Gebruiker:Hold The Line/electronicabuis

Te vertalen, verwerken. https://de.wikipedia.org/w/index.php?title=Elektronenr%C3%B6hre&oldid=175075041

Een electronicabuis of een vacuumbuis, ook vaak afgekort tot buis is een actief electronisch component. Het is een vacuum getrokken buis met daarin electrodes, die gemaakt kan zijn van glas, keramiek of metaal. De simpelste vorm is een diode, met daarin een verhitte kathode en een anode. Buizen zijn geschikt om mee stroom gelijk te richten, signalen te versterken of om als zendbui te fungeren. Ook zijn er andere toepassingen zoals magnetronbuizen en beeldbuizen.

Werking en teopassing

De principewerking is als volgt: Uit de verwarmde kathode komen negatief geladen deeltjes vrij die door een opgebouwd elektrisch veld zich richting anode begeven en met de stuurroosters tussen de kathode en de anode worden deze velden beïnvloed. Totdat de transistoren hun intrede deden waren electronicabuizen de enige active componenten naast een relais. Deze hadden echter als begrenzing hun traagheid en het feit dat ze slechts de stand aan en uit kennen. Door de zeer lage massa van electronen kunnen buizen echter wel hoge snelheden bereiken en zijn daardoor geschikt voor hoge frequenties.

Heden ten dagen worden buizen nog steeds gebruikt in magnetrons, als zendbuis en tot voor kort als beeldbuis. Ook worden buizen nog steeds gebruikt in gitaar- en basversterkers vanwege hun robuuste karakter, hun klankeigenschappen en hun vaak karakteristieke klank. Ook in sommige high-end versterkers worden buizen gebruikt hoewel een buizenversterker niet per definitie superieur is aan een transistor versterker. Veel van dit soort versterkers worden heden ten dage in China geproduceerd en voor lage prijzen aangeboden via Chineese veiling sites. Hiernaast zijn er ook zeer dure exemplaren te koop zoals bijvoorbeeld van de firma quad.

Buizen worden nog steeds in vele landen geproduceerd zoals Rusland, China, Tsjechië en hiernaast zijn er nog grote partijen ongebruikte buizen in omloop, z.g. New Old Stock (NOS) buizen. Vaak zijn deze van militaire oorsprong.

Aus der Glühkathode treten negativ geladene Elementarteilchen als freie Elektronen aus und werden durch die Wirkung eines elektrischen Feldes zur Anode bewegt. Dieser Elektronenstrom lässt sich durch ein Steuergitter zwischen Kathode und Anode beeinflussen, denn durch unterschiedliche Gitterspannungen bzw. elektrische Felder wird der Elektronenfluss stärker oder geringer gehemmt. Darauf beruht die Verwendung der Elektronenröhre als Verstärker oder Oszillator.

Elektronenröhren waren bis zur Einführung des Transistors die einzigen schnellen aktiven (steuerbaren) Bauelemente der Elektronik. Bis dahin standen als aktives Zweitor lediglich Transduktoren und Relais zur Verfügung, wobei Letztere nur zwei Zustände (ein/aus) kannten und ihre Schaltgeschwindigkeit durch die bewegte Masse begrenzt war. Elektronen weisen eine weitaus geringere Masse auf, daher können mit ihrer Hilfe weitaus höhere Frequenzen verarbeitet werden.

Je nach Röhrentyp kann ein Gas niedrigen Drucks enthalten sein, das eine zusätzliche Ionenleitung bewirkt und die Wirkung der Raumladung kompensiert.

Auch heute sind auf vielen Gebieten noch Röhren im Einsatz. Starke Sendeanlagen werden mit Elektronenröhren betrieben, Magnetrons werden in Radaranlagen und Mikrowellenherden eingesetzt. Ältere Fernsehgeräte und Computermonitore verwenden Kathodenstrahlröhren. Als Audioverstärker werden im High-End-Bereich ebenfalls noch Röhrenverstärker verwendet. Auch viele E-Gitarristen und -Bassisten schätzen den charakteristischen Klang eines Röhrenverstärkers. Fluoreszenzanzeigen dienen zur optischen Signalisierung von Gerätezuständen von Geräten wie CD-Spielern, Videorekordern und so weiter, werden aber immer mehr durch Flüssigkristallanzeigen und organische Leuchtdioden verdrängt.

Etliche Röhrentypen mit entsprechender Nachfrage werden noch heute vorwiegend in Russland und China produziert. Einige sind auch noch aus alten (militärischen) Ersatzteilbeständen (New Old Stock) verfügbar.