Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Adriaan Hendrik Philipse: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Adriaan_Hendrik_Philipse_(1901-1967)&oldid=67697444 -1- 2a02:a464:47e3:1:276:256:f5a3:7cec 19 jun 2024)
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Adriaan_Hendrik_Philipse_(1901-1967)&oldid=67702771 20 jun 2024 ‎ Ouwejokke)
Regel 1: Regel 1:
'''Mr. Adriaan Hendrik Philipse''' (Den Haag, 21 juli 1901-Wassenaar, 18 juni 1967) was een Nederlandse diplomaat.
'''Adriaan Hendrik Philipse''' ([[Den Haag]], [[21 juli]] [[1901]]-[[Wassenaar (gemeente)|Wassenaar]], [[18 juni]] [[1967]]) was een Nederlandse [[diplomaat]].


'''In de diplomatieke dienst'''
== In de diplomatieke dienst ==
 
Na zijn schooljaren aan het [[Gymnasium Haganum]] en zijn studie in Leiden, met proefschrift over de Volkenbond, werd hij in 1929 als jongste attaché uitgezonden naar het gezantschap in Kopenhagen. In 1931 keerde hij met zijn gezin terug naar Den Haag. In 1933 vroeg en kreeg hij eervol ontslag bij Buitenlandse Zaken en werd hij [[Referendaris (Nederland)|referendaris]] bij Economische Zaken/Handel, Nijverheid en Scheepvaart. Hij nam in de jaren voor de oorlog deel aan verschillende internationale handelsmissies onder leiding van H. Hirschfeld, A. Lamping en G. Hart.
Na zijn schooljaren aan het Gymnasium Haganum en zijn studie in Leiden, met proefschrift over de Volkenbond, werd hij in 1929 als jongste attaché uitgezonden naar het gezantschap in Kopenhagen. In 1931 keerde hij met zijn gezin terug naar Den Haag. In 1933 vroeg en kreeg hij eervol ontslag bij Buitenlandse Zaken en werd hij referendaris bij Economische Zaken/Handel, Nijverheid en Scheepvaart. Hij nam in de jaren voor de oorlog deel aan verschillende internationale handelsmissies onder leiding van H. Hirschfeld, A. Lamping en G. Hart.
 
'''In de Tweede Wereldoorlog'''


== In de Tweede Wereldoorlog ==
Philipse bevond zich in mei 1940 in Parijs als lid van een handelsmissie o.l.v. Lamping. Na de capitulatie van het Nederlandse leger werden de leden van de handelsmissie door de ministers E. van Kleffens en Ch. Welter gevraagd zich in Londen bij de Nederlandse regering in ballingschap te vervoegen. Te Londen ontwikkelde hij op het departement Handel, Nijverheid en Scheepvaart een ravitailleringsplan voor de herbevoorrading van naoorlogs Nederland, dat hij in juli 1940 samen met G. Hart uitwerkte (zoals beschreven in diens oorlogsdagboek), en aan minister M. Steenberghe voorlegde. Vanaf 1942 zou Philipse als lid van de Missie Steenberghe hieraan meewerken in Washington.
Philipse bevond zich in mei 1940 in Parijs als lid van een handelsmissie o.l.v. Lamping. Na de capitulatie van het Nederlandse leger werden de leden van de handelsmissie door de ministers E. van Kleffens en Ch. Welter gevraagd zich in Londen bij de Nederlandse regering in ballingschap te vervoegen. Te Londen ontwikkelde hij op het departement Handel, Nijverheid en Scheepvaart een ravitailleringsplan voor de herbevoorrading van naoorlogs Nederland, dat hij in juli 1940 samen met G. Hart uitwerkte (zoals beschreven in diens oorlogsdagboek), en aan minister M. Steenberghe voorlegde. Vanaf 1942 zou Philipse als lid van de Missie Steenberghe hieraan meewerken in Washington.


'''Ambassadeur'''
== Ambassadeur ==
 
Philipse werkte na de Tweede Wereldoorlog als handelsraad van de Nederlandse ambassade in Washington verder aan de herbevoorrading en wederopbouw van Nederland. Terug in Nederland werd hij benoemd tot chef directie Buitenlandse Dienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij bekleedde daarna drie ambassadeursposten: Luxemburg (1956-1960), Beiroet (1960-1964) en Caïro (1964-1966). In 1950 werd hij benoemd tot [[ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw]].
Philipse werkte na de Tweede Wereldoorlog als handelsraad van de Nederlandse ambassade in Washington verder aan de herbevoorrading en wederopbouw van Nederland. Terug in Nederland werd hij benoemd tot chef directie Buitenlandse Dienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij bekleedde daarna drie ambassadeursposten: Luxemburg (1956-1960), Beiroet (1960-1964) en Caïro (1964-1966). In 1950 werd hij benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
 
'''Zijn familie'''
 
Adriaan Hendrik Philipse stamde uit een familie van Zeeuwse juristen. Zijn vader, mr. Johan Antoni Philipse (1867-1947), was oud-bankdirecteur en kantonrechter, zijn moeder Eugenie Hooglandt (1873-1947) stamde via haar moeder af van de succesvolle handelsfamilie Bunge.
 
