Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Bijzonder onderwijs
- (In Vlaanderen heet deze vorm van onderwijs "vrij onderwijs", zie : onderwijsnet.)
Het bijzonder onderwijs is een onderwijsorganisatievorm in Nederland die door anderen dan de overheid bestuurd wordt. Vaak is dit een stichting of een vereniging.
Particulieren, maar ook kerkelijke instanties, beginnen veelal een stichting of vereniging voor bijzonder onderwijs om een bepaalde levensbeschouwelijke, bijvoorbeeld godsdienstige, maatschappelijke of onderwijskundige, visie te kunnen vormgeven.
Het bijzonder onderwijs kan dus onderverdeeld worden in confessioneel bijzonder onderwijs en algemeen bijzonder onderwijs. Van ouders wordt verwacht dat zij de visie en uitgangspunten van de school onderschrijven. Circa 60% van de scholen valt onder de noemer bijzonder onderwijs.
Het bijzonder onderwijs bestaat naast het openbaar onderwijs: onderwijs dat geacht wordt geen godsdienstige of anderszins levensbeschouwelijke achtergrond tot uitdrukking te laten komen.
Bijzonder onderwijs wordt soms verward met speciaal onderwijs, onderwijs met speciale aandacht en voorzieningen voor leerlingen met leermoeilijkheden, zoals ziekte, handicaps.
Confessioneel bijzonder onderwijs
Dit onderwijs wordt gegeven op religieuze of levensbeschouwelijke basis, zoals:
- christelijk onderwijs:
- protestants onderwijs:
- katholiek onderwijs: het katholiek onderwijs wordt geregeld door het Algemeen Reglement voor het Katholiek Onderwijs (ARKO)[1]. Hierin wordt ook de bevoegdheid van de Nederlandse Katholieke Schoolraad (NKSR)[2] geregeld.
- hindoeïstisch onderwijs
- islamitisch onderwijs
- joods onderwijs
Algemeen bijzonder onderwijs
Naast onderwijs op religieuze basis, bestaat er neutraal onderwijs, vergelijkbaar met openbaar onderwijs, maar niet vanuit de overheid aangeboden en onderwijs dat georganiseerd is basis van onderwijskundige methoden:
- Daltononderwijs
- Democratisch onderwijs
- Ervaringsgericht Onderwijs
- Freinetonderwijs
- Iederwijs
- Jenaplan
- Montessorionderwijs
- Sudbury-onderwijs
- Vrijeschool (Steinerscholen)
Bijzondere scholen kunnen ook een religieuze én een onderwijskundige grondslag hebben. Daarnaast kunnen openbare scholen ook een onderwijskundige grondslag hebben. Ook is het mogelijk dat confessioneel-bijzondere scholen en openbare scholen bepaalde aspecten van onderwijskundige ideeën toepassen in hun onderwijs zonder daarmee zichzelf te bestempelen als een school voor algemeen bijzonder onderwijs.
Schoolstrijd in Nederland
Voor 1917 werden de bijzondere scholen niet volledig door de overheid gefinancierd. Daar kwam in dat jaar verandering in als gevolg van de schoolstrijd. In artikel 23 van de Nederlandse grondwet:
- 1. Het onderwijs is een voorwerp van de aanhoudende zorg der regering.
- 2. Het geven van onderwijs is vrij, behoudens het toezicht van de overheid en, voor wat bij de wet aangewezen vormen van onderwijs betreft, het onderzoek naar de bekwaamheid en de zedelijkheid van hen die onderwijs geven, een en ander bij de wet te regelen.
- 3. Het openbaar onderwijs wordt, met eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging, bij de wet geregeld.
- 4. In elke gemeente wordt van overheidswege voldoende openbaar algemeen vormend lager onderwijs gegeven in een genoegzaam aantal scholen. Volgens bij de wet te stellen regels kan afwijking van deze bepaling worden toegelaten, mits tot het ontvangen van zodanig onderwijs gelegenheid wordt gegeven.
- 5. De eisen van deugdelijkheid, aan het geheel of ten dele uit de openbare kas te bekostigen onderwijs te stellen, worden bij de wet geregeld, met inachtneming, voor zover het bijzonder onderwijs betreft, van de vrijheid van richting.
- 6. Deze eisen worden voor het algemeen vormend lager onderwijs zodanig geregeld, dat de deugdelijkheid van het geheel uit de openbare kas bekostigd bijzonder onderwijs en van het openbaar onderwijs even afdoende wordt gewaarborgd. Bij die regeling wordt met name de vrijheid van het bijzonder onderwijs betreffende de keuze der leermiddelen en de aanstelling der onderwijzers geëerbiedigd.
- 7. Het bijzonder algemeen vormend lager onderwijs, dat aan de bij de wet te stellen voorwaarden voldoet, wordt naar dezelfde maatstaf als het openbaar onderwijs uit de openbare kas bekostigd. De wet stelt de voorwaarden vast, waarop voor het bijzonder algemeen vormend middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs bijdragen uit de openbaar kas worden verleend.
- 8. De regering doet jaarlijks van de staat van het onderwijs verslag aan de Staten-Generaal.
werd toen vastgelegd dat bijzondere scholen recht hebben op dezelfde financiële steun van de overheid als openbare scholen.
Als gevolg van de grondwetswijziging van 1917 kwam in 1920 de nieuwe Onderwijswet tot stand. Hierin is de financiële gelijkberechtiging verder uitgewerkt. In 2003 ontstond er discussie of deze financiële gelijkstelling wel gehandhaafd moet blijven, mede door de oprichting van islamitische scholen. Hierbij gaat het voornamelijk over de vraag of het bestaan van het bijzonder onderwijs in het algemeen en islamitische scholen in het bijzonder wel of niet afbreuk doet aan de integratie van allochtonen in de Nederlandse samenleving. Tegenstanders stelden dat het bijzonder onderwijs de integratie van deze minderheden zou belemmeren. Voorstanders betoogden dat vrijheid van onderwijs een belangrijk grondrecht is.
Artikel 23 van de grondwet
De vrijheid van onderwijs en de financiële gelijkstelling tussen openbaar onderwijs en bijzonder onderwijs is gebaseerd op artikel 23 van de grondwet.
De vrijheid van onderwijs, dat een internationaal erkend grondrecht is, staat in artikel 23 lid 2. De financiële gelijkstelling van openbare en bijzondere scholen staat in artikel 23 lid 6 en lid 7. De inhoud van artikel 23 staat op het punt van de financiële gelijkstelling soms ter discussie.