Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Sociëteit "Tyche"

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De sociëteit van de Delftsche Studenten Bond (DSB) heet "Tyche" en is gevestigd in het monumentale pand Oude Delft 123 te Delft. Het is het pand dat het langst dienst doet als sociëteit in Nederland. Voordat de Delftsche Studenten Bond het betrok in 1954 zat sociëteit Standvastigheid erin sinds 1803. Het pand is een rijksmonument (monumentnummer 12009).[1]

Geschiedenis van het pand

De Tyche Stichting is eigenaar van het pand Oude Delft 123, een voormalige burgemeesterswoning uit de 18e eeuw, dat verhuurd wordt aan de studentenvereniging Delftsche Studenten Bond, opgericht in 1897. De fundering van het gebouw gaat terug tot 1395, de gevel is uit 1735.

1536 Een brand, die een groot deel van Delft teistert, verwoest een pand waar nu Sociëteit Tyche staat. Jaren later blijkt er op dezelfde plaats een nieuw pand verrezen te zijn, bewoond door de familie van burgemeester Govert Willemsz Brasser.

1607 Als Govert Willemsz komt te overlijden verkopen zijn vrouw, Helena Huybregts, en zijn zoon, Dirck Govertsz, samen het pand, inmiddels "De Drie Coningen" genaamd, aan Jan Jansz van Lodensteijn.

1626 Jan Jansz bekleedt in de periode 1614 - 1626 meerdere malen gedurende ëën of twee jaar het burgemeestersambt. Als hij sterft vervalt het pand aan zijn vrouw Maria Evertsdr van Bleiswijck en zijn zoon Evert Jansz. Deze Evert Jansz schopt het behoorlijk ver, hij wordt enige malen burgemeester en neemt als afgevaardigde van Delft zitting in de Raad van State en de Staten Generaal.

1638 Evert Jansz laat riolering aanleggen dwars door de stadsveste uitmondend in de stadsgracht.

1654 De ontploffing van het kruithuis, die op de plaats van de huidige Paardenmarkt stond, veroorzaakt in zijn directe omgeving zeer grote schade. Het pand aan de Oude Delft loopt slechts enige glasschade op.

1668 Het pand komt vervolgens in bezit van Margaretha van der Vorst als haar man Evert Jansz sterft.

1674 Zij verkoopt het pand aan Pieter Tedingh van Berckhout, die zojuist is toegetreden tot de Veertigraad en een pand behorend bij zijn stand nodig heeft. Als prijs van het pand wordt de somma van 1650 gulden overeengekomen. Voordat de overdracht kan geschieden moet Pieter wel 330 gulden belasting aan de stad Delft afdragen.

1677 In de loop der jaren laat Pieter enkele verbeteringen en uitbreidingen uitvoeren, onder andere een stal voor zijn paarden en koets, en een verandering van de nok van het pand om plaats te maken voor een zware schoorsteen.

1690 Na een druk leven waarin Pieter Tedingh van Berckhout burgemeester van Delft en afgevaardigde van Delft in de Raad van State is geweest overlijdt hij.

1713 Hij vermaakt het pand aan zijn vrouw Elisabeth Ruysch, zijn nog in leven zijnde kinderen Jacoba, Paulus en Nicolaas, en aan de kinderen van zijn overleden kinderen Elisabeth Herbertina Briel, Elisabeth Pauw en Pieter, Jan, Coenraad en Susanna Maria Tedingh van Berckhout.

1733 Het in slechte staat verkerende pand wordt geveild door notaris C. Pijnacker. De hoogste bieder en dus de koper is Johan Abrahamsz van Riebeeck, die ook al lid is van de Veertigraad van Delft. Voor het pand betaalt hij 12.500 gulden en voor een gedeelte van de inboedel nog eens 800 gulden. Om het oude huis te kunnen slopen moet eerst de precieze ligging van de rooilijn en de eigendomsrechten van de scheidingsmuren met de buren door de stedelijke erfscheiders vastgesteld worden.

1734 Jan de Oude, een sloper, koopt voor 760 gulden het pand op voorwaarde dat hij het uiterlijk op 31 maart, op enkele muren en de fundamenten na, gesloopt en opgeruimd oplevert.

1735 Op de oude fundamenten verschijnt een nieuw pand, maar Johan Abrahamsz van Riebeeck overlijdt voordat hij het resultaat kan aanschouwen. Zijn vrouw Charlotta Marija Leijdekker en zijn zoon Gerard Cornelis betrekken het nieuwe pand.

1803 Op 17 september koopt Standvastigheid Oude Delft 123 voor de geringe prijs van 3500 gulden ten overstaan van notaris G. van Hasselt.

1820 Er worden twee plannen opgesteld voor vergroting van de lokalen op de beneden verdieping, die op dat moment bestaat uit een gang achter de voordeur waaraan drie kamers zijn gelegen, met daarachter het trappenhuis en de keuken. Beide plannen worden op financiële gronden verworpen.

