Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Ner tamid

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De ner tamid of neer tamied[1] (Hebreeuws: נֵר תָּמִיד‎) is een eeuwig brandende lamp in een synagoge.

De lamp bevindt zich gewoonlijk in een lampenhouder die aan het plafond hangt. Vroeger was de ner tamid een olielamp. Het werd als een verdienstelijk werk beschouwd wanneer men financiële bijdragen kon leveren om het licht brandend te houden. Vandaag bestaat de ner tamid ook vaak uit een elektrische gloeilamp. De lampenhouder en de kettingen waaraan deze is bevestigd, zijn vaak uit een edelmetaal gemaakt.

De ner tamid in de synagoge is een symbolische herinnering aan de menora die voortdurend in de tempel van Jeruzalem brandde (zie Exodus 27:20 en Leviticus 24:2), aangezien de synagoge wordt gezien als een geestelijke voortzetting van de grotere tempel. (De synagoge wordt „een klein heiligdom” genoemd in Megilla 29a). Oorspronkelijk bevond de ner tamid zich in een nis aan de westelijke muur van de synagoge, als herinnering aan de plaats waar de menora in de tempel stond. Later werd ze voor de aron hakodesj geplaatst, de schrijn die de schriftrollen bevat. In vele Oost-Europese houten synagogen werd de ner tamid in een stenen nis geplaatst, aangezien voortdurend brandgevaar bestond. In de Talmoed wordt de ner tamid als een symbool gezien van Gods aanwezigheid bij het Volk Israël (Sjabbat 22b) of als het geestelijke licht dat uit de tempel straalde.

Flavius Josephus citeerde een beschrijving van Hekataios van Abdera, volgens dewelke in het Allerheiligste van de door Zerubabel herbouwde tempel enkle een altaar en een kandelaar was opgesteld, beide gemaakt uit goud, twee talenten zwaar.

„… hierop bevindt zich een licht, dat nooit wordt gedoofd, niet overdag en niet ’s nachts.[2]

Literatuur

  • Encyclopaedia Judaica, deel 12, p. 965.
  • Louis Loeb-Larocque, Ewig-Licht-Ampel (jüdisch), in: Reallexikon zur Deutschen Kunstgeschichte, deel 6, 1970, kol. 639-648

Zie ook

Verwijzingen

rel=nofollow