Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Willy Van Ryckeghem: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Versie 328974 ongedaan gemaakt)
Label: Ongedaan maken
(Aanvulling uit https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Willy_van_Rijckeghem&oldid=60217325 23 okt 2021 89.109.126.160)
Regel 1: Regel 1:
'''Willy Van Ryckeghem''', ook gespeld als Willy Van Rijckeghem, is een [[België|Belgisch]] [[Postkeynesiaanse economie|post-keynesiaanse econoom]], die nu op [[Madeira (eiland)|Madeira]] woont.
{{wiu|1=|2=2021|3=09|4=29}}
'''Willy Gustaaf Joseph van Rijckeghem'''<ref>[https://www.academia.edu/35557116/DE_RYCKEGHEM_SAGA De Ryckeghem saga] {{Pdf}}</ref> (ook geschreven als Willy van Ryckeghem) ([[Gent]], [[15 januari]] [[1935]]) is een [[België|Belgisch]] [[econoom]].<ref>{{Citeer web|url=https://openlibrary.org/authors/OL6804221A/WILLY_van_Ryckeghem|titel=WILLY van Ryckeghem|bezochtdatum=2021-09-29|werk=OpenLibrary.org|taal=en}}</ref>


== Levensloop ==
== Leerjaren ==
Van Ryckeghem studeerde in Gent, Kopenhagen en Parijs en promoveerde op zesentwintigjarige leeftijd met de grootste onderscheiding tot doctor in de economische wetenschappen onder leiding van prof. dr. [[André Devreker]]. Hij was de eerste die in zijn proefschrift de Keynesiaanse analyse-methode gebruikte voor het groeiproces in een [[open economie]], toegepast op [[Denemarken]] sinds 1870. Hij toonde aan dat terwijl op korte termijn een handelsoverschot stimulerend kan werken op de economie, eens dat volledige tewerkstelling is bereikt, de groeivoet op langere termijn bevorderd kan worden door een tekort op de [[handelsbalans]]. In zijn bijstelling legde hij een analytisch verband tussen buitenlandse handel en de inkomensverdeling tussen arbeid en kapitaal, een problematiek die pas vijftig jaar later actueel zou worden. Hij was sterk beïnvloed door de Deense economen [[Hans Brems]] en [[Erling Olsen]]. Onder leiding van deze laatste publiceerde hij reeds in 1959 een studie over de Betekenis van de [[Gemeenschappelijke markt]] voor de Deense Landbouwexport. Denemarken zou echter wachten tot 1973 om toe treden tot de [[EEG]].
Van Rijckeghem studeerde economie aan de Hogere School voor Handels- en Economische Wetenschappen (HSHEW) van 1954 tot 1958. Hij promoveerde tot Licentiaat in de Economische Wetenschappen met een scriptie over De Meting van het Publiciteitseffect die later zijn eerste publicatie werd. Hij studeerde verder aan de Universiteit van Kopenhagen onder leiding van Erling Olsen en promoveerde in 1959 met een scriptie over De Betekenis van de E.E.G. voor de Economische Groei van Denemarken. Na zijn terugkeer naar Gent begon hij onder leiding van Professor [[Andre Devreker]] aan een proefschrift gewijd aan Economische Groei en Buitenlandse Handel. Hij promoveerde tot doctor in de Economische Wetenschappen in 1961 met de Grootste Onderscheiding. Daarna bracht hij nog tijd door aan de Ecole Pratique des Hautes Etudes te Parijs onder leiding van Edmond Malinvaud en aan de Universiteit van Oslo onder leiding van Nobelprijswinnar Ragnar Frisch.  


