Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie en digitaal erfgoed, wenst u prettige feestdagen en een gelukkig 2025

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gewichtenregeling

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 13 jun 2016 om 18:11 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Gewichtenregeling&oldid=46819628)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De gewichtenregeling is een regeling in het Nederlandse basisonderwijs en richt zich op het verminderen van onderwijsachterstanden van risicoleerlingen. Het 'gewicht' houdt in dat een leerling op basis van bepaalde wettelijke criteria wordt 'gewogen'. De criteria die worden meegenomen zijn factoren in de thuissituatie die ervoor zorgen dat de leerling een vergroot risico loopt op een onderwijsachterstand.[1] Het gewicht van een leerling bepaalt de subsidie die een school voor de leerling krijgt. Tegenwoordig wordt het gewicht van een leerling berekend op basis van het opleidingsniveau van de ouders/verzorgers. Het basisgewicht van een leerling is 0,0 en dit kan oplopen tot 1,2.

Het doel van de gewichtenregeling is het verbeteren van de leerprestaties van doelgroepleerlingen in het basisonderwijs en het verhogen van de doorstroom naar hogere vormen van het voorgezet onderwijs.[2] De gewichtenregeling is in financieel opzicht een van de belangrijkste instrumenten van het onderwijsachterstandenbeleid.[3]

In Vlaanderen is een gelijkaardige regeling van kracht onder de naam Gelijke Onderwijskansen (GOK). Scholen krijgen extra financiering toegekend aan de hand van het aantal indicatorleerlingen op de school. Er wordt bepaald of een leerling een indicatorleerling is aan de hand van het hoogst behaalde opleidingsniveau van de moeder, de thuistaal van de leerling en het gezinsinkomen.[4]

Ontwikkelingen

De gewichtenregeling is in 1985 in Nederland van kracht gegaan, maar de manier waarop de gewichten zijn berekend is enkele malen veranderd. Aanvankelijk werd op grond van een combinatie van de etniciteit, opleiding en het beroep van de ouders/verzorgers bepaald in hoeverre scholen in aanmerking kwamen voor extra bekostiging. Vervolgens is beroep als indicator losgelaten en werd het leerlingengewicht bepaald op basis van de etniciteit en de opleiding van de ouders/verzorgers. Vanaf het schooljaar 2006/2007 is het criterium etniciteit komen te vervallen en wordt alleen nog de opleiding van de ouders/verzorgers meegewogen.[5] Naast de gewichtenregeling is er extra budget voor scholen in impulsgebieden. Hierdoor zijn de negatieve gevolgen voor allochtone leerlingen beperkt gebleven.

Toekenning van gewichten

Het gewicht van een leerling wordt bepaald als de leerling voor het eerst naar school gaat. Bij een overstap naar een andere school wordt het gewicht opnieuw bepaald.[6] Scholen berekenen het gewicht van een leerling aan de hand van de voorgeschreven ouderverklaring waarin de opleiding van de ouders/verzorgers wordt ingevuld. De leerlingen worden op basis van het opleidingsniveau van de ouders/verzorgers ingedeeld in drie categorieën:[7]

  • Categorie 1) Ouders/verzorgers die geen onderwijs of maximaal basisonderwijs hebben genoten
  • Categorie 2) Ouders/verzorgers die maximaal lager beroepsonderwijs, voorbereidend beroepsonderwijs, kaderberoepsgerichte leerweg, leerwegondersteunend beroepsonderwijs of vmbo basis hebben genoten
  • Categorie 3) Ouders/verzorgers die meer dan twee klassen of leerjaren mavo (c of d niveau), vmbo gemengde leerweg, vmbo theoretische leerweg, havo of vwo. Of ouders/verzorgers die een mbo, hbo of universitaire opleiding hebben afgerond.

Afhankelijk van het opleidingsniveau van de ouders/verzorgers krijgt de leerling een 'gewicht' toebedeeld. Hoe lager het opleidingsniveau, hoe hoger het gewicht. De scholen verzamelen de informatie over de opleiding van de ouders en baseren op basis daarvan het schoolgewicht.[8] Het schoolgewicht wordt per schoolvestiging berekend. Op basis van het schoolgewicht wordt bepaald of een school recht heeft op extra financiële middelen en de hoogte van het bedrag. Er wordt echter een drempel van 6% gehanteerd, dit betekent dat de eerste 6% doelgroep leerlingen van een school niet meetellen in de berekening.

Kosten en baten van de gewichtenregeling

De effectiviteit van de gewichtenregeling is complex om te bepalen, omdat scholen vrij zijn in het inzetten van de extra middelen die door de regeling beschikbaar worden gesteld. Uit de evaluatie van het Onderwijsvoorrangsbeleid bleek dat basisscholen vaak niet wisten dat ze extra middelen kregen en maar een gering deel van de scholen besteedde de middelen aan specifieke achterstand bestrijdende activiteiten. Vaak werden de extra financiële middelen ingezet voor klassenverkleining.[9] De manier waarop scholen de extra financiële middelen besteden is doorslaggevend in het slagen of falen van de gewichtenregeling.Het inzetten op vanzelfsprekende programma's zoals taalremediëring blijkt niet altijd samen te hangen met hogere onderwijsprestaties.[10] Toch blijkt het opleidingsniveau van ouders/verzorgers een relatief goede voorspeller te zijn voor de leerprestaties van een leerling. Daarnaast blijkt dat allochtone leerlingen de afgelopen jaren een flinke inhaalslag hebben gemaakt, het is echter onduidelijk of deze inhaalslag toegeschreven kan worden aan het onderwijsachterstandenbeleid.

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

  1. º Mulder, L. (2013) Allochtone leerlingen en onderwijsachterstand.
  2. º Ledoux, G., Roeleveld, J., Driessen, G., Cuppen. J., & Meijer, J.(2011) Prestaties en loopbanen van doelgroepleerlingen in het onderwijsachterstandenbeleid.Stand van zaken en de ontwikkelingen in de periode 1994-2007. Amsterdam: Kohnstamm Instituut/Nijmegen:ITS.
  3. º Driessen, G. (2014) Wat heeft het onderwijsachterstandenbeleid opgeleverd? Een review van empirisch onderzoek. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 53, 210-220.
  4. º Ooghe, E. (2013). Leiden GOK-middelen tot leerwinsten?. Tijdschrift voor Onderwijsrecht en Onderwijsbeleid, 2012(3), 377-382.
  5. º Fettelaar, D.,& Smeets, E. (2013) Mogelijke indicatoren van schoolgewichten. Nijmegen:ITS
  6. º Dienst Uitvoering Onderwijs (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap): Gewicht leerling bepalen
  7. º Dienst Uitvoering Onderwijs (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap): Toelichting Gewichtenregeling basisonderwijs per 1 januari 2015
  8. º Dienst Uitvoering Onderwijs (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap): Het aantal leerlingen basisonderwijs per leerlinggewicht en per schoolvestiging het schoolgewicht en impulsgebied
  9. º Driessen, G. (2014) Wat heeft het onderwijsachterstandenbeleid opgeleverd? Een review van empirisch onderzoek. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 53, 210-220.
  10. º Driessen, G. (2013). De bestrijding van onderwijsachterstanden: Een review van opbrengsten en effectieve aanpakken. Nijmegen: ITS.
rel=nofollow
Zoek op Wikidata
rel=nofollow
rel=nofollow