Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Kapp-putsch
De Kapp-Putsch, of preciezer aangeduid de Kapp-Lüttwitz-Putsch, was een poging tot contrarevolutionaire staatsgreep met als doel de Weimarrepubliek, die ontstan was door de Novemberrevolutie, omver te werpen. De putsch was een direct gevolg van de bepalingen van het Verdrag van Versailles. De poging tot staatsgreep begon op 13 maart 1920 en eindigde na 100 uur op 17 maart.
In 1919 werd de troepensterkte van de Reichswehr geschat op zo’n 350.000 man. Volgens de bepalingen van het Verdrag van Versailles mocht het Duitse leger maar 100.000 man hebben. Dit betekende dat er 250.000 man te veel waren. Veel soldaten van de Reichswehr waren aangesloten bij de Freikorps, paramilitaire milities van verslagen soldaten uit de Eerste Wereldoorlog. Daarom besloot de Duitse regering om de Freikorps te ontbinden.
In maart 1920 werden er orders uitgevaardigd dat de Marinebrigade Ehrhardt moest worden ontbonden. De leiders van de brigade waren vastbesloten zich te verzetten tegen de ontbinding van hun eenheid. Zij riepen de hulp in van generaal Walther von Lüttwitz, commandant van de Reichswehr in Berlijn. Lüttwitz, een organisator van Freikorpseenheden in 1918 en een fervent monarchist, riep president Friedrich Ebert en defensieminister Gustav Noske op om de ontbindingen te stoppen. Lüttwitz was de ware leider van de putsch, maar de putsch kreeg de naam van Wolfgang Kapp, een 62-jarige Oost-Pruisische ambtenaar en nationalist.
Toen Ebert weigerde hierop in te gaan, gaf Lüttwitz de Marinebrigade Ehrhardt het bevel op te rukken naar Berlijn. Op 13 maart bezette de brigade de hoofdstad. Op dat moment riep Noske de Reichswehr op om de putsch neer te slaan, maar hij kreeg te maken met een ferme afwijzing. Chef der Heeresleitung Hans von Seeckt, opperbevelhebber van het leger, zei tegen Noske: „Reichswehr vuurt niet op Reichswehr”. De regering werd gedwongen Berlijn te verlaten en vluchtte naar Stuttgart. Intussen vaardigde de regering een proclamatie uit waarin het Duitse volk werd opgeroepen te staken. De Duitsers gaven massaal gehoor aan de oproep en het land werd lamgelegd. Hierdoor zakte de staatsgreep ineen en Kapp en Lüttwitz, niet in staat het land te besturen, gaven de poging op 17 maart op en vluchtten naar Zweden.
De Kapp-putsch dreigde zelfs precies het tegengestelde te bereiken van wat de plegers beoogden: in verschillende delen van Duitsland braken arbeidersopstanden uit, geregisseerd door linkse partijen die een revolutie wilden ontketenen. Dit was de zogenaamde Maartopstand, waarvan de Ruhropstand de bekendste is.
Dat de Weimarrepubliek de onrust van 1920 overleefde, was voor een deel te danken aan enerzijds een deel van arbeiders, soldaten, burgers die haar te hulp schoot en anderzijds de twijfel van enkele Freikorpsen, omdat ze de timing slecht vonden. Een aantal eenheden sloot zich daarom niet aan bij de putsch.
Externe links
- (de) Deutsches Historisches Museum Der Lüttwitz-Kapp-Putsch 1920
- (de) Idem Biografie Wolfgang Kapp 1858-1922
Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Kapp-Putsch op Wikimedia Commons.
Hulp genealogie en geschiedenis (Nederland) • Deepl vertaler • Schrijfassistent VRT • ChatGPT (Opgepast! Altijd verifiëren!) • Claude.ai (Opgepast! Altijd verifiëren!) • Copilot (Opgepast! Altijd verifiëren!) • tekst herschrijven met scribbr.io •