Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Emile Henri Florent Leijssius: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Emile_Henri_Florent_Leijssius&oldid=41951878 27 aug 2014 Menke 15 sep 2011)
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
(3 tussenliggende versies door een andere gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
[[Bestand:Leyssius_E_H_F.jpg||200px|thumb|Emile Henri Florent Leyssius in de rang van luitenant-kolonel]]
[[Media:Voorbeeld.ogg]]Jonkheer '''Emile Henri Florent Leijssius''' ([[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]], [[13 augustus]] [[1849]] - [[Ginneken]], [[8 maart]] [[1907]]) was een Nederlands [[luitenant-kolonel]], [[Ridderorde (onderscheiding)|ridder]] in de [[Militaire Willems-Orde]] en bezitter van de [[Eresabel]] die zijn voornaamste krijgsdaden verrichtte in de [[Atjehoorlog]].


'''Emile Henri Florent Leyssius''' ([[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]], [[13 augustus]] [[1849]] - [[Ginneken]], [[8 maart]] [[1907]]) was een Nederlands [[luitenant-kolonel]], [[Ridderorde (onderscheiding)|ridder]] in de [[Militaire Willems-Orde]] en bezitter van de [[Eresabel]].
== Afkomst en jeugd ==
Jonkheer Emile Leijssius was de zoon van Florent Emile Leijssius en Henrietta Theodora Wilhelmina de Jongh.<ref>[http://stadsarchief.breda.nl/collecties/genealogie/weergave/akte/layout/default/id/94099a9f-286c-c01b-87e4-70ed5932f11c ''overlijdensregister'' op website: stadsarchief.breda.nl]; ''geraadpleegd 2015-12-02''</ref>


==Familie==
In 1864 werd Leijssius, nog geen 15 jaar oud, toegelaten tot de infanterieopleiding van de [[Koninklijke Militaire Academie|KMA]]. Na die opleiding werd hij 22 juli 1868 benoemd tot [[tweede luitenant]] bij het 6e regiment infanterie te [[Bergen op Zoom]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:000014998:mpeg21:a0012 "Binnenlandsche Nieuwstijdingen" in: ''Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant'' jrg. 84 nr. 84 (13 juli 1864)]; p. 2 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010156123:mpeg21:a0006 ''Bredasche Courant'' jrg. 55 nr. 61 (30 juli 1868)]; p. 2 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010164227:mpeg21:a0085 "Marine en leger" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 11415 (14 maart 1907)]; p. 6 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Hij was de kleinzoon van Pierre Frédéric Leyssius (1793-1846), onder andere [[luitenant-kolonel]] commandant van de mobiele [[schutterij (historisch)|schutterij]] te [[Utrecht (stad)|Utrecht]] die in 1842 in de [[Nederlandse adel]] werd verheven en de stamvader werd van het adellijke geslacht Leyssius. Hijzelf trouwde in 1874 met Henriette Alette van Haften (1848-1915) en zij kregen twee dochters van wie de oudste ongetrouwd in 1958 en de jongste al in 1877 overleed.
Drie jaar later werd hij bij [[Koninklijk_Besluit#Nederland|KB]] No. 35 van 28 juni 1871 overgeplaatst naar het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|KNIL]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010983995:mpeg21:a0020 "Benoemingen, enz." in: ''De Locomotief'' jrg. 20 nr. 212 (9 september 1871)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Hij vertrok met het zeilschip ''Triton'' half november uit [[Rotterdam]] en kwam in februari 1872 in [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] aan.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010984080:mpeg21:a0019 "Uit Nederland" in: ''De Locomotief'' jrg. 20 nr. 296 (18 december 1871)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010483842:mpeg21:a0033 "Aangekomen vreemdelingen in Batavia" in: ''Java-bode'' jrg. 21 nr. 53 (2 maart 1872)]; p. 5 kol. 4 ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:000017889:mpeg21:a0016 ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 641 (11 april 1872)]; p. 3 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Leijssius werd eerst bij het 4e bataljon en een jaar later bij het 5e bataljon infanterie geplaatst, binnen een maand gevolgd door een bevordering tot eerste luitenant.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010483845:mpeg21:a0034 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 21 nr. 56 (6 maart 1872)]; p. 4 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010486553:mpeg21:a0038 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 22 nr. 107 (7 mei 1873)]; p. 1 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010486614:mpeg21:a0023 "Uit de Javasche Courant van heden." in: ''Java-bode'' jrg. 22 nr. 126 (30 mei 1873)]; p. 3 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>


==Loopbaan==
== Inname van Gitjiel ==
Leyssius volgde de [[Koninklijke Militaire Academie]], werd op 30 juli 1868 benoemd tot [[tweede luitenant]] der [[infanterie]] en aangesteld bij het zesde [[regiment]]. Hij vertrok op 17 januari 1874 van [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] naar [[Atjeh]] met het [[stoomboot|stoomschip]] ''Vice-president Prins'', met de officieren [[Kapitein (rang)|kapiteins]] [[Petrus Paulus Hermannus van Ham|Van Ham]], Van der Swaagh, Perné, Van Son en Matheron en de [[eerste luitenant]]s Delphy, Vermeire, Bloys van Treslong en [[Hendrik Eduard Schoggers|Schoggers]] en troepen die dienen moesten om de gelederen aan te vullen (tijdens de [[Tweede Atjehexpeditie|tweede expeditie naar Atjeh]]). Hij werd per [[Koninklijk Besluit]] van 27 december 1875 nummer 9 benoemd tot ridder in de Militaire Willemsorde vierde klasse voor zijn verrichtingen te Atjeh in 1875. Deze verrichtingen betroffen met name de operaties tegen de kampongs Zuid-Setoe, Lambteboe en Gietjiel Oleiloe (2 mei 1875).
Emile Leijssius trouwde 19 januari 1874 in [[Yogyakarta|Djokjakarta]] met Henrietta Alette van Haften.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010297823:mpeg21:a0010 advertentie in: ''De Locomotief'' jrg. 23 nr. 20 (24 januari 1874)]; p. 4, kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Ze kregen op 15 februari 1875 een dochter die in [[Banyubiru (Semarang)|Banjoebiroe]] werd geboren.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010995748:mpeg21:a0030 advertentie in: ''De Locomotief'' jrg. 24 nr. 39 (16 februari 1875)]; p. 4, kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
De kersverse vader vertrok eind februari 1875 met een troepentransport op de ''[[stoomboot|ss]] Luitenant-Generaal Kroesen'' van [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] naar het [[Tweede Atjehexpeditie|strijdtoneel in Atjeh]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010484869:mpeg21:a0029 "Angek. en Vertr. Passagiers te Batavia." in: ''Java-bode'' jrg. 24 nr. 44 (22 februari 1875)]; p. 4 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Om een verdedigingslinie rondom het pas veroverde stukje Atjeh te voltooien was de inname en bezetting van de nabijgelegen dorpjes Zuid-Setoe, Lamteboe en Gitjiel-Oleijloe nodig. Dit hele gebied is opgegaan in de stadswijken van het huidige [[Banda Aceh]]. Tijdens deze operaties die culmineerden op 2 mei 1875 onderscheidde eerste luitenant Leijssius zich vooral bij de inname van Gitjiel.<ref>{{Aut|Hooyer, G.B.}} ''De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894'' Deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 152 e.v.</ref><ref>{{Aut|Paehlig, W.F.}} ''Eenige bladzijden uit de geschiedenis van den Atjeh-oorlog.'' (1876) L.A. Laureij, Nieuwediep; p. 25</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010164227:mpeg21:a0085 "Marine en leger" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 11415 (14 maart 1907)]; p. 6 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>


