsland!'').<ref>http://sipseystreetirregulars.blogspot.com/2009/07/stauffenbergs-choice-es-lebe-unser.html</ref> | De laatste woorden van von Stauffenberg waren volgens sommige bronnen: ''Es lebe unser heiliges Deutschland!'' (''Lang leve ons heilige Duitsland!'').<ref>http://sipseystreetirregulars.blogspot.com/2009/07/stauffenbergs-choice-es-lebe-unser.html</ref> | ||
Regel 113: | Regel 113: | ||
Een rechtstreeks gevolg van de mislukte aanslag was tevens dat Hitler het reguliere leger niet langer vertrouwde en dat organen zoals de [[Schutzstaffel|SS]], de [[Sicherheitsdienst|SD]] en de [[Gestapo]] nóg meer macht kregen. | Een rechtstreeks gevolg van de mislukte aanslag was tevens dat Hitler het reguliere leger niet langer vertrouwde en dat organen zoals de [[Schutzstaffel|SS]], de [[Sicherheitsdienst|SD]] en de [[Gestapo]] nóg meer macht kregen. | ||
Himmler was van plan om de families van de samenzweerders uit te moorden en hun familienamen weg te vegen.<ref>„Die Familie Graf Stauffenberg wird ausgelöscht werden bis ins letzte Glied.” (Volgens het protocol volgde hierop applaus van de luisteraars.)<br >[http://www.ifz-muenchen.de/heftarchiv/1953_4.pdf Toespraak van Himmler voor de gouwleiders in Posen op 3 augustus 1944]. In druk verschenen in: ''Vierteljahrshefte für Zeitgeschichte'' 1 (1953), | Himmler was van plan om de families van de samenzweerders uit te moorden en hun familienamen weg te vegen.<ref>„Die Familie Graf Stauffenberg wird ausgelöscht werden bis ins letzte Glied.” (Volgens het protocol volgde hierop applaus van de luisteraars.)<br >[http://www.ifz-muenchen.de/heftarchiv/1953_4.pdf Toespraak van Himmler voor de gouwleiders in Posen op 3 augustus 1944]. In druk verschenen in: ''Vierteljahrshefte für Zeitgeschichte'' 1 (1953), hoofdstuk 4, p. 357–394, hier: p. 385 (in het PDF-document: p. 105; 5,5 MB).</ref> De eerst voorgenomen [[bloedwraak]] werd weer verworpen; in plaats daarvan werd een ''Sippenhaft'' bevolen: het gevangen zetten van grootfamilies. Stauffenbergs zwangere echtgenote Nina Schenk von Stauffenberg werd naar het concentratiekamp Ravensbrück gedeporteerd. Ze werd naar een nationaalsocialistisch moederhuis in [[Frankfurt (Oder)]] gebracht, waar het vijfde kind van het gezin, [[Konstanze von Schulthess-Rechberg|Konstanze]] op 27 januari 1945 geboren werd. De kinderen werden in een kindertehuis bij [[Bad Sachsa]] ondergebracht. Er waren plannen om ze als [[adoptie]]kinderen aan nationaalsocialistische families te geven. Ze kregen ook een andere familienaam: „Meister” en bleven tot het einde van de oorlog in het tehuis. | ||
===Eerbetuigingen=== | ===Eerbetuigingen=== | ||
Voor velen is graaf von Stauffenberg een [[icoon (semiotiek)|icoon]] geworden van het verzet tegen het naziregime. Na de oorlog werd op de plaats waar hij werd terechtgesteld, de tuin van het toenmalige oorlogsministerie in Berlijn, een museum ingericht. Op de binnenplaats, waar de executie plaatsvond, staat nu een bronzen beeld van een man met samengebonden handen. | Voor velen is graaf von Stauffenberg een [[icoon (semiotiek)|icoon]] geworden van het verzet tegen het naziregime. Na de oorlog werd op de plaats waar hij werd terechtgesteld, de tuin van het toenmalige oorlogsministerie in Berlijn, een museum ingericht. Op de binnenplaats, waar de executie plaatsvond, staat nu een bronzen beeld van een man met samengebonden handen. | ||