In 1929 trouwde hij met jkvr. Willemine Phoenicia Smissaert (1903-1986), dochter van jhr. mr. Henri Smissaert, directeur van de Algemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente, directeur van de Eerste Nederlandsche Verzekerings Maatschappij, en van jkvr. Pauline Boogaert. Zij was een nicht van kunstschilder Frans Smissaert. Zij kregen vijf kinderen.
 
'''''Bronnen'''''
 
<nowiki>*</nowiki> Nederland's Patriciaat, jaargang 68, 1984, blz. 237-239.


<nowiki>*</nowiki> Adriaan Philipse, dagboekaantekeningen'','' mei 1940–feb. 1942; Nationaal Archief 2.21.446 nr. 83.
== Zijn familie ==
Adriaan Hendrik Philipse stamde uit een familie van Zeeuwse juristen. Zijn vader, Johan Antoni Philipse (1867-1947), was oud-bankdirecteur en kantonrechter, zijn moeder Eugenie Hooglandt (1873-1947) stamde via haar moeder af van de succesvolle handelsfamilie Bunge.


<nowiki>*</nowiki> G.H.C. Hart, dagboek Londen mei 1940–mei 1941, ed. Albert Kersten, Martinus Nijhoff, 1967 (dbnl/Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie).
In 1929 trouwde hij met jonkvrouw Willemine Phoenicia Smissaert (1903-1986), dochter van jonkheer Henri Smissaert, directeur van de Algemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente, directeur van de Eerste Nederlandsche Verzekerings Maatschappij, en van jonkvrouw Pauline Boogaert.<ref>{{Citeer web |url=https://www.thepeerage.com/p64591.htm#i645906 |titel=The Peerage |bezochtdatum=2024-06-20 |werk=www.thepeerage.com}}</ref> Zij was een nicht van kunstschilder [[Frans Smissaert]]. Zij kregen vijf kinderen.{{Appendix|2=
* Nederland's Patriciaat, jaargang 68, 1984, blz. 237-239.
* [https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.21.446/invnr/%40K~83 Adriaan Philipse, dagboekaantekeningen'','' mei 1940–feb. 1942; Nationaal Archief 2.21.446 nr. 83.]
* G.H.C. Hart, dagboek Londen mei 1940–mei 1941, ed. Albert Kersten, Martinus Nijhoff, 1967 (dbnl/Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie).
----
{{References}}
}}
{{Bibliografische informatie}}
{{DEFAULTSORT:Philipse, Adriaan Hendrik}}
[[Categorie:Nederlands diplomaat]]

Versie van 4 jul 2024 04:11

Adriaan Hendrik Philipse (Den Haag, 21 juli 1901-Wassenaar, 18 juni 1967) was een Nederlandse diplomaat.

In de diplomatieke dienst

Na zijn schooljaren aan het Gymnasium Haganum en zijn studie in Leiden, met proefschrift over de Volkenbond, werd hij in 1929 als jongste attaché uitgezonden naar het gezantschap in Kopenhagen. In 1931 keerde hij met zijn gezin terug naar Den Haag. In 1933 vroeg en kreeg hij eervol ontslag bij Buitenlandse Zaken en werd hij referendaris bij Economische Zaken/Handel, Nijverheid en Scheepvaart. Hij nam in de jaren voor de oorlog deel aan verschillende internationale handelsmissies onder leiding van H. Hirschfeld, A. Lamping en G. Hart.

In de Tweede Wereldoorlog

Philipse bevond zich in mei 1940 in Parijs als lid van een handelsmissie o.l.v. Lamping. Na de capitulatie van het Nederlandse leger werden de leden van de handelsmissie door de ministers E. van Kleffens en Ch. Welter gevraagd zich in Londen bij de Nederlandse regering in ballingschap te vervoegen. Te Londen ontwikkelde hij op het departement Handel, Nijverheid en Scheepvaart een ravitailleringsplan voor de herbevoorrading van naoorlogs Nederland, dat hij in juli 1940 samen met G. Hart uitwerkte (zoals beschreven in diens oorlogsdagboek), en aan minister M. Steenberghe voorlegde. Vanaf 1942 zou Philipse als lid van de Missie Steenberghe hieraan meewerken in Washington.

Ambassadeur

Philipse werkte na de Tweede Wereldoorlog als handelsraad van de Nederlandse ambassade in Washington verder aan de herbevoorrading en wederopbouw van Nederland. Terug in Nederland werd hij benoemd tot chef directie Buitenlandse Dienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij bekleedde daarna drie ambassadeursposten: Luxemburg (1956-1960), Beiroet (1960-1964) en Caïro (1964-1966). In 1950 werd hij benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Zijn familie

Adriaan Hendrik Philipse stamde uit een familie van Zeeuwse juristen. Zijn vader, Johan Antoni Philipse (1867-1947), was oud-bankdirecteur en kantonrechter, zijn moeder Eugenie Hooglandt (1873-1947) stamde via haar moeder af van de succesvolle handelsfamilie Bunge.

In 1929 trouwde hij met jonkvrouw Willemine Phoenicia Smissaert (1903-1986), dochter van jonkheer Henri Smissaert, directeur van de Algemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente, directeur van de Eerste Nederlandsche Verzekerings Maatschappij, en van jonkvrouw Pauline Boogaert.[1] Zij was een nicht van kunstschilder Frans Smissaert. Zij kregen vijf kinderen.

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º The Peerage. www.thepeerage.com Geraadpleegd op 2024-06-20
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow