Uitklappen
Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed
rel=nofollow

Athanor (loge)

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 11 okt 2015 om 16:58 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Athanor_%28loge%29&oldid=44982185 28 sep 2015 91.179.122.27)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Historiek

Het ontstaan van de Loge Athanor vond onder andere zijn oorsprong in de tweetaligheid van Moederloge La Fidélité. Bovendien was er animositeit gerezen tussen sommige stichtende leden van La Fidélité en enkele Broeders van recente datum. Het aantal stichtende leden van de nieuwe Werkplaats werd heel symbolisch en bewust beperkt tot 3 x 7 Broeders. Die restrictie werd mede ingegeven door de wens de verdere werking van de Moederloge niet te hypothekeren. De Kolommen van de nieuwe Loge Athanor N° 32 in Gent werden opgericht op 28 oktober 1995 onder leiding van Louis De Bouvère, zesde Grootmeester van de Reguliere Grootloge van België De plechtigheid, waarbij tevens het tableau werd ingewijd, greep plaats in de lokalen van La Fidélité aangezien zij had ingestemd met het verzoek van Athanor om haar zittingen daar te mogen houden. Dat was ook al het geval voor haar andere dochterloge, Fides et Amor. Hendrik De Jonge werd door de Grootmeester als eerste Achtbare Meester van Athanor geïnstalleerd. Om uiteenlopende redenen dienden in het tweede semester van 2003 zes leden hun ontslag in. Twee om over te gaan naar een andere obediëntie, vier anderen vroegen om 'in slaap' te worden gesteld. Een van de medestichters van Athanor, had zijn ontslag al eerder ingediend. Hij had in 2002 de Vrouwenloge Tamina in Gent bezocht. Dat was een flagrante overtreding van de constitutie van de R.G.L.B. De betrokkene verweet de Obediëntie een grote ‘intolerantie'. Meerdere leden van Athanor vonden in dit gebeuren een reden om de ‘intolerante’ 'reguliere' Vrijmetselarij de rug toe te keren. Een belangrijke leegloop vloeide er uit voort in de drie erop volgende jaren. Na enige tijd keerden meerdere leden terug naar Athanor.

Naar aanleiding van de tiende verjaardag van de stichting van Athanor werd op zaterdag 5 november 2005 een feestelijke 'Blanke Zitting' ingericht. Grootmeester Van Cleven van de R.G.L.B. was daarop aanwezig. Ook een groot aantal afgevaardigden van de bevriende Werkplaatsen Aurora, Acacia en Fides et Amor. Athanor heeft goede verhoudingen met onder andere de Gran Logia de Cuba in Havana, de Loge Comércio e Artes N° 99 in Porto en de gelijknamige Italiaanse Werkplaats, Atanor N° 1212 in Lecce. Athanor steunt ook materieel het Hogar Nacional Masónico Llanso in Cuba. Dat is een rusthuis voor oudere Vrijmetselaars en hun familie, dat wordt gefinancierd door bijdragen van de diverse Cubaanse Loges, maar gezien de economische toestand in dat land gingen de steungiften er op achteruit. De Loge Athanor is thans één van de meest bloeiende Loges van de R.G.L.B. en telt 54 leden (2015).

Wezen

In zijn aanstellingstoespraak verklaarde de stichtende Achtbare Meester Hendrik De Jonge: ‘Een van de meest fundamentele gedragsregels die de Maçon […] zal moeten in acht nemen is het welbegrepen beoefenen van de broederlijkheid. Het is immers zo dat in de Vrijmetselarij de betrekkingen van de ene Broeder tot de andere en de broederlijke band karakteristiek moeten zijn. […] Broederlijkheid is vriendschap, begrip, wederzijdse hulp, caritas, hoge moraal en alle ethische elementen van de maçonnieke kunst. Broederlijkheid is vol hoop, vol verdraagzaamheid. Een andere karakteristieke eigenschap van de Werkplaats is, naast de vanzelfsprekende 'regulariteit' dat er proportioneel veel leden zijn uit de wereld van de kunst, architectuur, de muziek en de letteren.

Zie ook

Literatuur

  • Collectief, 'Annalen 1979-1999' van de R.G.L.B, Brussel, 2000.
  • Collectief, 'Info van de R.G.L.B.' Brussel, 1996, N° 7.
  • Paul de Pessemier ’s Gravendries, 'Twintig jaar Broederlijke warmte. De Achtbare Loge Athanor N° 32 in het Oosten Gent', Gent, 2015.
  • Piet Van Brabant, 'De VrijMetselaars', Antwerpen/Baarn, 1990.
  • Andries Van den Abeele, 'De kinderen van Hyram', Brussel, 1991.
  • Paul de Pessemier 's Gravendries, 'De Verborgenheid der Kolommen. Dat leven en die dood van een Vrijmetselaar', Gent, 2011, (kortroman).