===Tweede expeditie naar Atjeh===
De oorlog ging hem niet in de koude kleren zitten, want diezelfde maand werd hij van het strijdtoneel overgeplaatst naar 2e bataljon in [[Fort Willem I (Nederlands-Indië)|fort Willem I]] op Java. In september werd hem een eerst één jaar verlof naar Nederland verleend en in november werd dat verlengd tot twee jaar "wegens ziekte".<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010485158:mpeg21:a0036 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 24 nr. 121 (26 mei 1875)]; p. 4 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010484973:mpeg21:a0029 "Javasche Courant." in: ''Java-bode'' jrg. 24 nr. 210 (7 september 1875)]; p. 4 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110534643:mpeg21:a0031 "Uit de Javasche Courant van heden." in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 18 nr. 261 (5 november 1875)]; p. 4 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
[[Bestand:Brug bij Anagaoeng.jpg||400px|thumb|left|Brug bij Anagaloeng, een van de Nederlandse posten]]
Samen met tientallen andere militairen kwam hij, vergezeld door vrouw en kind, aan het eind van die maand met de ''ss Prins van Oranje'' uit Batavia bij [[Den_Helder#Het_Nieuwe_Diep|Nieuwediep]] in Nederland aan.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010099197:mpeg21:a0015 "Vertrokken passagiers van Batavia." in: ''Algemeen Handelsblad'' nr. 13990 (27 november 1875)]; p. 2 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010062320:mpeg21:a0010 "Scheepstijdingen" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 1761 (30 november 1875)]; p. 3 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
[[Atjeh-oorlog: onder leiding van kolonel Pel|Gedurende 1875]]: de Nederlandse troepen bleven toen tot de avond in positie en brachten onder het vuur van de vijand een van die dagen door, die zowel door [[officier]]en als manschappen minder gewenst werden. Terwijl alle kans om zich te onderscheiden verdwenen was en de vijand goed gedekt van achter zijn [[Borstwering (verdedigingswerk)|borstweringen]] bleef doorvuren, trof dikwijls een kogel een van de officieren of [[soldaat|soldaten]]. Kapitein Sutherland werd die dag door een van die kogels getroffen, een zogenaamd schampschot tegen de ruggengraat, maar het kwam zo flink aan, dat hij een half uur later genoodzaakt werd het terrein te verlaten. [[Luitenant]] [[Antonius Gerardus Popelier|Popelier]] werd tegen 4 uur door een schot in de kaak buiten gevecht gesteld, terwijl hij bezig was de bevelen van de majoor voor de terugtocht op te tekenen. Een der [[Hoorn (muziekinstrument)|hoornblazers]] werd gevaarlijk gekwetst in de onmiddellijke nabijheid van die majoor, die weer gespaard bleef. Een 12-tal minderen werd gewond, waaronder sommigen gevaarlijk, anderen door schampschoten, bijvoorbeeld pijper tweede klasse Bavins, die bij menig gevecht steeds [[ordonnans]] van de kapitein geweest zijnde, zich als een dapper soldaat had doen kennen.


Van Mandarsa Poetie uit had men die dag tegen Lamlagang geageerd, aangezien door een aldaar recent opgeworpen [[Vesting (verdedigingswerk)|benting]] de transporten naar Lamarah veel te lijden hadden. [[Sergeant]] der [[marinier]]s van Beveren had hier met een gering aantal Europese en inlandse soldaten patrouilles gemaakt en was tot onder de [[face]]n van een  bezette benting doorgedrongen. Hij moest voor het hevige vuur terugtrekken naar de [[Kampong (nederzettingstype)|kampongrand]], maar bleef van daar in vuurgevecht met de vijand gewikkeld. Tegen vijf uur 's avonds werd de terugtocht aangevangen, die door de vijand van Lohong uit niet noemenswaard werd bemoeilijkt. De [[Mortier (wapen)|mortieren]] bleven met 75 man, onder kapitein Haaksma voorlopig in de nieuwe benting achter, terwijl [[luitenant-kolonel]] van Deutekom luitenant [[Joannes Benedictus van Heutsz|van Heutsz]] gelastte, zo nodig met 30 man te assisteren. De compagnie, onder kapitein Scheltus, dekte de terugtocht. Nauwelijks had kapitein Haaksma de benting bezet, of hij werd genoodzaakt Leijssius terug te sturen naar de zo even verlaten positie (met een [[Peloton (krijgsmacht)|peloton]] manschappen), om de vijand, die blijkbaar van mening was, dat de troepen de kampong verlieten, en zich dientengevolge in groten getale op de [[Rijstveld|sawah]] gewaagd had, terug te drijven. De vijand kreeg daardoor nog enige gewonden en keerde zo hard als hij lopen kon naar groot Lamarah terug.  
Op 27 december 1875 werd hij voor zijn verrichtingen in Atjeh bij KB No. 9 benoemd tot ridder 4e klas in de Militaire Willems-Orde.<ref>[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1875/12/27/leijssius-jonkheer-e-h-f ''Militaire Willems-Orde: Leijssius, jonkheer E.H.F.'' op website: defensie.nl]; ''geraadpleegd 2015-12-02''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110534747:mpeg21:a0025 "Officieele berichten" in: ''Bataviaasch Handelsblad''' (8 maart 1876)]; p. 3 kol. 4''geraadpleegd 2015-12-02''</ref>
Deze onderscheiding werd hem op zaterdag 19 februari 1876 bij de [[Parade (militair)|militaire parade]] ter gelegenheid van de verjaardag van [[Willem III der Nederlanden|koning Willem III]] uitgereikt door [[generaal]] [[Isaac Paul Delprat|Delprat]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010099923:mpeg21:a0038 "Vervolg der nieuwstijdingen." in: ''Algemeen Handelsblad'' nr. 14073 (20 februari 1876)]; p. 3 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>