In een bijdrage gepubliceerd in augustus 1966 in ''Economia Internazionale'' publiceerde hij een Keynesiaanse [[multipliereffect|multiplier]] voor het geval dat de overheid met een [[fiscaal beleid]] de handelsbalans in evenwicht wenst te houden. Hetzelfde jaar publiceerde hij in de ''Cahiers Economiques de Bruxelles'' (nu ''Brussels Economic Review'') een formule die de band legde tussen de handelsbalans en de groeivoet van het Bruto Nationaal Product. Een empirische test van deze formule concludeerde dat de Belgische handelsbalans normaal in evenwicht is bij een groeivoet van 3,5%. Hij ontving in 1967 de Tweejaarlijkse Prijs van de [[Vereniging voor economie]] voor een statistische en econometrische vergelijking van twee stelsels van nationale rekeningen ([[Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie|NIS]] en DULBEA). Zijn eerste publicaties in de ''Cahiers Economiques de Bruxelles'' trokken de aandacht van de D[[ULB]]EA economen en in 1968 werd hij op suggestie van [[Max Frank]] aangesteld tot docent van het vak ''Economische Analyse van de Fiscaliteit'' aan de toen nog unitaire universiteit ULB-VUB.
== Carrière ==
Van Rijckeghem werd in 1969 gelijktijdig benoemd aan de [[Universiteit Gent]] en aan de [[Vrije Universiteit Brussel]]. Hij koos voor deze laatste als fulltime opdracht, terwijl hij parttime doceerde te Gent. In 1973 werd hij reeds bevorderd tot gewoon hoogleraar aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij bestudeerde voornamelijk het internationaal inflatieprobleem dat de jaren zeventig kenmerkte. Hij verwierp het monetarisme van [[Milton Friedman]] en concentreerde zich op structurele factoren zoals de werking van de arbeidsmarkt en productiviteitsverschillen tussen beschermde en niet-beschermde sectoren.  


Van Ryckeghem doceerde aan de [[Universiteit Gent|RUG]] en de [[Vrije Universiteit Brussel|VUB]] tot 1982. Aan de RUG was hij aanvankelijk verbonden aan het Seminarie voor Statistiek als leerling-assistent van prof. [[André de Ridder (auteur)|Andre de Ridder]] en daarna als assistent en werkleider bij prof. [[Hein Picard]]. In 1969 werd hij aan de RUG de eerste titularis van de discipline [[econometrie]]. Na de splitsing in 1969 van de ULB-VUB en de oprichting van een autonome VUB kreeg hij de kans een curriculum op te stellen voor de Faculteit Economie. Hij bedeelde zichzelf met de vakken ''Problemen van [[Economische groei]] en Stabiliteit'' en ''Technieken van Macro-Economische Programmering''. Hij werd gewoon hoogleraar aan de VUB in 1973 waar hij ondertussen het ''Centre for Econometrics and Management Science'' (CEMS) had opgericht. Hij behoorde tot de eerste generatie die intensief computers gebruikte voor economisch onderzoek en maakte deel uit van de computercomissies aan de RUG en de VUB. Hij nam ontslag samen met de andere leden van de computercommissie van de RUG wanneer de beheerraad van de universiteit zwichtte voor overheidsdruk bij de keuze van een nieuwe computer voor haar [[rekencentrum]].
Zijn werk "Een econometrische studie van het dynamisch verband tussen inflatie en werkloosheid: een internationale vergelijking" werd bekroond in 1972 met de [[Fernand Collin]]-prijs voor Recht van de [[Universitaire Stichting]].<ref>{{Citeer web|url=https://www.universitairestichting.be/nl/content/de-prijs-fernand-collin-voor-recht|titel=De prijs Fernand Collin voor Recht {{!}} Universitaire Stichting|bezochtdatum=2021-09-29|werk=Universitaire Stichting}}</ref> In 1976 publiceerde hij in samenwerking met de Britse econoom [[Geoffrey Maynard]] zijn hoofdwerk ''A World of Inflation'' dat terzelfdertijd in Engeland en de Verenigde Staten werd uitgegeven.  


Hij werkte nauw samen met de Britse econoom [[Geoffrey Maynard]] met wie hij o.m. ''A World of Inflation'' publiceerde in 1976, een internationale studie van [[inflatie]] waarvoor hij in 1972 al de [[Fernand Collin]]-Prijs van de [[Universitaire Stichting]] had ontvangen. In deze studie zetten zij zich af tegen het [[monetarisme]] dat in de jaren 1970 opgang maakte, en gaven voorrang aan structurele factoren om inflatieverschillen te verklaren, zoals de werking van de [[arbeidsmarkt]] en [[Productiviteit (economie)|productiviteitsverschillen]]. In 1980 werd hij uitgenodigd door Andrea Boltho om het hoofdstuk te schrijven over de [[Lage Landen]] voor het boek ''The European Economy'' dat later gepubliceerd werd door de [[Oxford University Press]]. In deze bijdrage die de ganse na-oorlogse periode bestrijkt onderscheidt hij drie fasen, in de eerste fase van 1948 tot 1960, behandelt hij de leerperiode van economische integratie binnen [[Benelux]]; in de tweede fase van 1960 tot 1973 ontleedt hij de positieve impact van economische integratie binnen de [[Gemeenschappelijke markt]], en ten slotte in de derde fase beschrijft hij de duurzame schade berokkend door de schok veroorzaakt door de energiecrisis.
Parallel met zijn academische loopbaan was hij ook actief in de internationale consumentenbeweging waarvan hij voorzitter was van 1975 tot 1978. Na zijn emeritaat begeleidde hij nog de oprichting van de consumentenorganisatie Pro Teste in Rio de Janeiro die nu de grootste is van Latijns Amerika.


