Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Ogentest: verschil tussen versies
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Ogentest&direction=next&oldid=45314200 194.26.32.25 12 nov 2015) |
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Ogentest&oldid=45318176) |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
Als een kind 3 jaar is krijgt hij een uitnodiging voor het consultatiebureau. Tijdens deze afspraak wordt o.a. de ogentest (ook wel visustest) gedaan. | |||
'' | Een kind vindt het vaak heel spannend om een ogentest te doen. Hij krijgt een 'gek' brilletje op en moet iets doen wat hij nog nooit heeft gedaan. Het voelt daarom heel fijn voor een kind om bij de ouder op schoot te zitten. | ||
Het kan heel handig zijn om thuis al een keer de plaatjes geoefend te hebben, zodat het kind de plaatjes herkent, dat geeft zelfvertrouwen. De plaatjes zijn te vinden in het groeiboekje, maar ook op internet zijn ze te vinden (ogentest consultatiebureau). | |||
===Hoe gaat het in z'n werk?=== | |||
- De Amsterdamse Plaatjeskaart wordt gebruikt en hangt op 3 of 5 meter afstand aan de muur | |||
- Het kind krijgt een brilletje op, het rechteroog wordt als eerste afgedekt | |||
- De arts of de verpleegkundige wijst de plaatjes aan, van boven naar beneden | |||
- Het kind benoemt de plaatjes. Lukt het niet om de plaatjes te benoemen, dan mag hij ze ook aanwijzen in het groeiboekje of op het papier | |||
- Vervolgens wordt het linkeroog getest | |||
Het is belangrijk dat een kind met beide ogen evenveel kan zien. Is er verschil tussen het linker- en rechteroog, of lijkt een kind niet goed te kunnen zien dan wordt de ogentest na een maand nog een keer herhaald. Is het bij de herhaling van de test nog niet voldoende, dan wordt een kind doorverwezen naar de huisarts. | |||
Soms is het na de eerste keer al duidelijk dat er iets aan de hand is, dan wordt er meteen verwezen. | |||
Het | Het gebeurt regelmatig dat een kind geen zin heeft om mee te werken aan het onderzoek. Misschien vindt hij het erg spannend, is hij moe of is hij afgeleid. In dat geval wordt er gewoon een nieuwe afspraak gemaakt en doen we de test later gewoon nog een keer. Vaak gaat het de tweede keer beter, omdat een kind dan al weet wat hem te wachten staat. | ||
{{Wikidata|}} | |||
{{DEFAULTSORT:}} | |||
[[Categorie:]] | |||
[[Categorie:]] |
Versie van 28 nov 2015 13:19
Als een kind 3 jaar is krijgt hij een uitnodiging voor het consultatiebureau. Tijdens deze afspraak wordt o.a. de ogentest (ook wel visustest) gedaan.
Een kind vindt het vaak heel spannend om een ogentest te doen. Hij krijgt een 'gek' brilletje op en moet iets doen wat hij nog nooit heeft gedaan. Het voelt daarom heel fijn voor een kind om bij de ouder op schoot te zitten. Het kan heel handig zijn om thuis al een keer de plaatjes geoefend te hebben, zodat het kind de plaatjes herkent, dat geeft zelfvertrouwen. De plaatjes zijn te vinden in het groeiboekje, maar ook op internet zijn ze te vinden (ogentest consultatiebureau).
Hoe gaat het in z'n werk?
- De Amsterdamse Plaatjeskaart wordt gebruikt en hangt op 3 of 5 meter afstand aan de muur - Het kind krijgt een brilletje op, het rechteroog wordt als eerste afgedekt - De arts of de verpleegkundige wijst de plaatjes aan, van boven naar beneden - Het kind benoemt de plaatjes. Lukt het niet om de plaatjes te benoemen, dan mag hij ze ook aanwijzen in het groeiboekje of op het papier - Vervolgens wordt het linkeroog getest
Het is belangrijk dat een kind met beide ogen evenveel kan zien. Is er verschil tussen het linker- en rechteroog, of lijkt een kind niet goed te kunnen zien dan wordt de ogentest na een maand nog een keer herhaald. Is het bij de herhaling van de test nog niet voldoende, dan wordt een kind doorverwezen naar de huisarts.
Soms is het na de eerste keer al duidelijk dat er iets aan de hand is, dan wordt er meteen verwezen.
Het gebeurt regelmatig dat een kind geen zin heeft om mee te werken aan het onderzoek. Misschien vindt hij het erg spannend, is hij moe of is hij afgeleid. In dat geval wordt er gewoon een nieuwe afspraak gemaakt en doen we de test later gewoon nog een keer. Vaak gaat het de tweede keer beter, omdat een kind dan al weet wat hem te wachten staat.
[[Categorie:]]
[[Categorie:]]