De '' | De ''Bendlerstraße'' is hernoemd tot ''Stauffenbergstraße''. In het museum is een permanente tentoonstelling ingericht met meer dan 5.000 foto’s en documenten die het werk van de verschillende verzetsorganisaties tijdens het Hitler-regime tonen. | ||
==Verwijzingen== | |||
{{reflist}} | |||
==Weblinks== | |||
{{Commonscat|Claus Schenk Graf von Stauffenberg}} | {{Commonscat|Claus Schenk Graf von Stauffenberg}} | ||
{{authority control|TYPE=p|VIAF=32789868 |LCCN= n/80/035030 |GND= 118642537 |Wikidata=Q21209}} | {{authority control|TYPE=p|VIAF=32789868 |LCCN= n/80/035030 |GND= 118642537 |Wikidata=Q21209}} | ||
Regel 129: | Regel 131: | ||
[[Categorie:Duitse adel]] | [[Categorie:Duitse adel]] | ||
[[Categorie:Duits geëxecuteerd persoon]] | [[Categorie:Duits geëxecuteerd persoon]] | ||
[[Categorie:Duits slachtoffer van het naziregime]] | |||
[[Categorie:Geboren in Beieren]] | |||
[[Categorie:Overleden in Berlijn]] | |||
[[Categorie:Geboren in 1907]] | |||
[[Categorie:Overleden in 1944]] | |||
[[Categorie:Geboren op 15 november]] | [[Categorie:Geboren op 15 november]] | ||
[[Categorie:Overleden op 21 juli]] | [[Categorie:Overleden op 21 juli]] | ||
{{bloei}} | |||
Huidige versie van 16 sep 2023 om 00:56
Claus von Stauffenberg | ||
Algemene informatie | ||
Volledige naam | Claus Philipp Maria Schenk von Stauffenberg | |
Adeltitel | graaf | |
Geboren | 15 november 1907, Jettingen, Beieren | |
Overleden | 21 juli 1944, Berlijn | |
Doodsoorzaak | executie door vuurpeloton | |
Nationaliteit | Duits | |
Bekend van | aanslag tegen Adolf Hitler; operatie Walküre | |
Overige informatie | ||
Partner(s) | gravin Nina Schenk von Stauffenberg | |
Religie | Rooms-katholiek |
Graaf Claus Philipp Maria Schenk von Stauffenberg (Jettingen (koninkrijk Beieren), 15 november 1907 – Berlijn, 21 juli 1944), kort: Claus von Stauffenberg, was een officier van de Duitse Wehrmacht. Hij was „een gloeiende patriot, een gepassioneerde Duitse nationalist”[1] en sympathiseerde eerst met de nationalistische en revisionistische aspecten van het nationaalsocialisme. Toen hij het misdadige karakter ervan onderscheidde en tevens de uitzichtloze militaire situatie zag, koos hij de weg van het militaire verzet. Van Stauffenberg werd een centrale figuur van het militaire verzet tegen het nationaalsocialisme in Duitsland in de Tweede Wereldoorlog.
Op 20 juli 1944 pleegde graaf von Stauffenberg een aanslag op Adolf Hitler. De aanslag mislukte. Als stafchef bij de bevelhebber van het Ersatzheer zat hij mee achter de daarop volgende „Operation Walküre”. De Operatie Walküre was oorspronkelijk een noodplan voor het geval de „Führer” onverwacht zou overlijden, maar werd door hen ingezet in een poging om de nationaalsocialisten ten val te brengen. Aangezien de aanslag op Hitler mislukt was, was ook de daaropvolgende poging tot machtsovername tot mislukken gedoemd. De volgende dag, op 21 juli, werd von Stauffenberg en anderen terechtgesteld.
Jeugd
Claus von Stauffenberg werd geboren als derde zoon van de Zuid-Duitse katholieke adellijke familie. Zijn ouders waren graaf Alfred Schenk von Stauffenberg (1860–1936), de laatste hoofdhofmaarschalk (Oberhofmarschall) van de koning van Württemberg, en gravin Caroline van Üxküll-Gyllenband (1875–1957). Via zijn moeder had hij ook Pruissische voorouders, zoals de Pruissische legerhervormer graaf August Neidhardt von Gneisenau. Zijn oom, graaf Nikolaus von Üxküll-Gyllenband, had een grote invloed op Claus’ medewerking aan het verzet. Ook zijn tante, gravin Alexandrine von Üxküll-Gyllenband, de overste van het Duitse Rode Kruis, was een opmerkelijke persoonlijkheid.
Als kind verbleef hij vooral in Stuttgart, de hoofdstad van Zwaben, en in het Stauffenberg-Schloss (nu Stauffenberg-herdenkingsplaats), de zomerverblijplaats van de familie, in het huidige Lautlingen, een stadsdeel van Albstadt. Zijn broers, graaf Berthold en graaf Alexander waren tweelingen. Claus had zelf ook een tweelingsbroer, Konrad Maria, die echter de dag na de geboorte stierf.
Nadat hij het Eberhard-Ludwigs-Gymnasium in Stuttgart bezocht, werd hij in de bond van de nieuwe padvinders beïnvloed door de Duitse Rijksmystiek. Later behoorde hij en zijn broers tot de vriendenkring rond Stefan George en zijn elitaire dichtergroep met de naam Opposition conservatrice. Stauffenberg was zeer goed geschoold en was enthousiast over literatuur. Hij gold in die dichterkring als een man van de daad en besliste al vroeg voor een militaire carrière.[2]
Militaire carrière
Na zijn graduatie (Abitur) op 5 maart 1926 trad Stauffenberg in bij de Reichswehr. Hij begon zijn militaire dienst in het traditierijke 17e Beierse ruiter-regiment in Bamberg als Fahnenjunker. Na een jaar dienst werd hij in 1927 naar de centrale infanterieschool van de Reichswehr in Dresden gestuurd. Alle officierskandidaten moesten hier een jaar scholing volgen. In het begin van augustus 1928 werd hij daar bevorderd tot Fähnrich.[3] Op het einde van 1928 werd hij naar de cavalerieschool in Hannover verzet. Daarna ging hij met zijn regiment teug naar Bamberg, waar hij op 1 januari 1930 bevorderd werd tot luitenant.[3] Voor het officiersexamen was hij de beste van dat schooljaar.
Tegen het einde van de Weimarrepubliek waren de politieke zienswijzen van Carl von Stauffenberg en zijn broer Berthold verwant aan die van de Konservative Revolution. Zij verachtten het opkomende nationaalsocialisme, maar hadden een aantal gelijkaardige punten:
De idee van een leiderschap [Führertum] … verbonden met de idee van een volksgemeenschap, het principe ’Gemeenschappelijk belang gaat voor eigenbelang’, en de strijd tegen de corruptie, de strijd tegen de geest van de grootsteden, de Rassenidee en de wil voor een nieuwe Duits bepaalde rechtsorde schijnen ons gezond en toekomstgericht. — Steven Krolak[4]
|
Bij de Rijkspresidentsverkiezingen in april 1932 sprak Stauffenberg zich daarom uit tegen de conservatief-monarchistische ambtsdrager Paul von Hindenburg en voor Adolf Hitler, wiens benoeming tot Rijkskanselier op 30 januari 1933 hij uitdrukkelijk begroette. Stauffenberg zorgde mee voor de militaire scholing van de leden van de Sturmabteilung (SA) en organiseerde de overgave van de wapendepots aan de Reichswehr. Op 1 mei 1933 werd hij bevorderd tot eerste luitenant (Oberleutnant).[3]
Op 26 september 1933 trouwde hij in Bamberg met gravin Nina Freiin von Lerchenfeld. Zij hadden samen vijf kinderen: Berthold, Heimeran, Franz-Ludwig, Valerie en Konstanze (geboren na de dood van haar vader). Nina overleed op 2 april 2006 op de leeftijd van 92 jaar in Kirchlauter bij Bamberg.
De aanslag op Hitler
Planning
In samenwerking met enkele collega-officieren (onder wie Henning von Tresckow, Friedrich Olbricht en Fritz-Dietlof Graaf von der Schulenburg) onderhield von Stauffenberg vanaf 1942 contact met burgerlijke actiegroepen zoals de Kreisauer Kreis rond graaf Helmuth James von Moltke en graaf Peter Yorck von Wartenburg. Door deze actiegroepen te ondersteunen bewoog hij zich in het middelpunt van het ondergronds verzet in Duitsland. Samen met anderen beraamde en coördineerde hij diverse plannen om Hitler om te brengen. Er waren al verscheidene scenario’s uitgewerkt en klaar om uitgevoerd te worden. De plannen werden bewaard in onder andere Parijs, Berlijn en Wenen, tot het moment zou aanbreken om ze uit te voeren. Het bleek echter heel moeilijk een passende gelegenheid te vinden; een aanslag met een paar vliegtuigbommen mislukte en begin 1944 werd bovendien de Kreisauer Kreis door de Duitse geheime politie gedeeltelijk opgerold.