Van Ryckeghem werkte actief mee aan verschillende Vlaams Wetenschappelijk Economische Congressen en was voorzitter van het VI-de Congres dat gewijd was aan inkomens- en vermogensverdeling. Hij werd in 1973 voorzitter van de [[Koninklijke Belgische Vereniging voor Statistiek]] en sprak op 14 november 1974 de academische redevoering uit bij de officiële herdenking van het honderdjarige overlijden van [[Adolphe Quetelet]]. Hij was ook lid van de Hoge Raad voor de Statistiek en de Nationale Raad voor Wetenschapsbeleid.
In 1982 verliet hij de academische wereld om een opdracht te aanvaarden bij de [[Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank|Inter-Amerikaanse Ontwikkelingbank]] te Washington, waar hij gedurende zeven jaar de afdeling landenstudies leidde. Hij was ook adviseur van de overheden van Argentinie, Brazilie, Portugal en Marokko.


Als Belgisch lid van de Nederlandse [[Studiekring Post-Keynesiaanse Economie]] leverde hij bijdragen aan het Jaarboek 1981 gewijd aan ''De pluriforme economische macht'' en verzorgde de redactie van het Jaarboek 1983 gewijd aan ''Macro Economie en Politiek ''. In 1976 leidde hij op verzoek van de Internationale Arbeidsorganisatie een tewerkstellingsmissie in [[Portugal]], waarvan de resultaten onder zijn redactie werden gepubliceerd in het kader van het World Employment Program onder de titel ''Employment and Basic Needs in Portugal''. In deze studie werd aangetoond dat een ontwikkelingsstrategie prioritair gericht op het voldoen van de basisbehoeften van de bevolking de meeste tewerkstelling schept, rekening houdend met de [[multipliereffect]]en hiervan. Hij nam ook deel aan de werkgroep Internationale [[Arbeidsverdeling]] in het kader van de Belgische [[ontwikkelingssamenwerking]] onder leiding van [[Robert Vandeputte]] en leidde in samenwerking met Jef Maton een landenstudie over de [[Philippijnen]].
== Persoonlijk ==
Van Rijckeghem is sinds 1063 getrouwd met Nicole Hacquaert en de vader van drie mooie dochters waaronder topmodel [[Patricia van Ryckeghem]].


Hij verliet België tijdelijk in 1982 om een opdracht te aanvaarden bij de [[Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank]] (IDB) in Washington, waar hij verantwoordelijk was voor de landenstudies en de jaarlijkse economische en sociale rapporten van de bank. In 1984 coördineerde hij voor de IDB een diepgaande studie over de impact van de [[Latijns-Amerikaanse schuldencrisis|schuldencrisis op de economie van Latijns Amerika]]. Hij presenteerde deze studie in 1985 op het Congres van de [[Latin American Studies Association]] (LASA) in Albuquerque. Hij wijdde ook een aantal publicaties aan de determinanten van [[Directe buitenlandse investeringen]] (FDI) in Latijns Amerika. In 1990 werd hij bevorderd tot deputy manager van de Bank die hij verliet in 1996. Hij had eerder al deelgenomen aan ontwikkelingsprojecten van Amerikaanse universiteiten in Argentinië ([[Harvard-universiteit]]), Brazilië ([[Universiteit van Californië - Berkeley|Universiteit van California-Berkeley]]) en Marokko ([[Universiteit van Michigan]]). Hij was gedurende een jaar gastprofessor voor internationale economie aan de [[University of North Carolina at Chapel Hill]] en is Honorary Fellow van de [[Belgian American Educational Foundation]].
==Publicaties==


