Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hubert Boone: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2: Regel 2:


==Leven==
==Leven==
Boone begon zijn muzikale carrière op jonge leeftijd en ontwikkelde al snel een passie voor volksmuziek. Hij studeerde aan het Koninklijk Muziekconservatorium van Brussel, waar hij zich bekwaamde in notenleer, altviool, harmonieleer, contrapunt en [[fuga]].<ref name=wmc>https://worldmusiccentral.org/2018/02/18/artist-profiles-limbrant/</ref>
Op 14-jarige leeftijd speelde Boone voor het eerst mee met de plaatselijke fanfare tijdens de dorpskermis. Deze eerste ervaring wakkerde een diepgaande fascinatie aan voor de traditionele fanfareklanken die hem nooit meer zouden loslaten.  


In 1968 trad Boone toe tot het Muziekinstrumentenmuseum (MIM) in Brussel als wetenschappelijk medewerker. Hier begon hij met het verzamelen en documenteren van traditionele Vlaamse muziek en instrumenten. Om de volksmuziek nieuw leven in te blazen, begon hij in 1967 met de volksmuziek- en volksdansgroep De Vlier. In 1978 startte hij het Brabants Volksorkest en in 2000 begon hij met het ensemble Limbrant. In de beide laatste groepen speelt hij viool, cornet en doedelzak.<ref name=wmc/><ref>https://artilleryocshistory.org/uploads/1/4/5/9/145902858/booneha.pdf</ref>
Zijn eerste muzikale opleiding kwam niet van een conservatorium, maar van een plaatselijke slager die dansmuziek op eigen gevoel schreef. Deze man had geen formele muzikale training, maar wist instinctief hoe hij muziek moest arrangeren. Hoewel Boone later wel aan het conservatorium zou studeren, bleef een diep respect koesteren voor autodidactische muzikanten​. In zijn jeugd verzamelde Boone ook veel melodieën die hij leerde van zijn buurman Jozef Bulens. Uit angst dat hij deze niet allemaal zou kunnen onthouden, begon hij de muziek te noteren, een gewoonte die hij zijn hele leven zou voortzetten​.
 
Hij studeerde aan het Koninklijk Muziekconservatorium van Brussel, waar hij zich bekwaamde in notenleer, altviool, harmonieleer, contrapunt en [[fuga]].<ref name=wmc>https://worldmusiccentral.org/2018/02/18/artist-profiles-limbrant/</ref>
 
Na zijn conservatoriumopleiding kwam Boone in aanraking met het werk van de Hongaarse componisten [[Béla Bartók]] en [[Zoltán Kodály]], die zijn belangstelling voor volksmuziek verder versterkten​. Hoewel zijn leraar harmonie, Victor Legley, aanvankelijk twijfels had over de waarde van Vlaamse volksmuziek, werd Boone aangemoedigd door de Waalse componist Marcel Quinet om door te gaan met zijn onderzoek naar de muziek van eigen bodem​.
 
In 1964 ontmoette Boone de danschoreograaf Renaat van Craenenbroeck. Samen brachten ze in 1968 het boek ''Dansen uit Midden-Brabant'' uit, waarin traditionele Vlaamse dansen werden verzameld en beschreven. In 1968 trad Boone toe tot het Muziekinstrumentenmuseum (MIM) in Brussel als wetenschappelijk medewerker.<!--- Hier begon hij met het verzamelen en documenteren van traditionele Vlaamse muziek en instrumenten. Om de volksmuziek nieuw leven in te blazen, begon hij in 1967 met de volksmuziek- en volksdansgroep De Vlier.---> Datzelfde jaar richtte hij ook het ensemble De Vlier op, waarmee hij traditionele melodieën zo authentiek mogelijk tot leven wilde brengen. Boone wilde hiermee het muzikale erfgoed behouden zoals hij dat zelf had gezien bij de laatste speelmanorkesten​.
 
In 1978 startte hij het Brabants Volksorkest (BVO) op, waarin hij zich richtte op 19e-eeuwse paardansen zoals de wals, polka en mazurka. Het BVO trad internationaal op, tot in Afrika en Amerika, en bracht de Vlaamse muziektraditie naar verre uithoeken van de wereld​. Naast het BVO stichtte Boone in 1990 ook het jeugdensemble Polka Galop, dat in 2000 werd opgevolgd door Limbrant, een kleiner ensemble dat ook Vlaamse volksmuziek speelde.
 
Hij speelde in BVO zowel als in Polka Galop en Limbrant viool, cornet en doedelzak.<ref name=wmc/><ref>https://artilleryocshistory.org/uploads/1/4/5/9/145902858/booneha.pdf</ref>


Limbrant, onder Boone’s leiding, staat bekend om zijn pure benadering van Vlaamse muziek. Het ensemble voert een breed repertoire uit, waaronder vroege ballades, liefdesliederen, historische liederen en dansmelodieën zoals [[polka]]’s, [[mazurka]]’s, [[wals]]en en [[schottische]]s.<ref name=wmc/> Boone’s inspanningen hebben bijgedragen aan de heropleving van de Vlaamse volksmuziek en hebben deze muziekstijl internationaal onder de aandacht gebracht.
Limbrant, onder Boone’s leiding, staat bekend om zijn pure benadering van Vlaamse muziek. Het ensemble voert een breed repertoire uit, waaronder vroege ballades, liefdesliederen, historische liederen en dansmelodieën zoals [[polka]]’s, [[mazurka]]’s, [[wals]]en en [[schottische]]s.<ref name=wmc/> Boone’s inspanningen hebben bijgedragen aan de heropleving van de Vlaamse volksmuziek en hebben deze muziekstijl internationaal onder de aandacht gebracht.
Regel 10: Regel 20:
Naast zijn uitvoerende werk heeft Boone ook talrijke publicaties op zijn naam staan. Zijn boeken, zoals ''De hommel in de Lage Landen'' (1976) en ''Volksinstrumenten in België'' (2000), zijn belangrijke referentiewerken voor liefhebbers en onderzoekers van volksmuziek.<ref name=wmc/>
Naast zijn uitvoerende werk heeft Boone ook talrijke publicaties op zijn naam staan. Zijn boeken, zoals ''De hommel in de Lage Landen'' (1976) en ''Volksinstrumenten in België'' (2000), zijn belangrijke referentiewerken voor liefhebbers en onderzoekers van volksmuziek.<ref name=wmc/>