===Expeditie naar Tenom===
== Stormloop op Lamkrak ==
[[Bestand:Anagaloeng.jpg||400px|thumb|right|Post te Anagaloeng]]
Tijdens zijn verlof werd Leijssius in maart 1877 voor de tweede keer vader, opnieuw van een dochter.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010060985:mpeg21:a0012 "Familie-Berichten." in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 2162 (20 maart 1877)]; p.2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Leyssius vertrok weer van Batavia naar Nederland op het stoomschip ''Prins van Oranje'' (gelijktijdig met [[majoor]] [[Johannes Jacobus Wilhelmus Eliza Verstege|Verstege]]) op 27 november 1875. Hij kreeg op de 59ste verjaardag van Z.M. [[Willem III der Nederlanden|de Koning]] (19 februari 1876) de Militaire Willems-Orde uitgereikt. Om 12 uur werd op [[Dam (Amsterdam)|de Dam]] door de troepen en een gedeelte van de [[Schutterij van Amsterdam|Schutterij]] met de stafmuziek een [[Parade (militair)|parade]] gehouden en werd de Militaire Willems-Orde vierde klasse door [[generaal]] [[Isaac Paul Delprat|Delprat]] uitgereikt aan Leyssius; na de uitreiking defileerden de troepen voor de gedecoreerde.<ref>Het Nieuws van de Dag (21-02-1876)</ref> Op 9 juni 1877 vertrok hij over [[Utrecht (stad)|Utrecht]] en [[Den Haag]] naar [[Den Helder|Nieuwediep]] met een detachement van 125 man en 8 onderofficieren om per ''Conrad'' naar [[Java (eiland)|Java]] te vertrekken, onder bevel van kapitein van het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|Nederlands-Indische leger]] [[Adamus Sebastianus Henricus Booms|Booms]]; andere begeleiders waren eerste luitenants P.J. Schipperhein en C. Lem en tweede luitenant J.A. Grevers; Booms en Leyssius keerden terug van verlof in Nederland. Leyssius keerde terug naar Atjeh en werd in 1884 voor zijn verrichtingen tijdens de [[Atjeh-oorlog: voortzetting van de afwachtende politiek|expeditie naar Tenom (Atjeh)]] op 7 en 8 januari 1884 begiftigd met de Eresabel (Koninklijk Besluit van 27 januari 1884 nummer 18); Leyssius was toen kapitein.
Nog geen 3 maanden later, op 9 juni, ging het hele gezin met een troepentransport in Nieuwediep al weer scheep op de ''ss Conrad'' die op 19 juli in Batavia aankwam.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010061047:mpeg21:a0018 "Vervolg der Nieuwstijdingen" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 2215 (24 mei 1877)]; p. 3 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010556487:mpeg21:a0031 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 26 nr. 167 (20 juli 1877)]; p. 4 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Daar overleed op 31 juli ''"na een allerhevigst lijden, onze jongste lieveling, in den nog zoo jeugdigen leeftijd van 4½ maand"''.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010556497:mpeg21:a0025 "Advertentien." in: ''Java-bode'' jrg. 26 nr. 177 (1 augustus 1877)]; p. 1 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Leijssius werd eerst geplaatst bij het 7e bataljon en vertrok met vrouw en eerste dochter al op 6 augustus weer met de ''ss Baron Bentinck'' naar [[Semarang (stad)|Semarang]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010556509:mpeg21:a0040 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 26 nr. 189 (15 augustus 1877)]; p. 6 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535178:mpeg21:a0027 "Vertrokken passagiers" in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 20 nr. 182 (6 augustus 1877)]; p. 4 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Na enkele overplaatsingen naar achtereenvolgens het strafdetachement in [[Klaten (Klaten Tengah)|Klatten]] en het 1e bataljon werd hij uiteindelijk geplaatst bij de 1e compagnie van het 5e bataljon. Met dat onderdeel vertrok hij in juli 1878 van Semarang naar Atjeh op het ''ss Willem III''.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535326:mpeg21:a0043 "Departement van Oorlog." in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 21 nr. 25 (30 januari 1878)]; p. 5 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535455:mpeg21:a0029 "Samarang" in: ''Bataviaasch Handelsblad'' jrg. 21 nr. 154 (4 juli 1878)]; p. 5 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04'' </ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535477:mpeg21:a0046 "Officiele Berichten." in: ''Bataviaasch Handelsblad'' jrg. 21 nr. 177 (31 juli 1878)]; p. 6 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Samen met twee collega's plaatste hij een afscheidsadvertentie in het plaatselijke dagblad.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010289276:mpeg21:a0044 "Advertentie" in: ''De Locomotief'' jrg. 27 nr. 155 (7 juli 1878)]; p. 3 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>


Op 7 januari 1884 landden de troepen te Tenom en de volgende dag was de gedei, na een hevig gevecht, stormenderhand genomen. Padang-kling, dat buitengewoon versterkt was, werd van twee kanten aangevallen, genomen en verbrand. Simpang-Olim, de verblijfplaats van de [[Radja (titel)|radja]], werd ingenomen en Tenom getuchtig, waarna de troepen naar [[Banda Atjeh|Kota Radja]] terugkeerden. Leyssius onderscheidde zich bijzonder, terwijl hij de [[Colonne (slagorde)|stormcolonne]] aanvoerde; luitenant Graaf Schimmelpenninck was de eerste bij de bestorming en het nemen van de [[loopgraaf|loopgraven]] en de gedei; hij werd gewond door twee lichte [[klewang]]houwen. De [[Ambon (eiland)|Ambonese]] [[fuselier]] Patty was de voorste die de gewonde luitenant beschermde. [[Majoor|Luitenant ter zee eerste klasse]] Prager nam stormenderhand een door de vijand bezette versterking en [[matroos]] eerste klasse Barent redde met levensgevaar, onder een hevig vuur, het leven van een onderofficier. Luitenant Snijder en twee mindere militairen sneuvelden, twee werden vermist en vier minderen, waarvan drie van de [[Marine (strijdmacht)|marine]], raakten gewond. De radja trok met de gevangenen van de ''Nisero'' landinwaarts. Leyssius nam later nog deel aan diverse andere expedities en werd bevorderd tot luitenant-kolonel; in deze rang ging hij in 1896 eervol met pensioen, vestigde zich te Ginneken, bij [[Breda (stad)|Breda]], en overleed in 1907.  
Bij een strafexpeditie tegen Lamkrak op 5 augustus raakte Leijssius gewond bij de stormaanval waarmee dat plaatsje werd ingenomen.<ref>{{Aut|Kielstra, E.B.}} ''Beschrijving van den Atjeh-oorlog.'' deel 3 (1885) De gebroeders Van Cleef, 's-Gravenhage; p. 285</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010484611:mpeg21:a0048 "Verslag Atjeh." in: ''Java-bode'' jrg. 27 nr. 204 (31 augustus 1878)]; p. 7 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
In februari 1879 werd hij geëvacueerd naar [[Magelang (stad)|Magelang]] op Java en bij het 4e bataljon in die plaats gevoegd.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535772:mpeg21:a0045 "Militair Departement." in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 22 nr. 16 (20 januari 1879)]; p. 5 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011085172:mpeg21:a0008 "Nederlandsch-Indie." in: ''Soerabaijasch Handelsblad'' jrg. 27 nr. 40 (17 februari 1879)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535772:mpeg21:a0045 "Militair Departement." in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 22 nr. 16 (20 januari 1879)]; p. 5 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Op 13 juni van dat jaar werd hij bevorderd tot [[Kapitein (rang)|kapitein]], twee weken later volgde een overplaatsing naar het 1e bataljon in Banjoebiroe en in februari 1880 weer een, naar het strafdetachement te [[Ngawi (plaats)|Ngawie]]<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110535772:mpeg21:a0045 "Militair Departement." in: ''Bataviaasch handelsblad'' jrg. 22 nr. 137 (14 juni 1879)]; p. 8 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010101180:mpeg21:p003 "Militair Departement." in: ''Algemeen Handelsblad'' nr. 15325 (17 augustus 1879)]; p. 3 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010488099:mpeg21:a0023 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 28 nr. 153 (3 juli 1879)]; p. 4 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011085490:mpeg21:a0009 "Departement van Oorlog." in: ''Soerabaijasch Handelsblad'' jrg. 28 nr. 46 (25 februari 1880)]; p. 2 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>