In 2018 publiceerde hij het e-boek ''De [[Ryckeghem]] Saga'', een familiegeschiedenis die teruggaat tot de [[Vikingen|Viking]] Rikiwulf in de 9e eeuw. Hij is sinds 1963 getrouwd met Nicole Hacquaert en de vader van drie dochters, Anouk, Caroline en [[Patricia van Ryckeghem]].
* ''Why Inflation Rates Differ: A Critical Examination of the Structural Hypothesis'' (met G. Maynard) in: Helmut Frisch (editor), Inflation in Small Countries, Berlin 1976 ISBN 3-540-07624-7.
* ''Employment Problems and Policies in Developing Countries''. The Case of Morocco. (editor) Rotterdam University Press, 1976, ISBN 90 237 2272 8
* A ''World of Inflation'' (with G. Maynard) Batsford, London 1976 ISBN 7134 3068 0
* ''L`Histoire de Test-Achats.'' Editions Racine, Bruxelles, 2005, ISBN 2-87386-404-4


=== Consumentenorganisaties ===
== Referenties ==
Naast zijn loopbaan als econoom ontwikkelde hij een parallele activiteit als verdediger van consumentenbelangen. Dit begon toen hij werkte aan zijn [[Master (graad)|master]]-scriptie over de meting van het publiciteitseffect, en de doxagoog [[Louis Darms]] ontmoette die in november 1957 de consumentenorganisatie [[Test-Aankoop]] had opgericht en hem aanbood om onder-voorzitter te worden en verbruikerstandpunten te helpen formuleren. Zijn eerste bijdrage was een standpunt tegen verticale [[prijsbinding]], een toen nog veel voorkomende praktijk waarbij de fabrikant aan de detaillist een vaste verkoopprijs of een minimumverkoopprijs mocht opleggen. Deze praktijk zou later verboden worden door de Wet op Handelspraktijken. In 1968 volgde hij Jean Kufferath op als voorzitter van deze [[lobbygroep]] en speelde later ook een belangrijke rol in de internationale consumentenbeweging, die hij leidde van 1975 tot 1978. In die periode stimuleerde hij de oprichting van consumentenorganisaties in ontwikkelingslanden met de hulp van de Verbruikers-Unie Derde Wereld. Hij verdedigde de stelling dat om een tegengewicht te vormen tegen de [[multinationale onderneming]], de consumentenbeweging ook moest opereren als een multinational. Gedurende zijn mandaat werd aanvang gemaakt met de formulering van internationale richtlijnen voor consumentenbescherming. Deze werden uiteindelijk goedgekeurd door de Algemene Vergadering van de [[Verenigde Naties]] op 16 april 1985 als ''UN Guidelines on Consumer Protection''.
* [https://www.ugentmemorialis.be/catalog/000005575 UGent Memoralis], Universiteit Gent
* Gaston Eyskens: Het Land waarin wij werken. Standaard Wetenschappelijke Uitgeverij 1974, ISBN 90 02 12952
* Helmut Frisch: Inflation Theory 1963-75. A Second Generation Survey. Journal of Economic Literature 1977, Vol 15, no 4, pp. 1289-17
* Inter-American Development Bank : Economic and Social Progress in Latin America, 1985 Report ISSN 0095-2850
* Gisele Nath: Shaping Consumer Interests. Proefschrift voor het behalen van de Graad van doctor in de geschiedenis. Universiteit Gent 2016


