Konstgenoot

In de 18de eeuw waren konstgenoten veelal wetenschappers die de 'konst' van de sterrenkunde beoefenden. In verschillende steden in de provincies Zeeland, Holland en Friesland was een ruime groep astronomieliefhebbers actief dewelke op verschillende vlakken bijdragen leverden aan de opkomende wetenschappelijk onderbouwde sterrenkunde.

De eerste echte volksastronomen

Doordat de meesten onder hen geen academische opleiding hadden genoten maar op bepaalde wijze via hun beroepen wel een band hadden met meten, wiskunde of visuele oriëntatie, werden deze lieden in de geschiedenislijn van de astronomie weinig geciteerd.

Hun beperkte publicaties waren bijna altijd in het Nederlands. De konstgenoten kwamen vaak samen om onder mekaar informeel informatie uit te wisselen.

Op twee interessante vlakken werden bijdragen geleverd: Kometen en hun periodiciteit (bv. Komeet van Halley 1758) en de berekening van de zonneparallax waaruit de afstand tussen aarde en zon kon berekend worden (de AE of astronomische eenheid)

Heden zijn de konstgenoten of amateurastronomen nog steeds actief in de vele volkssterrenwachten die België en Nederland tellen. Hun doel is de sterrenkunde dichter bij het grote publiek te brengen en de interesse voor deze alomvattende wetenschap aan te wakkeren bij de jeugd.

• H. J. Zuidervaart, Van 'konstgenoten' en hemelse fenomenen. Nederlandse sterrenkunde in de achttiende eeuw Dissertatie Utrecht 1999