== Expeditie tegen Teunom ==
Met een vijftal andere officieren in dezelfde omgeving werd jonkheer Leijssen in juni 1883 weer naar Atjeh gehaald.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010984425:mpeg21:a0011 "Nederlandsch-Indie" in: ''De Locomotief'' jrg. 32 nr. 134 (11 juni 1883)]; p. 2 kol. 6; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Hun vertrek uit de haven van Semarang met toespraken en een muziekkorps trok heel wat belangstelling, ondanks de gelijktijdige uitvaart van de [[Regent (bestuurder)|regent]] van Semarang.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010984427:mpeg21:p003 "Nederlandsch-Indie" in: ''De Locomotief'' jrg. 32 nr. 136 (13 juni 1883)]; p. 3 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
Na de stranding van het Engelse schip de Nisero op 8 november 1883 gijzelde de "radja van Tenom", de heerser over het huidige [[Teunom]], de bemanning van dit schip om hier financieel en politiek voordeel mee te behalen. Kapitein Leijssius nam deel aan de militaire operatie die van 4 tot 16 januari 1884 tegen deze heerser werd uitgevoerd en die uiteindelijk meer het karakter van strafexpeditie dan een reddingsoperatie had.<ref>{{Aut|Veer, P. van 't}} ''De Atjeh-oorlog'' (1969) De Arbeiderspers, Amsterdam; p. 148 e.v</ref><ref>{{Aut|Hooyer, G.B.}} ''De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894'' deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 464 e.v.</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010291181:mpeg21:a0008 {{Aut|Javasche Courant}} geciteerd in: ''De Locomotief'' jrg. 33 nr. 71 (21 maart 1884)] p. 2 kol. 3</ref>
Bij de landing op 7 januari leidde Leijssius een compagnie die de bosrand bezette en dekking gaf aan het oprukken van de overige troepen.<ref>{{Aut|Hooyer, G.B.}} ''De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894'' deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 466</ref>
De volgende dag wist hij met zijn colonne een omtrekkende beweging uit te voeren, waardoor na een kort maar fel gevecht de marktplaats van Teunom nog dezelfde dag kon worden ingenomen.<ref>{{Aut|Hooyer, G.B.}} ''De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894'' deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 467, 468</ref>
Op 27 januari 1884 werd Leijssius bij KB No. 18 de eresabel toegekend, met een eervolle vermelding.<ref>[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1884/01/27/leijssius-jonkheer-e-h-f ''Eresabel: Leijssius, jonkheer E.H.F.'' op website: defensie.nl]; geraadpleegd 2015-12-02''</ref><ref>[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1884/01/27/leijssius-jonkheer-e-h-f-0 ''Eervolle Vermelding: Leijssius, jonkheer E.H.F.'' op website: defensie.nl]; geraadpleegd 2015-12-02''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010084421:mpeg21:a0005 "Binnenlandsch Nieuws" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 4278 (30 januari 1884)]; p. 1 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Op 11 maart van dat jaar openden Atjehse strijders zowel in Tjot Goë als Ketapan Doea het vuur op troepen van het KNIL en Chinese wegwerkers. Hun doel was vermoedelijk het verhinderen van het transport tussen de versterkingen van het KNIL in die twee plaatsen. Een colonne onder aanvoering van Leijssen spoorde een strijdgroep van ongeveer 50 man bij de bron van de Kroeng Daroe op en wist die te verjagen.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010291187:mpeg21:p003 "Nederlandsch-Indie" in: ''De Locomotief'' jrg. 33 nr. 77 (28 maart 1884)]; p. 3 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
In oktober was er weer een overplaatsing terug naar Java, nu naar het 1e bataljon in [[Surakarta (stad)|Soerakarta]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010507924:mpeg21:a0039 "Departement van Oorlog." in: ''Java-bode'' jrg. 33 nr. 250 (22 oktober 1884)]; p. 5 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Op weg daarheen bracht de ''ss Camorta'' Leijssius van Atjeh over Batavia naar Semarang.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010507915:mpeg21:a0032 "Passagiers-berichten." in: ''Java-bode'' jrg. 33 nr. 242 (13 oktober 1884)]; p. 4 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010984687:mpeg21:a0018 "Telegrammen." in: ''De Locomotief'' jrg. 33 nr. 245 (13 oktober 1884)]; p. 3 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
== Militair commandant ==
In september 1886 maakte hij, nu met vrouw en kind, een deel van deze reis weer in omgekeerde richting met de ''ss Sindoro'' en ''ss Compta'', omdat kapitein Leijssius 11 september tot militair commandant van [[Riau|Riouw]] was benoemd.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010506092:mpeg21:a0048 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 35 nr. 213 (11 september 1886)]; p. 7 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010506102:mpeg21:a0036 "Aangekomen Passagiers te Batavia." in: ''Java-bode'' jrg. 35 nr. 223 (24 september 1886)]; p. 4 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110616885:mpeg21:p003 "Vertrokken Passagiers" in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 1 nr. 249 (27 september 1886)]; p. 3 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Ter ere van zijn afscheid organiseerde de [[Resident (bestuurder)|resident]] van Soerakarta een afscheidsfeest.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110616879:mpeg21:a0025 {{Aut|De Locomotief}} geciteerd in "Uit de pers.": ''Bataviaasch Nieuwsblad'' jrg. 1 nr. 243 (20 september 1886)]; p. 3 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Ook toen hij van daar in juli 1890 weer werd overgeplaatst naar het garnizoensbataljon van de Zuider- en Oosterafdeling van [[Borneo]] in [[Banjarmasin|Bandjermassin]], bleek dat Leijssius een geliefde persoonlijkheid was. Een kranten schreef ''"Zelden wist een officier door zijn rechtschapenheid, strengheid en collegialiteit zich meer bemind temaken dan deze kapitein."''.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010506409:mpeg21:a0006 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 39 nr. 172 (29 juli 1890)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110614781:mpeg21:a0032 "Nederlandsch Indië." in: ''Bataviaasch Handelsblad'' jrg. 32 nr. 270 (22 november 1889)]; p. 3 kol. 4''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Aan die overplaatsing ging een bevordering tot [[majoor]] vooraf, zodat hij voortaan tot de [[hoofdofficier]]en behoorde.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010506546:mpeg21:a0005 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 39 nr. 162 (17 juli 1890)]; p. 2 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Rond die tijd lijkt [[Willem III der Nederlanden|koning Willem III]] het plan gehad te hebben om de band met het KNIL te versterken door jonkheer Leyssius als zijn persoonlijk adjudant aan te stellen. Doordat de koning later dat jaar overleed, kwam het daar niet van.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010506457:mpeg21:a0008 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 39 nr. 217 (22 september 1890)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010292964:mpeg21:a0031 "Semarang. 13 October." in: ''De Locomotief'' jrg. 39 nr. 238 (13 oktober 1890)]; p. 2 kol. 6; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294477:mpeg21:a0005 "Nederlandsch-Indie." in: ''De Locomotief'' jrg. 45 nr. 288 (7 december 1896)]; p. 2 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
Binnen twee jaar volgde in april 1892 wel een bevordering tot [[luitenant-kolonel]] en benoeming tot plaatselijk commandant in Samarang, een post die bijna twee maanden vacant was gebleven.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010504896:mpeg21:p002 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 41 nr. 83 (9 april 1892)]; p. 2 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010504906:mpeg21:p002 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 41 nr. 93 (23 april 1892)]; p. 2 kol. 1; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010293408:mpeg21:a0001 "Indische Kroniek." in: ''De Locomotief'' jrg. 41 nr. 89 (16 april 1892)]; p. 1 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Maar hij werkte daar niet lang: in augustus van hetzelfde jaar kreeg hij wegens ziekte verlof om twee jaar naar Europa te gaan.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010293451:mpeg21:a0061 "Advertentie" in: ''De Locomotief'' jrg. 41 nr. 140 (20 juni 1892)]; p. 4 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010504690:mpeg21:a0019 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 41 nr. 179 (6 augustus 1892)]; p. 2 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
De ''ss Merapi'' bracht het echtpaar Leijssius van Semarang naar Nederland.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010293497:mpeg21:a0035 "Scheepsberichten" in: ''De Locomotief'' jrg. 41 nr. 186 (12 augustus 1892)]; p. 3 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Het bleek nodig het verlof nog met een half jaar te verlengen, maar met het  troepentransport dat 10 november 1894 op diezelfde ''ss Merapi'' uit Rotterdam vertrok keerden ze met hun dochter naar Indië terug. Wel maakten ze gebruik van de mogelijkheid om in [[Marseille]] in te stappen: zo kon een deel van de ongemakkelijke zeereis door een kortere treinreis worden vervangen.
<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010591887:mpeg21:a0005 "Leger en Marine." in: ''Leeuwarder Courant'' (7 april 1894)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496986:mpeg21:a0012 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 43 nr. 265 (16 november 1894)]; p. 1 kol. 4; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110619155:mpeg21:a0032 "Passagiers." in: ''Bataviaasch Nieuwsblad'' jrg. 10 nr. 8 (10 december 1894)]; p. 6 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Direct bij aankomst in Batavia werd Leijssius geplaatst in [[Ampenan]] op [[Lombok (eiland)|Lombok]], waar op dat moment een grote expeditie van het KNIL net haar doel had bereikt. Hij was als commandant van het 2e bataljon de opvolger van de bekende generaal [[Lammert Swart]], die zelf als militair commandant op Lombok bleef, terwijl de meeste troepen naar hun kazernes terugkeerden.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010497110:mpeg21:p002 "Militair Departement." en "Scheepsberichten" in: ''Java-bode'' jrg. 43 nr. 292 (18 december 1894)]; p. 2 kol. 1 en 4; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010293901:mpeg21:a0008 "Semarang, 5 Januari." in: ''De Locomotief'' jrg. 44 nr. 4 (5 januari 1895)]; p. 2 kol. 6; ''geraadpleegd 2015-12-04''</ref>
Zijn laatste functie liet niet lang op zich wachten: 9 juli 1895 werd hij plaatselijk commandant van Batavia.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496746:mpeg21:a0017 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 44 nr. 156 (9 juli 1895)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
Lichamelijk zat het hem niet mee. In het najaar viel hij ongelukkig van zijn paard en kreeg drie maanden ziekteverlof naar [[Bandung|Bandoeng]] en [[Garut|Garoet]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010294112:mpeg21:a0025 "Telegrammen" in: ''De Locomotief'' jrg. 44 nr. 230 (30 september 1895)]; p. 3 kol. 5; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496812:mpeg21:a0029 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 44 nr. 225 (30 september 1895)]; p. 5 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496851:mpeg21:a0030 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 44 nr. 268 (20 november 1895)]; p. 2 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496407:mpeg21:a0025 "Nederlandsch-Indië." in: ''Java-bode'' jrg. 45 nr. 7 (9 januari 1896)]; p. 5 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
In maart waren er al berichten dat Leijssius in augustus met pensioen zou gaan en inderdaad werd hij per 2 september 1896 op zijn verzoek eervol uit militaire dienst ontslagen.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011031329:mpeg21:a0002 "Nederlandsch Indië." in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 11 nr. 75 (2 maart 1886)]; p. 1 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref><ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010496578:mpeg21:a0035 "Militair Departement." in: ''Java-bode'' jrg. 45 nr. 201 (29 augustus 1896)]; p. 6 kol. 3 (zie ook advertentie in kol. 4); ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
In zijn loopbaan verwierf Leijssius behalve de al genoemde Militaire-Willemsorde en de Eresabel ook het [[Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven]], de [[Atjeh-medaille 1873-1874|Atjehmedaille]] en de [[Onderscheidingsteken voor Langdurige Dienst als officier|onderscheiding voor 25 jaar dienst als officier]].<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010164227:mpeg21:a0085 "Marine en leger" in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 11415 (14 maart 1907)]; p. 6 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-03''</ref>
== Laatste jaren ==
Vergezeld door vrouw en dochter ging Leijssius met de ''ss Koningin Regentes'' op 12 november 1902 voorgoed terug naar Europa.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011033421:mpeg21:a0011 "Scheepsberichten." in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 17 nr. 286 (11 november 1902)]; p. 2 kol. 3; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
Zij ontscheepten 5 december in [[Genua (stad)|Genua]] en gingen over land naar Nederland.<ref>[http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010129708:mpeg21:a0092 "Passagierslijst." in: ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' nr. 10099 (10 december 1902)]; p. 7 kol. 2; ''geraadpleegd 2015-12-05''</ref>
Leijssius vestigde zich te Ginneken, bij [[Breda (stad)|Breda]] waar hij vrijdag 8 maart 1907 op 57-jarige leeftijd overleed.<ref>[http://stadsarchief.breda.nl/collecties/genealogie/weergave/akte/layout/default/id/94099a9f-286c-c01b-87e4-70ed5932f11c ''overlijdensregister'' op website: stadsarchief.breda.nl]; ''geraadpleegd 2015-12-02''</ref>
== Schrijfwijze van de naam ==
Volgens de Nederlandse Familienamenbank kwamen [http://www.meertens.knaw.nl/nfb/detail_naam.php?gba_naam=Leijssius&nfd_naam=Leijssius+%28y%29&info=aantal+en+verspreiding&operator=bw&taal= in 2007] de schrijfwijzen Leijssius (7) en Leyssius (6) beide voor. Op deze site wordt ook uitgelegd waarom [http://www.meertens.knaw.nl/nfb/detail_naam.php?info=component&component=ij-y&nfd_naam=Leijssius%20%28y%29&gba_lcnaam=&operator=bw&taal=|het verschil ij/y] minder duidelijk is naar gelang je verder terug gaat in de tijd. Emile Leijssius heeft zelf geen nazaten meer. In de door mij geraadpleegde gedrukte bronnen over hem komt de schrijfwijze Leijssius duidelijk (ik schat: twee keer) vaker voor dan Leyssius. Doorslaggevend waren voor mij de door of namens hem geplaatste advertenties waarin zijn naam in hoofdletters werd geschreven: hier kwam ik ''altijd'' een spelling met IJ en niet met Y tegen. Dit lijkt zelfs op te gaan voor zijn vader.
{{Link portaal|KNIL}}
{{Link portaal|KNIL}}
{{Appendix|2=
 