Op 7 april 1942 werd von Stauffenberg als stafchef van de 10e Pantserdivisie in Tunesië zwaargewond. In het veldhospitaal werden zijn linkeroog, rechterhand en twee vingers van de linkerhand geamputeerd. Hij kreeg een gouden medaille voor zijn verwondingen.[5]
In de herfst van 1943 liet hij zich naar Berlijn verplaatsen en zocht er bewust contact met tegenstanders van Hitler rond de generaal van de infanterie Friedrich Olbricht, die het Algemene Legerkantoor leidde („Allgemeines Heeresamt”), en generaal-majoor Henning von Tresckow. Von Stauffenberg was zich ervan bewust dat alleen het leger (de Wehrmacht), dat nauwelijks door de geheime staatspolitie (Gestapo) en de staatsveiligheid (SD; Sicherheitsdienst) geïnfiltreerd was, de nodige machtsmiddelen had om het nationaalsocialistische regime omver te werpen.
Op 20 juli 1944 was het uiteindelijk zover. Von Stauffenberg zou zelf de aanslag op Hitler uitvoeren tijdens een militaire stafbespreking in het hoofdkwartier de Wolfsschanze bij Rastenburg in Oost-Pruisen, een enorm groot en goed beveiligd bunkercomplex.
Uitvoering
Kolonel Stauffenberg kon maar één springlading activeren. Hij zette de aktetas met de tijdbom onder de stevige houten tafel met de landkaarten waarover de officieren en Hitler gebogen stonden.
Nadat de kolonel de tas met de bom bij Hitler op de grond had neergezet, maakte hij zich snel uit de voeten met het excuus naar Berlijn te moeten bellen. Hij liep langs de telefonist naar een wachtende auto en met zijn medeplichtigen wist hij alle wachtposten te passeren, op weg naar een vliegveld vanwaar hij naar Berlijn vloog. Het plan was dat hij daar de opstand en machtsovername in Berlijn en Parijs mee zou leiden. De bomexplosie was onderweg nog hoorbaar geweest en von Stauffenberg en de zijnen meenden dat de aanslag gelukt was.
Mislukking
De bom ontplofte inderdaad kort nadat Stauffenberg de plaats verliet. Vier officieren werden gedood, maar Hitler niet: hij raakte verwond, maar niet ernstig. De aanslag was om een aantal redenen mislukt. De vergadering vond niet plaats in een solide betonnen bunker, maar in een bovengrondse ruimte waarin ook veel hout was verwerkt. De ramen stonden wegens de warmte open. Hoewel de barak vernield werd, had de schokgolf te weinig kracht om alle aanwezigen te doden. Mogelijk had een van de aanwezigen de tas met de bom doen omvallen en deze dan op een andere plaats neergezet, mogelijk iets verder achter een dikke tafelpoot.
Doordat Hitler de aanslag overleefde en al vrij snel op de radio te horen was, mislukten de pogingen om in Berlijn de macht over te nemen.
Arrestatie en executie
Onmiddellijk na de aanslag gaf Hitler aan Heinrich Himmler de opdracht om de oorzaak van de explosie te vinden. Nog diezelfde dag werden de samenzweerders overmeesterd in hun kantoor aan de Bendlerstraße in Berlijn, waarbij von Stauffenberg in de schouder werd geschoten. Een krijgsraad werd geïmproviseerd door zijn directe overste, generaal Friedrich Fromm. Von Stauffenberg en zijn medewerkers werden ter dood veroordeeld en het vonnis werd dezelfde dag nog uitgevoerd. Von Stauffenberg, stafchef kolonel Albrecht Mertz von Quirnheim, chef van het Allgemeine Heeresamt Friedrich Olbricht en Stauffenbergs adjudant, Werner von Haeften, werden de avond van 21 juli in het licht van koplampen van enkele militaire voertuigen doodgeschoten. Ludwig Beck trachtte zelfmoord te plegen, hetgeen mislukte, waarna hij door een feldwebel werd doodgeschoten. Andere ’samenzweerders’, onder wie ook von Stauffenbergs broer Berthold, werden in showprocessen veroordeeld door onder anderen de beruchte rechter Roland Freisler (die ook de verzetsgroep ’Weiße Rose’ had veroordeeld). Anderen pleegden zelfmoord: Henning von Tresckow en Erwin Rommel.