Hubert Boone blijft een invloedrijke figuur in de wereld van de volksmuziek, en zijn bijdragen hebben een blijvende impact op de Vlaamse culturele erfgoed.
Hubert Boone blijft een invloedrijke figuur in de wereld van de volksmuziek, en zijn bijdragen hebben een blijvende impact op de Vlaamse culturele erfgoed. Zijn ontdekking van de Waalse doedelzakken en de heropleving ervan in België is een van de vele mijlpalen in zijn loopbaan​.


==Verwijzingen==
==Verwijzingen==

Versie van 12 okt 2024 17:26

Hubert Boone (Nederokkerzeel, 11 juni 1940) is een prominente figuur in de wereld van de Vlaamse volksmuziek. Hij staat bekend als violist, doedelzakspeler en verzamelaar van traditionele muziek, liederen en dansen uit Vlaanderen.

Leven

Op 14-jarige leeftijd speelde Boone voor het eerst mee met de plaatselijke fanfare tijdens de dorpskermis. Deze eerste ervaring wakkerde een diepgaande fascinatie aan voor de traditionele fanfareklanken die hem nooit meer zouden loslaten.

Zijn eerste muzikale opleiding kwam niet van een conservatorium, maar van een plaatselijke slager die dansmuziek op eigen gevoel schreef. Deze man had geen formele muzikale training, maar wist instinctief hoe hij muziek moest arrangeren. Hoewel Boone later wel aan het conservatorium zou studeren, bleef een diep respect koesteren voor autodidactische muzikanten​. In zijn jeugd verzamelde Boone ook veel melodieën die hij leerde van zijn buurman Jozef Bulens. Uit angst dat hij deze niet allemaal zou kunnen onthouden, begon hij de muziek te noteren, een gewoonte die hij zijn hele leven zou voortzetten​.

Hij studeerde aan het Koninklijk Muziekconservatorium van Brussel, waar hij zich bekwaamde in notenleer, altviool, harmonieleer, contrapunt en fuga.[1]

Na zijn conservatoriumopleiding kwam Boone in aanraking met het werk van de Hongaarse componisten Béla Bartók en Zoltán Kodály, die zijn belangstelling voor volksmuziek verder versterkten​. Hoewel zijn leraar harmonie, Victor Legley, aanvankelijk twijfels had over de waarde van Vlaamse volksmuziek, werd Boone aangemoedigd door de Waalse componist Marcel Quinet om door te gaan met zijn onderzoek naar de muziek van eigen bodem​.

In 1964 ontmoette Boone de danschoreograaf Renaat van Craenenbroeck. Samen brachten ze in 1968 het boek Dansen uit Midden-Brabant uit, waarin traditionele Vlaamse dansen werden verzameld en beschreven. In 1968 trad Boone toe tot het Muziekinstrumentenmuseum (MIM) in Brussel als wetenschappelijk medewerker. Datzelfde jaar richtte hij ook het ensemble De Vlier op, waarmee hij traditionele melodieën zo authentiek mogelijk tot leven wilde brengen. Boone wilde hiermee het muzikale erfgoed behouden zoals hij dat zelf had gezien bij de laatste speelmanorkesten​.

In 1978 startte hij het Brabants Volksorkest (BVO) op, waarin hij zich richtte op 19e-eeuwse paardansen zoals de wals, polka en mazurka. Het BVO trad internationaal op, tot in Afrika en Amerika, en bracht de Vlaamse muziektraditie naar verre uithoeken van de wereld​. Naast het BVO stichtte Boone in 1990 ook het jeugdensemble Polka Galop, dat in 2000 werd opgevolgd door Limbrant, een kleiner ensemble dat ook Vlaamse volksmuziek speelde.

Hij speelde in BVO zowel als in Polka Galop en Limbrant viool, cornet en doedelzak.[1][2]

Limbrant, onder Boone’s leiding, staat bekend om zijn pure benadering van Vlaamse muziek. Het ensemble voert een breed repertoire uit, waaronder vroege ballades, liefdesliederen, historische liederen en dansmelodieën zoals polka’s, mazurka’s, walsen en schottisches.[1] Boone’s inspanningen hebben bijgedragen aan de heropleving van de Vlaamse volksmuziek en hebben deze muziekstijl internationaal onder de aandacht gebracht.

Naast zijn uitvoerende werk heeft Boone ook talrijke publicaties op zijn naam staan. Zijn boeken, zoals De hommel in de Lage Landen (1976) en Volksinstrumenten in België (2000), zijn belangrijke referentiewerken voor liefhebbers en onderzoekers van volksmuziek.[1]

Hubert Boone blijft een invloedrijke figuur in de wereld van de volksmuziek, en zijn bijdragen hebben een blijvende impact op de Vlaamse culturele erfgoed. Zijn ontdekking van de Waalse doedelzakken en de heropleving ervan in België is een van de vele mijlpalen in zijn loopbaan​.

Verwijzingen

rel=nofollow

Weblinks

 
rel=nofollow