Hij was ook vroeg actief in de milieuproblematiek en trad op als woordvoerder voor Test-Aankoop gedurende de polemiek die ontstond rond haar onderzoek van [[Watervervuiling|zeewatervervuiling]] in 1970. Samen met zijn collega's van het Seminarie voor Statistiek was hij de eerste die in 1971 een statistische analyse uitvoerde op de metingen van [[luchtvervuiling]] in Vlaanderen en Brussel. Gedurende de energiecrisis van 1973 vertolkte hij het consumentenstandpunt dat aandrong op energiebesparingen door de overheid. Wanneer in april 1974 een Overleg- en Controlecomitee voor de Petroleum werd opgericht suggereerde hij vergeefs dat de consumenten hierin zouden vertegenwoordigd zijn. In tegenstelling met de [[Groen (partij)|Groenen]] en [[Ralph Nader]] die de politieke weg opgingen, verzette hij zich echter uitdrukkelijk tegen de oprichting van een consumentenpartij. Hij drukte ook zijn twijfels uit tegen de oprichting van de [[Raad voor het Verbruik]] en het [[OIVO]] als overheidsinstellingen voor de bescherming van de consument. Hij was er van overtuigd dat een goed functionerende [[markteconomie]] voor de consument de beste resultaten oplevert en dat de overheid zich beter op deze taak zou toeleggen. Hij verdedigde deze opinie in het collectief project [[Het land waarin wij werken]] onder leiding van [[Gaston Eyskens]] waarvan de resultaten door [[De Standaard]] werden gepubliceerd in 1974. Vergelijkend warenonderzoek draagt volgens hem bij tot een grotere markt-transparentie en stimuleert de fabrikanten tot het verbeteren van de kwaliteit/prijs verhouding van hun producten en diensten. Hij steunde informatieve etikettering maar verzette zich tegen het toekennen van kwaliteitslabels aan producenten die er voor betalen. Hij steunde ook de beslissing van Minister van Economische Zaken [[Mark Eyskens]] om de Prijzencommissie af te schaffen, waarvan de beslissingen dikwijls leidden tot hogere prijzen in plaats van lagere prijzen. Hoewel legendarisch a-politiek, ontwikkelde hij een goede relatie met [[Karel van Miert]] en [[Freddy Willockx]] en schreef het hoofdstuk met prioriteiten voor een Europees consumentenbeleid in hun manifest ''Tussen Droom en Werkelijkheid'' voor de Eerste Europese Parlementsverkiezingen van juni 1979.
Hij maakte deel uit van de redactieraad van [[Trends (tijdschrift)|Trends]] (Roularta) en publiceerde regelmatig een column met verbruikersstandpunten. Hij was ook lid van de adviesraad van het [[Belgische Radio- en Televisieomroep|BRT]] televisie consumentenprogramma [[Wikken en Wegen]].
In 2005 publiceerde hij bij [[Editions Racine]] te Brussel ''L`Histoire de Test Achats'' waarin hij de opgang beschrijft van Test-Aankoop van consumentenblad tot de multinational [[Euroconsumers]] die vergelijkend warenonderzoek uitvoert op wereldschaal en de resultaten ervan publiceert in vijf verschillende landen, België, Brazilië, Italië, Portugal en Spanje. In Brazilië begeleidde hij na zijn emeritaat nog de consumentenorganisatie [[Pro Teste]], die in 2016 de belangrijkste consumentenorganisatie was van Latijns Amerika met meer dan 250.000 leden. In 2017 brak hij met de consumentenbeweging wanneer zij in zijn opinie te bedrijfs-vriendelijk werd.
'''PUBLICATIES'''
De Meting van het Publiciteitseffect, HSHEW, Gent 1960
A World of Inflation, met [[Geoffrey Maynard]], Batsford, London, 1976 ISBN 0713430680
Why Inflation Rates Differ, met [[Geoffrey Maynard]] in: ''Inflation in Small Countries'', Springer Verlag, Berlin, 1979 ISBN 3540076247
Employment Problems and Policies in Developing Countries, Rotterdam University Press, 1976 ISBN 9023722728
Simulatiemodellen van de Belgische Fiscaliteit, met R. Boelaert, Gent, 1977
Employment and Basic Needs in Portugal, International Labour Office, Geneva, 1979 ISBN 922102203-X
Macro-Economie en Politiek, met W. Driehuis, Rotterdam, 1983, ISBN 9014033451
External Debt: Crisis and Adjustment, Inter-American Development Bank, Washington DC, 1985 ISSN 00952850
The Transformation of Latin America : A Long-Term View, in : ''Global Change and Transformation'', Copenhagen, 1993, ISBN 8716132157
Domestic Policy Factors Influencing FDI Inflows in Latin America. In: W. Grabendorff, Ed. ''Foreign Direct Investment in Developing Countries. The Case of Latin America''. IRELA Madrid 1995
L`Histoire de Test Achats, [[Editions Racine]] 2005 ISBN 2873864044
{{authority control|TYPE=p|Wikidata=Q2624446 }}  
{{authority control|TYPE=p|Wikidata=Q2624446 }}  
{{DEFAULTSORT:Vanryckeghem, Willy}}
{{DEFAULTSORT:Vanryckeghem, Willy}}

Versie van 23 okt 2021 09:33

Willy Gustaaf Joseph van Rijckeghem[1] (ook geschreven als Willy van Ryckeghem) (Gent, 15 januari 1935) is een Belgisch econoom.[2]