{{References}}
{{Bron|bronvermelding= {{References}} {{Wikidata|Q5217739}}}}
*1876. Het Nieuws van de Dag. (06-01-1876)
 
*1876. W.F. Paehlig. ''Uit de geschiedenis van de Atjeh-oorlog.'' L.A. Laureij. Nieuwediep.
{{DEFAULTSORT:Leijssius, Emile Henri Florent}}
*1884. Het Nieuws van de Dag. (25-01-1884)
*1893. P.H.K. van Schendel. ''De Militaire Willemsorde.'' J.M. Roldanus Cz. Edam
*1940. [[George Carl Emil Köffler|G.C.E. Köffler]]. ''De Militaire Willemsorde 1815-1940''. Algemene Landsdrukkerij. Den Haag.
*1998. ''[[Nederland's Adelsboek]]'' 87 (1998), p. 267.
*[http://www.atchin.nl/Atchin/Home.html Informatie over Atjeh-officieren]}}
<!-- Delen zijn letterlijk overgeschreven uit o.a. de Sumatra-courant d.d. 5 april 1876, zonder bronvermelding. De lezer die denkt een hedendaags objectief encyclopedisch artikel te lezen leest feitelijk een gekleurd verslag uit een 19e eeuwse krant. Ook zijn delen letterlijk overgeschreven uit ''Het Nieuws van den Dag: kleine courant'' (niet te verwarren met ''Het Nieuws van den Dag") -->
{{DEFAULTSORT:Leyssius, Emile}}
[[Categorie:Militair in het KNIL]]
[[Categorie:Militair in het KNIL]]
[[Categorie:Persoon in de Atjeh-oorlog]]
[[Categorie:Persoon in de Atjeh-oorlog]]
Regel 38: Regel 85:
[[Categorie:Eresabel]]
[[Categorie:Eresabel]]
[[Categorie:Nederlandse adel]]
[[Categorie:Nederlandse adel]]
[[Categorie:Geboren in 1949]]
[[Categorie:Overleden in 1907]]

Huidige versie van 3 aug 2018 om 20:35

Media:Voorbeeld.oggJonkheer Emile Henri Florent Leijssius (Batavia, 13 augustus 1849 - Ginneken, 8 maart 1907) was een Nederlands luitenant-kolonel, ridder in de Militaire Willems-Orde en bezitter van de Eresabel die zijn voornaamste krijgsdaden verrichtte in de Atjehoorlog.

