Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hatespeech

Uit Wikisage
(Doorverwezen vanaf Haat zaaien)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Haatzaaien is het met woord of daad aanzetten tot haat jegens een individu of bevolkingsgroep, bijvoorbeeld op grond van ras, geslacht, leeftijd, land van herkomst, godsdienst, seksuele voorkeur, handicap, taalvaardigheid, levensbeschouwing, politieke overtuiging, sociaal-economische klasse, beroep, uiterlijk en dergelijke. De term heeft betrekking op geschreven en gesproken tekst en andere uitingen zoals spotprenten en op bepaalde gedragingen in het openbaar. Haatzaaien wordt in de meeste Europese landen opgevat als misbruik van de vrijheid van meningsuiting, een vrijheid die daar dan ook niet absoluut is. De Nederlandse Grondwet bijvoorbeeld garandeert een vrijheid van meningsuiting "behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet". In de Verenigde Staten daarentegen wordt de grondwettelijke (eerste amendement) vrijheid van meningsuiting wél als absoluut opgevat en zijn wetten tegen haatzaaien dientengevolge ongrondwettig.

Verschil met belediging

In de inventariserende studie "Godslastering, discriminerende uitingen wegens godsdienst en haatuitingen" van Bas van Stokkom e.a. [1] wordt onderscheid gemaakt tussen belediging en haatzaaien:

Beledigende uitlatingen hebben een andere logica dan haatzaaiende uitlatingen. De belediging is in eerste instantie afgestemd op het neerhalen van de status van de opponent (zijn of haar goede naam, reputatie, rang of stand). In het geval van haatzaaien daarentegen is niet de status van de tegenstrever in het geding, maar zijn bestaansrecht. Op haatsites wordt de tegenpartij dan ook geen meningsvrijheid gegund. Zij is niet alleen ‘minder’ of ‘onder’ maar verdient überhaupt geen respect. Haat is dan ook niet ontvankelijk voor informatie die de tegenpartij van ‘schuld’ ontlast.

In de context van vrije meningsuiting geeft haatzaaien soms begripsverwarring tussen bedoelde (smalende, minachtende) beledigingen en onbedoelde beledigingen die het gevolg zijn van vrije en oprechte meningsvorming.

Wetboek van Strafrecht

In Nederland zijn de volgende artikelen in het Wetboek van Strafrecht gericht tegen smaad (art. 261), laster (art. 443-453), belediging, aanzetten tot haat en smalende godslastering:

  • Art. 137c: Hij die zich in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, opzettelijk beledigend uitlaat over een groep mensen wegens hun ras, hun godsdienst of levensovertuiging of hun hetero- of homoseksuele gerichtheid...
  • Art. 137d: Hij die in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, aanzet tot haat tegen of discriminatie van mensen of gewelddadig optreden tegen persoon of goed van mensen wegens hun ras, hun godsdienst of levensovertuiging, hun geslacht of hun hetero- of homoseksuele gerichtheid...
  • Art. 147-147a: Hij die zich in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, door smalende godslasteringen op voor godsdienstige gevoelens krenkende wijze uitlaat... (147.1)

"Recht op belediging"

Naar aanleiding van recente internationale reacties op islamkritiek en de moord op Theo van Gogh wegens vermeende beledigingen, ontbrandde er in Nederland een discussie over het zogenaamde recht op beledigen. Mag de vrijheid van meningsuiting worden ingeperkt - en de strafrechtelijke definitie van smalend taalgebruik worden uitgebreid - voor beledigingen, die niet als doel hebben beledigend te zijn maar dat bijvoorbeeld door lange tenen toch zijn? Belediging wegens een feit kan haatzaaien opleveren, belediging gezien een omstandigheid echter vooralsnog niet.

In een toespraak in Berlijn[2] verdedigde Ayaan Hirsi Ali dit recht met als argument dat zelfcensuur grote gevolgen kan hebben voor het democratisch bestel. Als antwoord hierop ontkende koningin Beatrix in de kersttoespraak van 2006 voor het Nederlandse volk dit recht, aangezien de vrijheid van meningsuiting volgens haar niet alleen door de wet wordt beperkt, maar ook door normen van moraal en beschaving. Vooralsnog lijkt de kwestie geen strafrechtelijke toepassing te vinden. Wellicht kan in de nabije toekomst een opvatting die vergelijkbaar is met de Duitse "Volksverhetzung" [3] uitkomst bieden.

Externe links

Referenties

  1. º Stokkum, van, B. e.a. Godslastering, discriminerende uitingen wegens godsdienst en haatuitingen. Een inventariserende studie, 2006
  2. º Bron: Ayaan Hirsi Ali - Toespraak gehouden in Berlijn op 9 februari 2006 [1]; opgehaald 28 december 2006
  3. º §130 Volksverhetzung in het Duitse strafwetboek
rel=nofollow