Leerjaren

Van Rijckeghem studeerde economie aan de Hogere School voor Handels- en Economische Wetenschappen (HSHEW) van 1954 tot 1958. Hij promoveerde tot Licentiaat in de Economische Wetenschappen met een scriptie over De Meting van het Publiciteitseffect die later zijn eerste publicatie werd. Hij studeerde verder aan de Universiteit van Kopenhagen onder leiding van Erling Olsen en promoveerde in 1959 met een scriptie over De Betekenis van de E.E.G. voor de Economische Groei van Denemarken. Na zijn terugkeer naar Gent begon hij onder leiding van Professor Andre Devreker aan een proefschrift gewijd aan Economische Groei en Buitenlandse Handel. Hij promoveerde tot doctor in de Economische Wetenschappen in 1961 met de Grootste Onderscheiding. Daarna bracht hij nog tijd door aan de Ecole Pratique des Hautes Etudes te Parijs onder leiding van Edmond Malinvaud en aan de Universiteit van Oslo onder leiding van Nobelprijswinnar Ragnar Frisch.

Carrière

Van Rijckeghem werd in 1969 gelijktijdig benoemd aan de Universiteit Gent en aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij koos voor deze laatste als fulltime opdracht, terwijl hij parttime doceerde te Gent. In 1973 werd hij reeds bevorderd tot gewoon hoogleraar aan de Vrije Universiteit Brussel. Hij bestudeerde voornamelijk het internationaal inflatieprobleem dat de jaren zeventig kenmerkte. Hij verwierp het monetarisme van Milton Friedman en concentreerde zich op structurele factoren zoals de werking van de arbeidsmarkt en productiviteitsverschillen tussen beschermde en niet-beschermde sectoren.

Zijn werk "Een econometrische studie van het dynamisch verband tussen inflatie en werkloosheid: een internationale vergelijking" werd bekroond in 1972 met de Fernand Collin-prijs voor Recht van de Universitaire Stichting.[3] In 1976 publiceerde hij in samenwerking met de Britse econoom Geoffrey Maynard zijn hoofdwerk A World of Inflation dat terzelfdertijd in Engeland en de Verenigde Staten werd uitgegeven.

Parallel met zijn academische loopbaan was hij ook actief in de internationale consumentenbeweging waarvan hij voorzitter was van 1975 tot 1978. Na zijn emeritaat begeleidde hij nog de oprichting van de consumentenorganisatie Pro Teste in Rio de Janeiro die nu de grootste is van Latijns Amerika.

In 1982 verliet hij de academische wereld om een opdracht te aanvaarden bij de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingbank te Washington, waar hij gedurende zeven jaar de afdeling landenstudies leidde. Hij was ook adviseur van de overheden van Argentinie, Brazilie, Portugal en Marokko.

Persoonlijk

Van Rijckeghem is sinds 1063 getrouwd met Nicole Hacquaert en de vader van drie mooie dochters waaronder topmodel Patricia van Ryckeghem.

Publicaties

  • Why Inflation Rates Differ: A Critical Examination of the Structural Hypothesis (met G. Maynard) in: Helmut Frisch (editor), Inflation in Small Countries, Berlin 1976 ISBN 3-540-07624-7.
  • Employment Problems and Policies in Developing Countries. The Case of Morocco. (editor) Rotterdam University Press, 1976, ISBN 90 237 2272 8
  • A World of Inflation (with G. Maynard) Batsford, London 1976 ISBN 7134 3068 0
  • L`Histoire de Test-Achats. Editions Racine, Bruxelles, 2005, ISBN 2-87386-404-4

Referenties

  • UGent Memoralis, Universiteit Gent
  • Gaston Eyskens: Het Land waarin wij werken. Standaard Wetenschappelijke Uitgeverij 1974, ISBN 90 02 12952
  • Helmut Frisch: Inflation Theory 1963-75. A Second Generation Survey. Journal of Economic Literature 1977, Vol 15, no 4, pp. 1289-17
  • Inter-American Development Bank : Economic and Social Progress in Latin America, 1985 Report ISSN 0095-2850
  • Gisele Nath: Shaping Consumer Interests. Proefschrift voor het behalen van de Graad van doctor in de geschiedenis. Universiteit Gent 2016
rel=nofollow
  1. º De Ryckeghem saga PDF-document
  2. º (en) WILLY van Ryckeghem. OpenLibrary.org Geraadpleegd op 2021-09-29
  3. º De prijs Fernand Collin voor Recht | Universitaire Stichting. Universitaire Stichting Geraadpleegd op 2021-09-29