Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Stad van David

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Stad van David (Hebreeuws: עיר דוד; Arabisch: مدينة داوود) is de aanduiding van een archeologische site in Jeruzalem. Deze ligt naast de zuid-oostelijke hoek van de muren van de Oude Stad van Jeruzalem, in de wijk Silwan die tot Oost-Jeruzalem behoort. De gevonden structuren op de site behoorden volgens de opgravers tot het paleis van koning David, maar deze identificatie is omstreden. De site omvat ook de Siloamvijver en de watertunnel die werd gebouwd door koning Hizkia. De site is omgeven met veel controverse, gerelateerd aan het Arabisch-Israëlisch conflict, in het bijzonder de aanspraak die beide zijden in het conflict maken op Jeruzalem en de tempelberg. Het archeologisch nationaal park op de site is een veelbezochte toeristische trekpleister.

Opgravingen

Volgens de Hebreeuwse Bijbel is de "stad van David" (עיר דוד) het deel van Jeruzalem dat door koning David veroverd werd en waar hij zijn paleis bouwde (2 Sam. 5:7-9). De burcht wordt ook wel aangeduid met de benaming Sion. Archeologisch onderzoek door C. Warren (1867-1870) en M.B. Parker (1909-1911) leidden tot de conclusie dat de "stad van David" ten zuiden of zuidoosten van de tempelberg gelegen moest hebben. De belangrijkste vondst in deze periode was de Siloaminscriptie, gevonden in de watertunnel die volgens de Bijbel door koning Hizkia is gebouwd.

Kort na de annexatie van Oost-Jeruzalem in de zesdaagse oorlog werden voor het eerst op grotere schaal opgravingen verricht op de site, aangestuurd door het Israëlische ministerie van oudheden. Van 1968 tot 1978 stonden deze onder leiding van Benjamin Mazar, die zich vooral richtte op het gebied net ten zuiden van de tempelberg. In de jaren '60 verrichte ook Kathleen Kenyon er opgravingen. In 1974 werd de site opengesteld voor publiek als een archeologisch nationaal park.

Halverwege het eerste decennium van de 21e eeuw verkreeg de Joodse organisatie El'ad een licentie van het Israëlische ministerie van oudheden om opgravingen te verrichten en het archeologisch park te onderhouden. Sindsdien worden er nieuwe opgravingen verricht op de site, die daartoe telkens wordt uitgebreid. De opgravingen staan onder leiding van Eilat Mazar (kleindochter van Benjamin Mazar). Zij vond er een grote stenen structuur en beweert dat dit het paleis van koning David is. Sindsdien wordt de naam "stad van David" nadrukkelijker gebruikt als benaming van de site en in de promotie van het archeologisch park. De identificatie is echter betwist; volgens Finkelstein en anderen moet de structuur in een latere periode worden gedateerd (p. 157) en is Mazars identificatie mede ingegeven door een te kritiekloze verbinding tussen de Hebreeuwse Bijbel en de archeologie (p. 160-161).

Controverse

Vanwege de gevoeligheid van de plaats - de tempelberg is voor zowel joden als moslims een heilige plaats - en de daarmee verbonden Joodse en Arabische aanspraken op de Jeruzalem (in het bijzonder de tempelberg) zijn de opgravingen met controverse omgeven. Een belangrijke bron voor de controverse die in de 21e eeuw aan de site verbonden is, is de licentieverlening aan El'ad, aangezien deze organisatie zich ten doel heeft gesteld de Joodse aanspraken op Silwan te onderbouwen, enerzijds door met behulp van de archeologie de historische band van Silwan met Jeruzalem aan te tonen, anderzijds door de aanwezigheid van Joodse kolonisten in de wijk te bevorderen, al dan niet op legale wijze (Selimovic en Strömbom, 195-196). De controverse richt zich op twee thema's. Ten eerste wijzen critici erop dat de opgravingen plaatsvinden om Joodse aanspraken op Jeruzalem te ondersteunen en daarom niet waardevrij zijn. Van Palestijnse zijde verwijt men de opgravers onvoldoende aandacht te geven aan vondsten uit de Arabische periode en de Omajjadische fundamenten van de rotskoepel aan te tasten, wat door de opgravers zelf wordt tegengesproken. Ten tweede zijn er vanaf halverwege de 21e eeuw in verschillende fasen huizen van Palestijnen geconfisqueerd om plaats te maken voor uitbreiding van de site en het bijbehorende nationaal park.[1] De controverse rond de opgravingen heeft in de 21e eeuw verschillende malen geleid tot onlusten in de wijk Silwan.

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Stad van David op Wikimedia Commons.

rel=nofollow

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  • (en) City of David
  • (en) Israel Finkelstein e.a., "Has King David's Palace in Jerusalem Been Found?," Tel Aviv 34 (2007), 142-164.
  • (en) Michael Jordan, "Elad in Silwan," Palestine-Israel Journal of Politics, Economics & Culture 15/4-16/1 (2008), 126-130.
  • (en) Johanna Mannergren Selimovic en Lisa Strömbom, "Whose Place? Emplaced Narratives and the Politics of Belonging in East Jerusalem's Contested Neighbourhood of Silwan," Space and Polity 19/2 (2015), 191-205.
  • (en) Eilat Mazar, Did I Find King David's Palace? Biblical Archaeology Review
  1. º Selimovic en Strömbom geven aan verschillende bronnen in dit verband afwijkende aantallen noemen en dat het daarom moeilijk is vast te stellen om hoeveel huizen het daadwerkelijk gaat, dat sinds 2006 in verschillende fasen huizen zijn geconfisqueerd en gesloopt staat volgens hen echter vast (p.195).
rel=nofollow
rel=nofollow
31°46′25″N, 35°14′8″E
rel=nofollow