Afkomst en jeugd

Jonkheer Emile Leijssius was de zoon van Florent Emile Leijssius en Henrietta Theodora Wilhelmina de Jongh.[1]

In 1864 werd Leijssius, nog geen 15 jaar oud, toegelaten tot de infanterieopleiding van de KMA. Na die opleiding werd hij 22 juli 1868 benoemd tot tweede luitenant bij het 6e regiment infanterie te Bergen op Zoom.[2][3][4] Drie jaar later werd hij bij KB No. 35 van 28 juni 1871 overgeplaatst naar het KNIL.[5] Hij vertrok met het zeilschip Triton half november uit Rotterdam en kwam in februari 1872 in Batavia aan.[6][7][8] Leijssius werd eerst bij het 4e bataljon en een jaar later bij het 5e bataljon infanterie geplaatst, binnen een maand gevolgd door een bevordering tot eerste luitenant.[9][10][11]

Inname van Gitjiel

Emile Leijssius trouwde 19 januari 1874 in Djokjakarta met Henrietta Alette van Haften.[12] Ze kregen op 15 februari 1875 een dochter die in Banjoebiroe werd geboren.[13] De kersverse vader vertrok eind februari 1875 met een troepentransport op de ss Luitenant-Generaal Kroesen van Batavia naar het strijdtoneel in Atjeh.[14] Om een verdedigingslinie rondom het pas veroverde stukje Atjeh te voltooien was de inname en bezetting van de nabijgelegen dorpjes Zuid-Setoe, Lamteboe en Gitjiel-Oleijloe nodig. Dit hele gebied is opgegaan in de stadswijken van het huidige Banda Aceh. Tijdens deze operaties die culmineerden op 2 mei 1875 onderscheidde eerste luitenant Leijssius zich vooral bij de inname van Gitjiel.[15][16][17]

De oorlog ging hem niet in de koude kleren zitten, want diezelfde maand werd hij van het strijdtoneel overgeplaatst naar 2e bataljon in fort Willem I op Java. In september werd hem een eerst één jaar verlof naar Nederland verleend en in november werd dat verlengd tot twee jaar "wegens ziekte".[18][19][20] Samen met tientallen andere militairen kwam hij, vergezeld door vrouw en kind, aan het eind van die maand met de ss Prins van Oranje uit Batavia bij Nieuwediep in Nederland aan.[21][22]

Op 27 december 1875 werd hij voor zijn verrichtingen in Atjeh bij KB No. 9 benoemd tot ridder 4e klas in de Militaire Willems-Orde.[23][24] Deze onderscheiding werd hem op zaterdag 19 februari 1876 bij de militaire parade ter gelegenheid van de verjaardag van koning Willem III uitgereikt door generaal Delprat.[25]

Stormloop op Lamkrak

Tijdens zijn verlof werd Leijssius in maart 1877 voor de tweede keer vader, opnieuw van een dochter.[26] Nog geen 3 maanden later, op 9 juni, ging het hele gezin met een troepentransport in Nieuwediep al weer scheep op de ss Conrad die op 19 juli in Batavia aankwam.[27][28] Daar overleed op 31 juli "na een allerhevigst lijden, onze jongste lieveling, in den nog zoo jeugdigen leeftijd van 4½ maand".[29] Leijssius werd eerst geplaatst bij het 7e bataljon en vertrok met vrouw en eerste dochter al op 6 augustus weer met de ss Baron Bentinck naar Semarang.[30][31] Na enkele overplaatsingen naar achtereenvolgens het strafdetachement in Klatten en het 1e bataljon werd hij uiteindelijk geplaatst bij de 1e compagnie van het 5e bataljon. Met dat onderdeel vertrok hij in juli 1878 van Semarang naar Atjeh op het ss Willem III.[32][33][34] Samen met twee collega's plaatste hij een afscheidsadvertentie in het plaatselijke dagblad.[35]

Bij een strafexpeditie tegen Lamkrak op 5 augustus raakte Leijssius gewond bij de stormaanval waarmee dat plaatsje werd ingenomen.[36][37] In februari 1879 werd hij geëvacueerd naar Magelang op Java en bij het 4e bataljon in die plaats gevoegd.[38][39][40] Op 13 juni van dat jaar werd hij bevorderd tot kapitein, twee weken later volgde een overplaatsing naar het 1e bataljon in Banjoebiroe en in februari 1880 weer een, naar het strafdetachement te Ngawie[41][42][43][44]

Expeditie tegen Teunom

Met een vijftal andere officieren in dezelfde omgeving werd jonkheer Leijssen in juni 1883 weer naar Atjeh gehaald.[45] Hun vertrek uit de haven van Semarang met toespraken en een muziekkorps trok heel wat belangstelling, ondanks de gelijktijdige uitvaart van de regent van Semarang.[46]

Na de stranding van het Engelse schip de Nisero op 8 november 1883 gijzelde de "radja van Tenom", de heerser over het huidige Teunom, de bemanning van dit schip om hier financieel en politiek voordeel mee te behalen. Kapitein Leijssius nam deel aan de militaire operatie die van 4 tot 16 januari 1884 tegen deze heerser werd uitgevoerd en die uiteindelijk meer het karakter van strafexpeditie dan een reddingsoperatie had.[47][48][49]

Bij de landing op 7 januari leidde Leijssius een compagnie die de bosrand bezette en dekking gaf aan het oprukken van de overige troepen.[50] De volgende dag wist hij met zijn colonne een omtrekkende beweging uit te voeren, waardoor na een kort maar fel gevecht de marktplaats van Teunom nog dezelfde dag kon worden ingenomen.[51]

Op 27 januari 1884 werd Leijssius bij KB No. 18 de eresabel toegekend, met een eervolle vermelding.[52][53][54]

Op 11 maart van dat jaar openden Atjehse strijders zowel in Tjot Goë als Ketapan Doea het vuur op troepen van het KNIL en Chinese wegwerkers. Hun doel was vermoedelijk het verhinderen van het transport tussen de versterkingen van het KNIL in die twee plaatsen. Een colonne onder aanvoering van Leijssen spoorde een strijdgroep van ongeveer 50 man bij de bron van de Kroeng Daroe op en wist die te verjagen.[55]

In oktober was er weer een overplaatsing terug naar Java, nu naar het 1e bataljon in Soerakarta.[56] Op weg daarheen bracht de ss Camorta Leijssius van Atjeh over Batavia naar Semarang.[57][58]

