Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Individuele leerrekening
De Individuele leerrekening is een persoonlijk ontwikkelbudget dat besteed kan worden aan een opleiding, training en loopbaanbegeleiding voor een werknemer. De leerrekening is persoonlijk eigendom van een werknemer en wordt financieel gevuld door de werkgever, werknemer en de overheid. Doordat de werknemer eigenaar is van de leerrekening, bepalen zij zelf waarvoor ze het budget inzetten.
Werkenden aan het stuur van eigen ontwikkeling
Iedere werknemer in Nederland moet zijn eigen potje beheren. Persoonlijke ontwikkelings- of keuzebudgetten (pob’s en pkb’s) passen bij dat uitgangspunt, omdat de werkende zelf kan beschikken en beslissen over de middelen die hij of zij aan ontwikkeling besteedt[1]. Zo moet het mogelijk zijn om het opgespaarde geld onbelast mee te kunnen nemen naar een volgende baan en zelf ontwikkelingskeuzes te kunnen maken. Ongeacht bij welke werkgever hij of zij in dienst is. Dus ook beschikbaar budget voor cursussen of opleidingen die niet direct gelinkt zijn aan de huidige baan. Dit vergroot de relevantie op een steeds sneller veranderende arbeidsmarkt.
Regeerakkoord 2017
De Individuele leerrekening is afkomstig van het regeerakkoord uit 2017[2]. Het kabinet wil dat iedereen zijn hele leven lang blijft leren, daarvoor is de individuele leerrekening ontwikkeld. Die zal deels gerealiseerd worden vanuit de opgebouwde transitievergoeding. De aandacht voor de arbeidsmarkt wordt in het regeerakkoord vormgegeven door meer bescherming te geven aan kwetsbare groepen en meer zekerheden te creëren voor de gemiddelde werknemer.
Zo worden werknemers die zich aan de onderkant van de arbeidsmarkt bevinden beter beschermd door gaten in wet- en regelgeving te dichten. Voor werknemers in zware beroepen moet het bijvoorbeeld makkelijker worden om zich vrijblijvend te kunnen oriënteren op een ander vakgebied, zodat ze gezond kunnen blijven doorwerken tot ze de AOW-leeftijd bereiken.
Duurzame inzetbaarheid
Werk verandert, en dus is de arbeidsmarkt in beweging. Banen en functies krijgen onder druk van technologische ontwikkelingen een andere inhoud. Werknemers moeten daarom tijdens hun carrière over realiseerbare mogelijkheden en voorwaarden beschikken om in toekomstig werk met behoud van gezondheid en welzijn te kunnen en blijvend functioneren. Het thema duurzame inzetbaarheid komt niet letterlijk terug in het regeerakkoord, maar er is veel aandacht voor een gezonde, goed opgeleide en mobielere beroepsbevolking.
Het uiteindelijke doel van de leerrekening is om de arbeidsmarkt te verbeteren en de Nederlandse economie concurrerend te houden ten opzichte van andere landen.
Beperkende fiscale regelgeving
Vakbonden en werkgevers maken inmiddels afspraken om de leerrekening vorm te geven, maar lopen daarin tegen fiscale uitdagingen aan. Als een werkgever vrijgesteld van loonbelasting een budget stort op een leerrekening van een werknemer, kan de fiscus de werkgever alsnog aanslaan als het budget niet aan (de juiste) opleidingen wordt besteed. Dit staat ook de portabiliteit van het leerbudget in de weg, waardoor een leerrekening nog niet meegenomen kan worden van de ene naar de andere werkgever.
De eerste leerrekeningen zijn een feit
In zowel de Supermarkt als in de Retail Non Food Collectieve arbeidsovereenkomst is de leerrekening opgenomen. Deze laatste staat gepland om live te gaan begin 2020 en wordt uitgevoerd door De leerrekening. Naar verwachting neemt het aantal leerrekeningen in 2020 snel toe.
Bronnen, noten en/of referenties
|