De laatste woorden van von Stauffenberg waren volgens sommige bronnen: Es lebe unser heiliges Deutschland! (Lang leve ons heilige Duitsland!).[6]
De volgende dag werden de lijken inclusief uniform en onderscheidingen begraven. Later werden ze in opdracht van Himmler terug opgegraven en verbrand.
Verdere gevolgen
Gedurende de daaropvolgende dagen werden ongeveer tweehonderd medeverdachten door snelrecht veroordeeld en terechtgesteld.
Een rechtstreeks gevolg van de mislukte aanslag was tevens dat Hitler het reguliere leger niet langer vertrouwde en dat organen zoals de SS, de SD en de Gestapo nóg meer macht kregen.
Himmler was van plan om de families van de samenzweerders uit te moorden en hun familienamen weg te vegen.[7] De eerst voorgenomen bloedwraak werd weer verworpen; in plaats daarvan werd een Sippenhaft bevolen: het gevangen zetten van grootfamilies. Stauffenbergs zwangere echtgenote Nina Schenk von Stauffenberg werd naar het concentratiekamp Ravensbrück gedeporteerd. Ze werd naar een nationaalsocialistisch moederhuis in Frankfurt (Oder) gebracht, waar het vijfde kind van het gezin, Konstanze op 27 januari 1945 geboren werd. De kinderen werden in een kindertehuis bij Bad Sachsa ondergebracht. Er waren plannen om ze als adoptiekinderen aan nationaalsocialistische families te geven. Ze kregen ook een andere familienaam: „Meister” en bleven tot het einde van de oorlog in het tehuis.
Eerbetuigingen
Voor velen is graaf von Stauffenberg een icoon geworden van het verzet tegen het naziregime. Na de oorlog werd op de plaats waar hij werd terechtgesteld, de tuin van het toenmalige oorlogsministerie in Berlijn, een museum ingericht. Op de binnenplaats, waar de executie plaatsvond, staat nu een bronzen beeld van een man met samengebonden handen.
De Bendlerstraße is hernoemd tot Stauffenbergstraße. In het museum is een permanente tentoonstelling ingericht met meer dan 5.000 foto’s en documenten die het werk van de verschillende verzetsorganisaties tijdens het Hitler-regime tonen.
Verwijzingen
- º Wolfgang Venohr, Stauffenberg: Symbol des Widerstands, 3e oplage, Herbig, 2000, ISBN 3-7766-2156-7, p. 278.
- º Das „Geheime Deutschland“, 3sat
- ↑ 3,0 3,1 3,2 Eberhard Zeller Oberst Claus Graf Stauffenberg. Ein Lebensbild. Schöningh, 1994, ISBN 3-506-79770-0, p. 298–301.
- º Steven Krolak, Der Weg zum Neuen Reich. Die politischen Vorstellungen von Claus Stauffenberg. Ein Beitrag zur Geistesgeschichte des deutschen Widerstandes. In: Jürgen Schmädeke, Peter Steinbach (Uitg.): Der Widerstand gegen den Nationalsozialismus. Die deutsche Gesellschaft und der Widerstand gegen Hitler. Piper, München 1986, p. 550.
- º Peter Hoffmann, Claus Schenk Graf von Stauffenberg: Die Biographie, vierde oplage, Pantheon, 2007, ISBN 978-3-570-55046-5, p. 311
- º http://sipseystreetirregulars.blogspot.com/2009/07/stauffenbergs-choice-es-lebe-unser.html
- º „Die Familie Graf Stauffenberg wird ausgelöscht werden bis ins letzte Glied.” (Volgens het protocol volgde hierop applaus van de luisteraars.)
Toespraak van Himmler voor de gouwleiders in Posen op 3 augustus 1944. In druk verschenen in: Vierteljahrshefte für Zeitgeschichte 1 (1953), hoofdstuk 4, p. 357–394, hier: p. 385 (in het PDF-document: p. 105; 5,5 MB).
Weblinks
Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Claus Schenk Graf von Stauffenberg op Wikimedia Commons.