Militair commandant

In september 1886 maakte hij, nu met vrouw en kind, een deel van deze reis weer in omgekeerde richting met de ss Sindoro en ss Compta, omdat kapitein Leijssius 11 september tot militair commandant van Riouw was benoemd.[59][60][61] Ter ere van zijn afscheid organiseerde de resident van Soerakarta een afscheidsfeest.[62] Ook toen hij van daar in juli 1890 weer werd overgeplaatst naar het garnizoensbataljon van de Zuider- en Oosterafdeling van Borneo in Bandjermassin, bleek dat Leijssius een geliefde persoonlijkheid was. Een kranten schreef "Zelden wist een officier door zijn rechtschapenheid, strengheid en collegialiteit zich meer bemind temaken dan deze kapitein.".[63][64] Aan die overplaatsing ging een bevordering tot majoor vooraf, zodat hij voortaan tot de hoofdofficieren behoorde.[65]

Rond die tijd lijkt koning Willem III het plan gehad te hebben om de band met het KNIL te versterken door jonkheer Leyssius als zijn persoonlijk adjudant aan te stellen. Doordat de koning later dat jaar overleed, kwam het daar niet van.[66][67][68] Binnen twee jaar volgde in april 1892 wel een bevordering tot luitenant-kolonel en benoeming tot plaatselijk commandant in Samarang, een post die bijna twee maanden vacant was gebleven.[69][70][71] Maar hij werkte daar niet lang: in augustus van hetzelfde jaar kreeg hij wegens ziekte verlof om twee jaar naar Europa te gaan.[72][73] De ss Merapi bracht het echtpaar Leijssius van Semarang naar Nederland.[74] Het bleek nodig het verlof nog met een half jaar te verlengen, maar met het troepentransport dat 10 november 1894 op diezelfde ss Merapi uit Rotterdam vertrok keerden ze met hun dochter naar Indië terug. Wel maakten ze gebruik van de mogelijkheid om in Marseille in te stappen: zo kon een deel van de ongemakkelijke zeereis door een kortere treinreis worden vervangen. [75][76][77]

Direct bij aankomst in Batavia werd Leijssius geplaatst in Ampenan op Lombok, waar op dat moment een grote expeditie van het KNIL net haar doel had bereikt. Hij was als commandant van het 2e bataljon de opvolger van de bekende generaal Lammert Swart, die zelf als militair commandant op Lombok bleef, terwijl de meeste troepen naar hun kazernes terugkeerden.[78][79] Zijn laatste functie liet niet lang op zich wachten: 9 juli 1895 werd hij plaatselijk commandant van Batavia.[80] Lichamelijk zat het hem niet mee. In het najaar viel hij ongelukkig van zijn paard en kreeg drie maanden ziekteverlof naar Bandoeng en Garoet.[81][82][83][84] In maart waren er al berichten dat Leijssius in augustus met pensioen zou gaan en inderdaad werd hij per 2 september 1896 op zijn verzoek eervol uit militaire dienst ontslagen.[85][86]

In zijn loopbaan verwierf Leijssius behalve de al genoemde Militaire-Willemsorde en de Eresabel ook het Ereteken voor Belangrijke Krijgsbedrijven, de Atjehmedaille en de onderscheiding voor 25 jaar dienst als officier.[87]

Laatste jaren

Vergezeld door vrouw en dochter ging Leijssius met de ss Koningin Regentes op 12 november 1902 voorgoed terug naar Europa.[88] Zij ontscheepten 5 december in Genua en gingen over land naar Nederland.[89] Leijssius vestigde zich te Ginneken, bij Breda waar hij vrijdag 8 maart 1907 op 57-jarige leeftijd overleed.[90]

Schrijfwijze van de naam

Volgens de Nederlandse Familienamenbank kwamen in 2007 de schrijfwijzen Leijssius (7) en Leyssius (6) beide voor. Op deze site wordt ook uitgelegd waarom verschil ij/y minder duidelijk is naar gelang je verder terug gaat in de tijd. Emile Leijssius heeft zelf geen nazaten meer. In de door mij geraadpleegde gedrukte bronnen over hem komt de schrijfwijze Leijssius duidelijk (ik schat: twee keer) vaker voor dan Leyssius. Doorslaggevend waren voor mij de door of namens hem geplaatste advertenties waarin zijn naam in hoofdletters werd geschreven: hier kwam ik altijd een spelling met IJ en niet met Y tegen. Dit lijkt zelfs op te gaan voor zijn vader.