1836 Een volgend ontwerp voor een verbouwing wordt gemaakt door de bouwkundige A.B. Veth. Dit ontwerp wordt aanvaard door het bestuur en de leden en vervolgens uitgevoerd door aannemer W.P. Dijkgraaf. In datzelfde jaar koopt Standvastigheid van W.H. van der Mandele een stuk grond dat grenst aan de achterzijde van de sociëteit. Op dit stuk grond verrijst later het nieuwe sociëteitsgebouw van Standvastigheid.

1849 Wegens een stijgend ledental wordt de biljartzaal vergoot, en tien jaar later gebeurt dat opnieuw. Om deze laatste uitbreiding mogelijk te maken wordt de hoofdingang, die zich in het midden van de voorgevel bevindt, geheel naar links en de keuken naar de eerste etage verplaatst.

1878 In verband met plannen van de gemeente de Westvest te laten afgraven wordt het "achterland", dat achter de tuin ligt, aan de gemeente afgestaan.

1941 In de tweede wereldoorlog wordt het sociëteitsgebouw door de Duitse Wehrmacht gevorderd om dienst te doen als "Wehrmachtsheim"

1945 Kort na de oorlog neemt Standvastigheid weer bezit van het pand dat volslagen uitgewoond blijkt te zijn: de ruiten zijn grotendeels vernield; het dak is beschadigd; muren zijn doorgetrokken en de kelder is veranderd in een zwijnenstal. Er wordt direct met het herstel begonnen.

1952 Enige jaren later wordt er een commissie in het leven geroepen, die de mogelijkheden van verkoop of verhuur in studie zal nemen,daarna wordt alleen nog maar over verkoop gesproken

1953 Op 27 april van het volgend jaar wordt het voorlopig koopcontract tussen sociëteit Standvastigheid en de Tyche-Stichting getekend. De koopsom van OD 123 bedraagt 70.000 gulden, exclusief de overdrachtkosten van 2000 gulden. Van dit bedrag wordt er een nieuw sociëteitsgebouw voor Standvastigheid in de tuin gezet. Op 1 augustus wordt het pand aan de Tyche-Stichting overgedragen en begint men direct met een grote verbouwing.

Tyche

De naam "Tyche" komt van de Griekse godin van het geluk, zie artikel Tyche (mythologie). Het symbool van de sociëteit is de hoorn des overvloeds.

Delftsche Studenten Bond

De Tyche Stichting heeft het pand in het najaar van 1953 aangekocht specifiek om te verhuren aan de DSB.

Het pand bevat vele ruimtes, waaronder een grote achterzaal voor borrels, een voorzaal voor feesten of muziekrepetities, een kelderbar, een keuken met een eetzaal, commissiekamers, bestuurskamers en een vijftal studenten slaapkamers.

Gelijk na aankoop is er een flinke verbouwing geweest, o.a. om de statige voordeur, die in de loop der tijd uit het midden was gehaald en geheel links in de gevel was geplaatst, weer terug in het midden te zetten.

Ook in 1964 volgde wederom een flinke verbouwing. Onder andere is toen in de tuin een aanbouw gekomen die in de wandelgangen de "bungalow" heet.

In 1982 is de eerste verdieping verbouwd, de eetzaal werd grondig gerenoveerd en uitgebreid en de bestuurskamer is toen verhuisd naar de tweede verdieping.

In 1997 is de voorzaal geheel geisoleerd om het mogelijk te maken daar feesten te geven zonder dat de buren er last van zouden hebben. Daartoe is een unieke constructie bedacht; in feite is de voorzaal een doos die los staat / hangt in het pand en voorzien is van zeer veel isolatie. Het gevolg is wel dat de open haarden, die daarvoor met liefde werden gestookt, niet meer bruikbaar waren.

Tot het midden van de jaren 70 huurde de DSB het gehele pand. Sinds 1974 zijn op de bovenste verdieping 5 slaapkamers verhuurd als studentenkamers. Deze kamers heten tezamen "Hakbed".

Madurodam

Sinds 12 april 1957 staat er een miniatuur van Oude Delft 123 in Madurodam.

Op de foto's zijn een aantal interessante verschillen te zien. Zo was de ingang (en het bordes) in de jaren 50 aan de linkerkant van het gebouw gesitueerd. In 1964 is de ingang weer in het midden geplaatst zoals het was bij de oorspronkelijke bouw in 1735. Aan de foto uit 2011 is te zien dat ook in Madurodam deze wijziging heeft plaatsgevonden.

Aan de foto uit 2011 is ook te zien dat er andere schoorstenen op het dak zitten als bij de foto van de onthulling uit 1957. Op het echte dak staan de schoorstenen als de foto uit 1957.

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Oude Delft 123 op Wikimedia Commons.

rel=nofollow

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  • van den Bogert, P & Nicolai, B & Snel, L & Stam, C.J., Zegers, H (1983) De Delftsche Studenten Bond en zijn societeiten. Delft: Eigen publicatie.
rel=nofollow

Zoek op Wikidata

rel=nofollow
rel=nofollow