Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Arthur Stadelmaier

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Arthur Stadelmaier (Pforzheim, 4 november 1901Nijmegen, 17 mei 1981) was de oprichter van Atelier Stadelmaier. Decennialang vervaardigde het bedrijf kerkelijke gewaden voor priesters en bisschoppen in binnen- en buitenland. Beroemde klanten van Atelier Stadelmaier waren onder meer de pausen Paulus VI en Johannes Paulus II. Een in de jaren zestig ontwikkeld kazuifel voor de nieuwe liturgie werd met name in de Verenigde Staten een groot succes.

Biografie

Eind jaren twintig van de vorige eeuw vestigde Arthur Willi Stadelmaier zich met zijn vrouw Magdalena Glässner (1906-1989) in Nijmegen. Het echtpaar, gehuwd in 1928, was uitgezonden als Nederlandse vertegenwoordigers van het bedrijf Emil Metzner uit Neustadt (Opper-Silezië), een van de grotere Duitse paramentenfirma’s. In oktober 1930 begonnen de Stadelmaiers tegelijkertijd voor zichzelf: ze schreven zich in bij de Nijmeegse Kamer van Koophandel als atelier en verkoopkantoor voor paramenten en handwerkmaterialen op het adres Hazenkampseweg 83. Tussen 1930 en 1943 kregen ze twee zoons en twee dochters. De naturalisatie van het echtpaar volgde in 1939.

Naast eigen werk van Magdalena Glässner, die als borduurster was opgeleid door de ursulinen in Weistritz, voerde het Atelier voor Kerkelijke Gewaadkunst A.W. Stadelmaier ook ontwerpen uit van andere kunstenaars. In het najaar van 1934 verhuisde het bedrijf naar het grotere pand Sint-Annastraat 59. In 1936 trok Stadelmaier de jonge kunstenaar Wim van Woerkom aan als ontwerper. De samenwerking met hem zou een kwart eeuw duren.

In de oorlogsjaren moest het bedrijf zich vanwege het tekort aan stoffen noodgedwongen toeleggen op meer arbeidsintensief borduurwerk. Direct na de oorlog vond Stadelmaier een nieuw afzetgebied in het neutraal gebleven Zwitserland. Omdat hij daar ook voor andere paramentenateliers materialen inkocht en Zwitserse valuta binnenbracht stelde de regering hem zelfs een auto ter beschikking. Later leverde hij ook weer kazuifels en paramenten aan parochies in Nederland. Een bijzondere opdracht betrof de kapellen aan boord van grote passagiersschepen, zoals de Nieuw-Amsterdam (1946) en de Statendam (1957). Omdat het aantal medewerkers bleef toenemen, betrok de firma op 13 juni 1953 een veel groter pand, het oude woonhuis van de familie Dreesmann aan de Oranjesingel 65. In 1955 trok Stadelmaier de aandacht met een wandkleed voorstellend St. Stefanus, keizer Trajanus en Karel de Grote, naar ontwerp van Van Woerkom. Burgemeester Charles Hustinx bood het paus Pius XII aan als geschenk van katholiek Nijmegen bij gelegenheid van het 1850-jarig stadsjubileum.

Van Woerkom zette duidelijk zijn stempel op het werk van het atelier, maar de invloed van Magdalena Glässner was substantieel. Zij was verantwoordelijk voor de omzetting van de aquarellen van Van Woerkom naar borduurwerk en zij bepaalde de toegepaste borduurtechnieken, kleuren en materialen. Kenmerkend voor het werk van Stadelmaier zijn figuren gevormd door grove, expressieve borduursteken over applicaties. De figuren zijn hoekig, met zwaar aangezette gelaatstrekken. Het kleurenpalet droeg bij aan de eigentijdse uitstraling.

Bekende geestelijken droegen paramenten van Stadelmaier: bisschop Bekkers (bij zijn wijding in 1957), kardinaal Alfrink (bij het Mariacongres in Nijmegen in 1958) maar ook de pausen Paulus VI en Johannes Paulus II. Eind jaren zestig ontwikkelde het atelier een bij de nieuwe liturgie passend effen kazuifel met een geborduurde stola over het gewaad heen. Dit parament werd in veel kerken, speciaal in de Verenigde Staten, gedragen. In 1977 droegen de grondleggers het bedrijf over aan hun zoon Ben (1934), die het samen met zijn vrouw Marianne Stadelmaier-van Baal tot een begrip maakte in binnen- en buitenland. In 1997 volgde kleinzoon Aart (1965) op. Financiële moeilijkheden leidden ertoe dat in 2010 het doek viel voor dit gerenommeerde atelier.[1]

Literatuur

  • Marike van Roon, Goud, zilver en zijde. Katholieke textiel in Nederland 1830-1965, Zutphen 2010
  • G. Lemmens en M. Schrover (red.), Traditie en mode in de paramentiek. Tentoonstelling naar aanleiding van het 60-jarig bestaan van het Atelier Stadelmaier te Nijmegen, Nijmegen 1991; B.K.P.
  • Stadelmaier, ‘Geschiedenis van een paramentenmaker. Het atelier Stadelmaier te Nijmegen (1930-1990)’, in: A.J. de Graaf en G.J.S.N. Stam (red.), Kerkelijke textiel. Textieldag gehouden op 18 april 1991. Rijksmuseum Catherijneconvent te Utrecht, Utrecht 1992.

Noten

  1. º Nijmeegse biografieën deel 3, Numaga 60 (2013), pp.132-133.
rel=nofollow