Portaal KNIL

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

  1. º overlijdensregister op website: stadsarchief.breda.nl; geraadpleegd 2015-12-02
  2. º "Binnenlandsche Nieuwstijdingen" in: Provinciale Overijsselsche en Zwolsche courant jrg. 84 nr. 84 (13 juli 1864); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  3. º Bredasche Courant jrg. 55 nr. 61 (30 juli 1868); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-03
  4. º "Marine en leger" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 11415 (14 maart 1907); p. 6 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  5. º "Benoemingen, enz." in: De Locomotief jrg. 20 nr. 212 (9 september 1871); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  6. º "Uit Nederland" in: De Locomotief jrg. 20 nr. 296 (18 december 1871); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  7. º "Aangekomen vreemdelingen in Batavia" in: Java-bode jrg. 21 nr. 53 (2 maart 1872); p. 5 kol. 4 geraadpleegd 2015-12-03
  8. º Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 641 (11 april 1872); p. 3 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  9. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 21 nr. 56 (6 maart 1872); p. 4 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  10. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 22 nr. 107 (7 mei 1873); p. 1 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  11. º "Uit de Javasche Courant van heden." in: Java-bode jrg. 22 nr. 126 (30 mei 1873); p. 3 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  12. º advertentie in: De Locomotief jrg. 23 nr. 20 (24 januari 1874); p. 4, kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  13. º advertentie in: De Locomotief jrg. 24 nr. 39 (16 februari 1875); p. 4, kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  14. º "Angek. en Vertr. Passagiers te Batavia." in: Java-bode jrg. 24 nr. 44 (22 februari 1875); p. 4 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  15. º Hooyer, G.B. De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894 Deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 152 e.v.
  16. º Paehlig, W.F. Eenige bladzijden uit de geschiedenis van den Atjeh-oorlog. (1876) L.A. Laureij, Nieuwediep; p. 25
  17. º "Marine en leger" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 11415 (14 maart 1907); p. 6 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  18. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 24 nr. 121 (26 mei 1875); p. 4 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  19. º "Javasche Courant." in: Java-bode jrg. 24 nr. 210 (7 september 1875); p. 4 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  20. º "Uit de Javasche Courant van heden." in: Bataviaasch handelsblad jrg. 18 nr. 261 (5 november 1875); p. 4 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  21. º "Vertrokken passagiers van Batavia." in: Algemeen Handelsblad nr. 13990 (27 november 1875); p. 2 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  22. º "Scheepstijdingen" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 1761 (30 november 1875); p. 3 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-03
  23. º Militaire Willems-Orde: Leijssius, jonkheer E.H.F. op website: defensie.nl; geraadpleegd 2015-12-02
  24. º "Officieele berichten" in: Bataviaasch Handelsblad' (8 maart 1876); p. 3 kol. 4geraadpleegd 2015-12-02
  25. º "Vervolg der nieuwstijdingen." in: Algemeen Handelsblad nr. 14073 (20 februari 1876); p. 3 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-03
  26. º "Familie-Berichten." in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 2162 (20 maart 1877); p.2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  27. º "Vervolg der Nieuwstijdingen" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 2215 (24 mei 1877); p. 3 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-03
  28. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 26 nr. 167 (20 juli 1877); p. 4 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-03
  29. º "Advertentien." in: Java-bode jrg. 26 nr. 177 (1 augustus 1877); p. 1 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  30. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 26 nr. 189 (15 augustus 1877); p. 6 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-03
  31. º "Vertrokken passagiers" in: Bataviaasch handelsblad jrg. 20 nr. 182 (6 augustus 1877); p. 4 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  32. º "Departement van Oorlog." in: Bataviaasch handelsblad jrg. 21 nr. 25 (30 januari 1878); p. 5 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  33. º "Samarang" in: Bataviaasch Handelsblad jrg. 21 nr. 154 (4 juli 1878); p. 5 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  34. º "Officiele Berichten." in: Bataviaasch Handelsblad jrg. 21 nr. 177 (31 juli 1878); p. 6 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  35. º "Advertentie" in: De Locomotief jrg. 27 nr. 155 (7 juli 1878); p. 3 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  36. º Kielstra, E.B. Beschrijving van den Atjeh-oorlog. deel 3 (1885) De gebroeders Van Cleef, 's-Gravenhage; p. 285
  37. º "Verslag Atjeh." in: Java-bode jrg. 27 nr. 204 (31 augustus 1878); p. 7 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  38. º "Militair Departement." in: Bataviaasch handelsblad jrg. 22 nr. 16 (20 januari 1879); p. 5 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-04
  39. º "Nederlandsch-Indie." in: Soerabaijasch Handelsblad jrg. 27 nr. 40 (17 februari 1879); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  40. º "Militair Departement." in: Bataviaasch handelsblad jrg. 22 nr. 16 (20 januari 1879); p. 5 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-04
  41. º "Militair Departement." in: Bataviaasch handelsblad jrg. 22 nr. 137 (14 juni 1879); p. 8 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  42. º "Militair Departement." in: Algemeen Handelsblad nr. 15325 (17 augustus 1879); p. 3 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  43. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 28 nr. 153 (3 juli 1879); p. 4 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  44. º "Departement van Oorlog." in: Soerabaijasch Handelsblad jrg. 28 nr. 46 (25 februari 1880); p. 2 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  45. º "Nederlandsch-Indie" in: De Locomotief jrg. 32 nr. 134 (11 juni 1883); p. 2 kol. 6; geraadpleegd 2015-12-03
  46. º "Nederlandsch-Indie" in: De Locomotief jrg. 32 nr. 136 (13 juni 1883); p. 3 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-03
  47. º Veer, P. van 't De Atjeh-oorlog (1969) De Arbeiderspers, Amsterdam; p. 148 e.v
  48. º Hooyer, G.B. De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894 deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 464 e.v.
  49. º Javasche Courant geciteerd in: De Locomotief jrg. 33 nr. 71 (21 maart 1884) p. 2 kol. 3
  50. º Hooyer, G.B. De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894 deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 466
  51. º Hooyer, G.B. De krijgsgeschiedenis van Nederlandsch-Indië van 1811 tot 1894 deel 3 (1895) Van Cleef, Den Haag; p. 467, 468
  52. º Eresabel: Leijssius, jonkheer E.H.F. op website: defensie.nl; geraadpleegd 2015-12-02
  53. º Eervolle Vermelding: Leijssius, jonkheer E.H.F. op website: defensie.nl; geraadpleegd 2015-12-02
  54. º "Binnenlandsch Nieuws" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 4278 (30 januari 1884); p. 1 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-04
  55. º "Nederlandsch-Indie" in: De Locomotief jrg. 33 nr. 77 (28 maart 1884); p. 3 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  56. º "Departement van Oorlog." in: Java-bode jrg. 33 nr. 250 (22 oktober 1884); p. 5 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  57. º "Passagiers-berichten." in: Java-bode jrg. 33 nr. 242 (13 oktober 1884); p. 4 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  58. º "Telegrammen." in: De Locomotief jrg. 33 nr. 245 (13 oktober 1884); p. 3 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-04
  59. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 35 nr. 213 (11 september 1886); p. 7 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  60. º "Aangekomen Passagiers te Batavia." in: Java-bode jrg. 35 nr. 223 (24 september 1886); p. 4 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  61. º "Vertrokken Passagiers" in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 1 nr. 249 (27 september 1886); p. 3 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  62. º De Locomotief geciteerd in "Uit de pers.": Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 1 nr. 243 (20 september 1886); p. 3 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  63. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 39 nr. 172 (29 juli 1890); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  64. º "Nederlandsch Indië." in: Bataviaasch Handelsblad jrg. 32 nr. 270 (22 november 1889); p. 3 kol. 4geraadpleegd 2015-12-04
  65. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 39 nr. 162 (17 juli 1890); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  66. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 39 nr. 217 (22 september 1890); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-05
  67. º "Semarang. 13 October." in: De Locomotief jrg. 39 nr. 238 (13 oktober 1890); p. 2 kol. 6; geraadpleegd 2015-12-05
  68. º "Nederlandsch-Indie." in: De Locomotief jrg. 45 nr. 288 (7 december 1896); p. 2 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-05
  69. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 41 nr. 83 (9 april 1892); p. 2 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  70. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 41 nr. 93 (23 april 1892); p. 2 kol. 1; geraadpleegd 2015-12-04
  71. º "Indische Kroniek." in: De Locomotief jrg. 41 nr. 89 (16 april 1892); p. 1 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  72. º "Advertentie" in: De Locomotief jrg. 41 nr. 140 (20 juni 1892); p. 4 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  73. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 41 nr. 179 (6 augustus 1892); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  74. º "Scheepsberichten" in: De Locomotief jrg. 41 nr. 186 (12 augustus 1892); p. 3 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-04
  75. º "Leger en Marine." in: Leeuwarder Courant (7 april 1894); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-04
  76. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 43 nr. 265 (16 november 1894); p. 1 kol. 4; geraadpleegd 2015-12-05
  77. º "Passagiers." in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 10 nr. 8 (10 december 1894); p. 6 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-04
  78. º "Militair Departement." en "Scheepsberichten" in: Java-bode jrg. 43 nr. 292 (18 december 1894); p. 2 kol. 1 en 4; geraadpleegd 2015-12-05
  79. º "Semarang, 5 Januari." in: De Locomotief jrg. 44 nr. 4 (5 januari 1895); p. 2 kol. 6; geraadpleegd 2015-12-04
  80. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 44 nr. 156 (9 juli 1895); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-05
  81. º "Telegrammen" in: De Locomotief jrg. 44 nr. 230 (30 september 1895); p. 3 kol. 5; geraadpleegd 2015-12-05
  82. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 44 nr. 225 (30 september 1895); p. 5 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-05
  83. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 44 nr. 268 (20 november 1895); p. 2 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-05
  84. º "Nederlandsch-Indië." in: Java-bode jrg. 45 nr. 7 (9 januari 1896); p. 5 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-05
  85. º "Nederlandsch Indië." in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 11 nr. 75 (2 maart 1886); p. 1 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-05
  86. º "Militair Departement." in: Java-bode jrg. 45 nr. 201 (29 augustus 1896); p. 6 kol. 3 (zie ook advertentie in kol. 4); geraadpleegd 2015-12-05
  87. º "Marine en leger" in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 11415 (14 maart 1907); p. 6 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-03
  88. º "Scheepsberichten." in: Bataviaasch Nieuwsblad jrg. 17 nr. 286 (11 november 1902); p. 2 kol. 3; geraadpleegd 2015-12-05
  89. º "Passagierslijst." in: Het Nieuws van den Dag: kleine courant nr. 10099 (10 december 1902); p. 7 kol. 2; geraadpleegd 2015-12-05
  90. º overlijdensregister op website: stadsarchief.breda.nl; geraadpleegd 2015-12-02
rel=nofollow
Q5217739 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)
rel=nofollow
rel=nofollow